Tag archieven: training

Eerste intervaltraining van ’t jaar

De eerste woensdag in 2017 betekent onmiddellijk de eerste intervaltraining van 2017. De eerste van een lange reeks?

Op woensdag 4 januari telt het jaar al 3 werkdagen, heb ik al 2x gelopen en doe ik mijn eerste intervaltraining. ik hoef niet te wachten tot de aanvang van de training om te weten wat me te wachten staat. Jeroen zorgt er tijdig voor dat we ons kunnen voorbereiden, psychisch althans. De eerste intervaltraining van het nieuwe jaar wordt een piramidetraining. Twee keer van 800 naar 400 en terug naar 800, met aangepast tempo. Dat gaat als volgt:
2 x (800-400R-600-200R-400-200R-600-200R-800-400R)
tempo: 800 en 600 aan 800m-tempo; 400 1 à 2″/100m sneller.

Vooraleer de eigenlijke training aan te vatten, moet er eerst opgewarmd worden. Deze opwarming bestaat uit een vijftal kilometer op de weg, richting Linden en terug. Deze wordt al meer dan vlot gelopen en daarom doe ik eerst enkele rondjes op de piste. Om 18.15u vertrekken we dan samen aan de opwarmingsronde. De 5K wordt afgelegd in 21’18” wat al vrij snel is.

 

Op de piste starten we eerst met twee rondjes waarin we enkele korte versnellingen doen, zodat de hartslag en de spieren zich kunnen voorbereiden op het echte werk. Ik leg voor mij de lat vandaag op een 800m-tempo van 22s (22″/100m) wat neerkomt op 3’40″min/km. De eerste 800m wordt afgelegd in 2’55”, perfect op schema dus. Met een hartslagpiek van 171 hs/min bij het eerste snelle stuk blijkt de 22″ iets te hoog gegrepen vandaag. De volgende 600m bewijst dit: 2’18”.

De 400m probeer ik iets sneller te lopen en met 1’24” lukt me dit dus toch aan 21″ te lopen. De volgende 600m wordt gestart zonder volledige recuperatie en begint iets stroever. Toch worden deze en de erop volgende 800m gelopen binnen de 23″/100m.

 

Na de 400m ‘rust’ begin ik aan hetzelfde scenario. De eerste 800m verloopt iets moeilijker. Ik blijf zelfs net boven de 3′ min, opnieuw eerder een 23″ en niet de beoogde 22″. Na deze 800m neem ik maar 200m rust i.p.v. 400m, een vergissing. De volgende 600m worden afgelegd aan 23″. De snelle 400m kan ik opnieuw houden aan 21″ en de afsluitende 800m aan 22″.

Het lukte me dus vandaag niet om alles aan 22″/100m te lopen. Ik had nochtans gisteren niet gelopen en zou dus voldoende uitgerust moeten zijn.

     


 

En opnieuw intervaltraining (DCLA)

Na enkele weken enkel rustig lopen heb ik gisteren nog eens kunnen proeven van wat snelheid. Vandaag zal de snelheid nog hoger liggen, want Jeroen heeft voor ons weer een knap schema uitgewerkt om ons wat sneller te maken.

Door de organisatie van de indoor atletiekmeeting voor de jeugd van afgelopen zaterdag, heb ik enkele woensdagen en vrijdagen niet meer getraind met de collega ‘brokkenlopers‘ van DCLA. Gisteren heb ik al een stevige tempoloop gedaan en hopelijk heb ik er vandaag niet te veel last van. Ik voel in ieder geval niets en heb er zin in.

2016-11-30-1

De opwarming wordt meestal al vrij snel gelopen, voor mij toch. Ik ben toch goed op tijd en loop dus eerst enkele rondjes op de piste op een rustig tempo vooraleer de eigenlijke opwarming van 5K te starten. De cijfers liegen er niet om. Op het klein omloopje via de Kortrijsestraat en Schoolbergenstraat loop ik DRIE PR’s! En dit tijdens een opwarming!! Van een opwarming gesproken!

Teruggekomen op de piste wordt het schema nog eens uitgelegd. Het schema wordt telkens de avond voordien reeds online geplaatst. Het kan dus geen verrassing zijn. Vandaag staat het volgende op het programma: 4x600m -200mR, 4 heuvelsprintjes, telkens iets sneller, 4x400m-200mR en tenslotte 4x300m-100mR. Als snelheid worden de 600m gelopen aan 800m tempo en de 400m en 300m één seconde (per 100m) sneller.

Voor mij is het nog steeds moeilijk in te schatten wat mijn 800m-tempo is en daarom ik meestal samen met Jeroen. Vandaag vertrek ik net iets sneller moet daarom mijn training alleen verder afwerken. Op die manier moet ik zelf mijn tempo bepalen en zorgen dat ik niet te vlug tegen de fameuze muur bots. Tijdens het lopen kijk ik af en toe naar mijn horloge om de snelheid af te lezen, wetende dat dit slecht een indicatie is. Hoe snel ik exact gelopen heb, kan ik dus enkel na de training te weten komen door de gegevens goed te analyseren.

2016-11-30-600
4 x 600m

Eerst komen de 600tjes. De eerste loop ik in 2’20” (=23″/100m), de tweede in 2’17”, de derde in 2’10” (=22″/100m) en de laatste eveneens in 2’10”. Bij de twee laatste ligt de hartslag de laatste 100m wel boven de 170 hs/min. Dit is toch al vrij hoog na een eerste deel van de training. Daarna volgen de heuvelsprintjes. Deze leg ik telkens iets sneller af. De hartslag op het einde bedraagt telkens iets hoger: 159, 164, 169, 174, net als de topsnelheid op het einde van de sprintjes, gaande van 16,5 tot 19 km/u.

 

2016-11-30-400
4x 400m

Vervolgens keer ik terug naar de piste voor de kortere intervallen. Eerst komen de 4x400m. Het is de bedoeling deze 1″/100m sneller af te leggen dan de 600m, en deze had ik vrij snel afgelegd!? De eerste 400m leg ik toch af aan 1’20” als ik mijn horloge mag geloven, de tweede 1’21”, de derde lukt nog steeds binnen dezelfde tijd. Bij de laatste 400m zie ik een klein verval. De eerste 200m wordt afgelegd onder de 20″/100m terwijl de tweede helft maar gelopen wordt aan 21″/100m. En nu moeten de 300m nog komen!

2016-11-30-300
3 x 300m

De laatste 300m-tjes probeer ik te lopen aan 20″/100m. De hartslag komt vlot boven de 170 hs/min te liggen. Tijdens de 100m rust zakt deze slechts tot 165 hs/min en bij de laatste 300m bereik ik zelfs de grens van de 180 hs/min. Is het hierdoor dat ik denk dat ik er al vier gelopen heb? Misschien. In ieder geval ga ik ervan uit dat ik de training afgewerkt heb en achteraf blijkt dat ik er eentje te weinig gedaan heb. In ieder geval ben ik blij dat ik de laatste 300m heb kunnen afwerken binnen de minuut, weliswaar gesteund door enkele jongeren die net voor mij liepen en die ik niet wou lossen.

Movescount_logo     strava


 

DCLA – intervaltraining

Na meerdere weken op mijn eentje getraind te hebben, train ik vandaag opnieuw mee met de brokkenlopers. Op het programma staat een intervaltraining met 600m en 400m.

We zijn november en intussen hebben de meeste brokkenlopers in de afgelopen weken een marathon gelopen. Met mijn 3:14′ ben ik zeker niet van de rapste, integendeel. Anderzijds ben ik ook niet van de jongste.

WU 5k + 4x(600-200R) + 4 heuvelsprintjes + 3x(400-200R) + 3x(400-400R) + CD

DCLA Interval

Vandaag staat er een pittige training op het programma. Natuurlijk loopt iedereen op zijn niveau en maak je het zelf zo zwaar als je zelf wilt, maar dergelijke trainingen kan je moeilijk afwerken zonder je limiet op te zoeken. Daarvoor dienen deze trainingen dan ook. Reeds tijdens de gezamenlijke opwarming wordt er boven de 13 km/u gelopen. Hierdoor ben ik meer dan behoorlijk opgewarmd. Ondanks het slechte weer, blijkt het alles behalve koud te zijn. Gelukkig is er vlug wat tijd om een laagje uit te trekken, vooraleer we op de piste verder opwarmen met enkele korte versnellingen.

Onmiddellijk hierna volgt de eerste reeks bestaande uit 4 x 600m aan 23s/100m (=15,7 km/h of 3:50 min/km). Op het einde van elke 600m bereik ik al een hartslag van 170 hs/min. Dit is eigenlijk te hoog. De training is nog zeker niet gedaan. Hopelijk recupereer ik voldoende vooraleer we aan de 400tjes beginnen. Maar voor we zover zijn, gaan we eerst enkele heuvelsprintjes doen. We nemen de heuvel 4 keer, telkens iets sneller. De laatste moet bijna à fond zijn.

Zonder pauze schakelen we terug over naar de piste en lopen drie rondjes van 400m @ 22″/100m met slechts 200m recuploop. Alsof dat nog niet genoeg is, doen we er nog drie snellere rondjes  (@21″) bij, maar dan wel met 400m recup. Met een hartslag na elk rondje van respectievelijk 175, 179 en 182 hs/min heb ik zeker mijn doel bereikt. Op deze training liep ik enkele keren net tegen de limiet en heb hem daardoor hopelijk iets kunnen verschuiven. Met dank aan Jeroen om me elk rondje op sleeptouw te nemen.

Movescount_logo     strava


 

Naar Rijmenam (25k) Laatste test #nycmarathon

Op 14 dagen voor de marathon is het nog eens tijd om te zien hoe de conditie ervoor staat. Hiervoor loop ik eerst 11k langs de weg en daarna nog 14k op onverharde weg langs de Dijle.

De meteo is me alvast niet goed gezind. Volgens alle weerberichten zou het vandaag een mooie, zonnige dag worden. Zelfs kort na de middag ziet het er niet naar uit dat de mist vandaag nog weg trekt. Langer kan ik niet wachten en het zal dus een frisser loopje worden dan gehoopt. Het is amper 6°C en er staat een dichte mist. Het is dus vrij moeilijk om een juiste keuze van kledij te maken. Indien het een rustig duurloopje zou worden, is het eenvoudig. Het zou een lange broek worden en daarboven een T-shirt en een shirt met lange mouwen. Deze lange duurloop wil ik iets sneller afleggen, liefst aan marathon tempo. Ik kies toch om een lange broek aan te trekken, weliswaar de dunste die ik heb. Bovenaan kies ik voor een loopshirt met lange mouwen, eveneens een vrij dunne.

Gewapend met twee gellekes en een drankbus met 500ml water begin ik aan mijn avontuur. Ik wil niet vertrekken met een extreme helling en gebruik deze enkel als opwarming. Hierdoor vertrek ik onmiddellijk met een hartslag van 140 hs/min. Ik probeer van bij de start het tempo hoog genoeg te houden. Hierdoor gaat de hartslag al vrij snel de hoogte in. Na 700m stabiliseert deze toch. Alvorens de enige helling van de dag aan te vatten, mag ik wat naar benden lopen. Hier houd ik toch de hartslag vrij stabiel, zonder echt te versnellen. De Chartreuzenberg oplopen zorgt (opnieuw) voor een versnelde hartslag. Na de afdaling van deze laatste volgt een saai stuk van 8 à 9 km, naar Werchter. Hier loop ik op fietspaden of net op de weg zelf. Er is op een zondagmiddag toch vrij veel verkeer en dat ik allesbehalve leuk om tegenin te lopen. Gelukkig heb ik nergens rood en kan ik vrij goed doorlopen. Ik kan op het hele stuk, met lichte tegenwind, toch net onder de 4’20” min/km blijven. De hartslag ligt hiermee wel net boven de 150 hs/min. Bij deze snelheid had ik deze toch graag net onder de 150 gehad.

In Werchter schakel ik over naar de Dijle. Via de noordkant kan ik lopen langs de oevers van de Dijle. Dit is wel onverharde weg en dus niet echt ideaal als marathonvoorbereiding, maar ik verkies deze om twee redenen. Ik heb al vaker langs deze weg gelopen en ben dus zeker dat ik langs hier op mijn bestemming raak. Bovendien is het aan deze kant van de Dijle minder druk. De meeste fietsers kiezen de beter berijdbare en verharde weg ten zuiden van de Dijle. Ondanks de onverharde weg, leg ik de snelheid een beetje hoger. Hier probeer ik toch onder de 4’20” min/km te blijven. Het is echt wel goed opletten waar je je voeten zet, want er ligt over het hele traject enorm veel hooi verspreid. Na enkele kilometer wordt het enorm druk. Net vandaag passeert er een wandelroute over deze Dijle-oever. Gelukkig voor mij in tegenovergestelde richting en zien de meeste wandelaars me afkomen. Echt veel last heb ik er dus niet van.

Mijn eerste gelleke en slok water heb ik genomen net voor km 7. Nu wacht ik iets langer en neem mijn tweede (en laatste) gelleke net voor km 15. (Ik ging ervan uit dat het volledige traject 22k zou zijn.) Met een drinkbus bij de hand kan ik, na het verwerken van dit geconcentreerde spul, alles nog eens doorspoelen met water. Het blijft toch een hele bedoening om alles goed verteerd te krijgen. Enkele oprispingen later, kan ik me opnieuw volledig concentreren op het lopen zelf. Ook zonder stress blijft het oppassen geblazen met het eten en drinken onderweg.

Intussen is het uitkijken naar de laatste oversteek. Vanaf deze is het nog een tweetal kilometer. Van vorige keer weet ik dat het een lang stuk is tussen de voorlaatste en laatste oversteek. Dit keer is dat niet anders. Was deze niet op km 20? Neen dus. Zonder echt te weten hoe ver het nog is, moet ik me telkens concentreren om de snelheid constant te houden. Is het door verveling of toch door opkomende vermoeidheid, maar het vraagt echt de nodige concentratie om de snelheid hoog genoeg te houden.

Eindelijk, na 22,3k, passeer ik de laatste oversteek in het centrum van Rijmenam. Nu is het niet echt ver meer; al blijkt het achteraf toch nog 3K te zijn. De vermoeidheid begint toch aanwezig te zijn. Aan deze snelheid nog 17k verder te lopen, zou nog moeilijk worden. Het zal op de wedstrijddag zelf en goed aftasten moeten worden aan welke snelheid ik kan blijven lopen. Het zal bovendien ook van belang zijn om voldoende energie en water op te nemen.

Kortom, de opgegeven eindtijd van 3u20′ moet zeker haalbaar zijn. Hopelijk heb ik een goede dag en loopt alles zoals gesmeerd. De voorbereiding is prima verlopen en de conditie is top.

Movescount_logo     strava


 

DCLA intervaltraining

Naast de duurlopen blijft een intervaltraining toch nog steeds noodzakelijk, ook in de voorbereiding van een marathon. Vandaag staat er een intervaltraining op het programma.

Vandaag krijgen we de keuze tussen verschillende mogelijkheden, gaande van ingedeelde intervallen tot langere intervallen. Als voorbereiding voor een marathon mogen de intervallen wat langer zijn. Toch kies ik voor de ingedeelde versie. Deze stelt als volgt (schematisch) voor: 4 à 6 x (500-100-400-100-260-600R).

Zoals steeds zijn de grote (1360m) en de kleine (600m) vijver het decor voor de training. Tijdens deze training wordt de afstand van de grote vijver in snelle en minder snelle stukken verdeeld. We starten met 500m aan een snelheid iets langzamer dan het 800m-tempo. Voor mij is dit dan 23″/100m. Na deze snelle 500m zakt het tempo gedurende (slechts) 100m naar duurlooptempo, onmiddellijk gevolgd door 400m aan dezelfde snelheid van de eerste 500m. Na opnieuw 100m duurloop wordt de vijverrronde  vervolledigd (260m) aan hoge snelheid, iets sneller dan de twee vorige stukken.

Na een ingedeelde snelle ronde wordt de kleine vijver gebruikt om iets langer op adem te komen. Deze 600m wordt hiervoor rustiger gelopen @12 km/u (=30″/100m). Na deze 3′ min wordt zonder pauze gestart met een volgende sessie. Vandaag lukt me dit vrij goed. Ik draag geen hartslagmeter en heb dus geen idee hoe snel mijn hart moet pompen om voldoende zuurstof te verdelen en om mijn lichaam te blijven koelen.

De vierde en vijfde snelle ronde loop ik alleen en ben dus wel verplicht om mezelf de juiste snelheid op te leggen. Als controle heb ik nog enkele lopers net achter me. Als deze me beginnen inhalen, loop ik niet snel genoeg. Dit gebeurt gelukkig niet, integendeel zelfs. Ik houd de snelheid vrij goed zoals opgelegd. Als minder ervaren loper, is het toch wel moeilijk om zelf een hoge constante snelheid aan te houden. Het snelheidsgevoel komt wel als je dit vaker doet. Zelfs na controle van de grafieken achteraf, blijkt dat het me aardig gelukt is.

Uiteindelijk leg ik vijf van die snelle ronden af. Nu blijft er enkel nog de cooling down over. Dit gebeurt door een vijverronde in omgekeerde richting en de terugweg naar de piste van DCLA.

Movescount_logo     strava

Einde verlof, terug routine

Net terug uit verlof staat vanavond opnieuw een DCLA-training op het programma. Op het schema staat: 3 x ((1.000-360R)+(1.360-600R)) of, anders gezegd, drie setjes van een duizendje met 360m rust, telkens gevolgd door een grote vijverronde met een kleine vijverronde als rust.

Na een volle twee weken verlof, waarin ik toch 88K gelopen heb, is het vanavond opnieuw tijd voor een training met de collega’s van DCLA. Het is nog steeds vrij warm zomerweer en het zal dus weer zweten worden. Op dit ogenblik zit ik eigenlijk tussen twee loopgroepen in. Na meer dan een jaar meegelopen en getraind te hebben met de groep van Miel, heb ik de laatste weken al enkele keren meegelopen met de groep van Jeroen: de brokkenlopers. In de groep van Miel ben ik op dit ogenblik het één van de snelste lopers, terwijl ik bij de brokkenlopers (één van) de langzaamste ben.

De snelheid voor een goede intervaltraining is voor iedereen anders. Het schema dat voorgesteld wordt, kan door iedereen uitgevoerd worden. Voor mij is het nog steeds moeilijk om een vaste hoge snelheid aan te houden. Ik kies er daarom voor om met Jeroen mee te lopen. We zijn beide van hetzelfde niveau en hij kan lopen als een metronoom. Het is voor mij dan ook de ideale trainingspartner. Zolang ik kan, blijf ik dan ook in zijn spoor volgen.

De opwarming bestaat uit een loopje naar het provinciaal domein en een rondje van de grote vijver. Dit is een drietal kilometer. Na een korte uitleg over deze training en welke snelheid er gelopen moet worden. De snellere jongens zijn onmiddellijk weg aan een snelheid van 21″/100m en dat is niet voor mij. Mijn tempo voor deze afstand ligt eerder in de buurt van de 23″/100m. De eerste kilometer moet dus aan dit tempo gelopen worden, gevolgd door een korte rustpauze van 360m of ongeveer 2′. Onmiddellijk daarna lopen we een volledige vijverronde (1360m) aan minstens hetzelfde tempo. Na 5’20” zijn we dan ook volledig rond. Het rondje van 600m rond de kleine vijver is meer dan welkom. Hier heb ik dan toch 3,5 minuten om terug op adem te komen.

Vol goede moed en met een hartslag die toch terug gezakt is naar 140 hs/min begin ik aan de tweede sessie van twee ronden. De eerste 1000m worden dit keer afgelegd in 3’56”. Dit blijft toch nog altijd iets boven mijn kunnen. De 360m rustig lopen zal voor een wonder moeten zorgen om te kunnen recupereren. Vol goede moed vertrek ik voor een volledige snelle ronde van de vijver. Er is eigenlijk nog iets te veel volk aan het wandelen en kan daardoor niet de beste baan volgen en moet af en toe echt wat inhouden. De tweede helft van deze ronde probeer ik nog iets te versnellen. 5’16” doe ik er dit keer over en bereik aan het einde een hartslag van 177 hs/min.

Na de relatieve rustpauze bedraagt mijn hartslag opnieuw 145 hs/min en zou ik moeten klaar zijn voor twee snelle ronden. Bij de eerste ronde voel ik dat een tweede ronde er te veel aan is. Het zou de intervaltraining teniet doen en daarom besluit ik om de eerste ronde volledig in hoog tempo te lopen. Het lukt me met veel moeite om ongeveer dezelfde tijd te lopen als de vorige snelle ronde, maar nu wel met een hartslag van boven de 180 hs/min op het einde.

2016-08-31hs

Na enkele minuten start ik met de cooling down, bestaande uit een vijverronde in omgekeerde richting en de terugweg naar de piste van DCLA. In totaal toch een 15-tal km gelopen, waarvan een groot deel aan hoge snelheid.

Movescount_logo     strava