Tag archieven: snelheid

Laatste week voor marathon (deel 2)

Vervolg van Deel 1 …

En toch wordt deze week anders dan de anderen. Op woensdag pas ik voor de intervaltraining van DCLA. Ik wil zeker niet overdrijven en bovendien moet ik toch een beetje taperen.

Intussen is het donderdag en ga ik toch opnieuw hetzelfde toertje lopen van dinsdag. De collega’s zijn om 12u reeds vertrokken en ik zal het dit keer alleen moeten doen. Mijn hartslagmeter laat ik ook thuis. Hiermee moet ik dan ook al geen rekening houden.

Bij het vertrek weet ik nog niet aan welk tempo ik deze ronde ga afleggen. Ik vertrek met de idee om dezelfde omloop van dinsdag te lopen, maar bij het terugkeren doe ik er twee rondjes Finse piste bij: één snel en daarna nog eentje rustiger. Op die manier kom ik aan 10K. Mijn idee is dan om te versnellen op het Dijlepad, net zoals gisteren, misschien nog eens een keertje op de terugweg en dan gedurende 1 km op de Finse piste.

Ik vertrek toch al aan een redelijk tempo, zonder te overdrijven. Het blijft dan wel dubbel opletten bij het kruisen van wegen en bij het in- en uitlopen van de tunnel. In het domein van het sportkot liggen toch wel iets te grote plassen. Het is moeilijk om ze te blijven ontwijken, zeker met de iets hogere loopsnelheid. Na het kasteel Arenberg schakel ik een kleine versnelling hoger. Op het Dijlepad loopt het nog vrij goed, maar wel met heel veel plassen.

Bij het rechts draaien, het bos in, blijf ik de snelheid hoog houden. Ik probeer deze snelheid aan te houden gedurende mijn volledige loop. Intussen begin ik wel te twijfelen of ik de twee rondjes over de Finse piste er nog ga bij doen. Een natte Finse piste loopt echt wel moeilijk en met het weekend in het vooruitzicht wil ik me toch niet te veel belasten. Eigenlijk is lopen aan deze snelheid (14 km/u) al niet echt goed tijdens een taperweek, maar ik ben nu toch bezig en dus houd ik het maar vol.

Uiteindelijk wordt het toch nog vrij zwaar. Na 7,5 km echt doorlopen, wordt de Karmelietenberg eerder een calvarieberg. Tempo houden op het stijgend stuk Naamsestraat is dan echt een doorbijter. Toch loop ik die laatste kilometer op 4’17” en dat is voor mij zeker niet slecht.

Nu echt rusten 🙂

Movescount_logo     strava


 

Toch een intervaltraining (DCLA)

Deze week is al goed gestart met een duurloop op maandag én op dinsdag, beide met een tussentijdse versnelling. Vandaag is het woensdag en dat houdt in dat er ’s avonds een training van DCLA op de agenda staat. Rekening houdend met de wedstrijden van dit weekend en met de toch lichte pijn aan de patella zal ik het rustig moeten houden.

Ik verkies om de intervaltraining te laten voor wat het is. Het zullen m.a.w. meer kilometers aan rustiger tempo worden. De kinderen, die samen met mij naar de training gaan, willen met de fiets gaan en dus vertrek ik al lopend van thuis uit, onder begeleiding van twee jonge fietsers. Naar schatting zou dit een drietal kilometers moeten zijn, maar met de gevolgde weg staan er, bij aankomst, al 4,3K op mijn teller.

Ik loop dus al zeker niet mee met mijn nieuwe, snellere, groep, maar loop de opwarming mee met de groep van Miel. De training van Miels groep bedraagt 3 x 2000m. Vermits er meerdere van deze groep op vrijdag de wedstrijd in Waanrode (2-dorpenloop) meelopen, moet er niet al te snel gelopen worden vandaag. Om niet alleen rondjes te lopen, besluit ik om deze 3 stukken samen met hen te lopen. De eerste 2K worden inderdaad niet al te snel gelopen.

L. vindt dit ook en hij wilt de tweede dubbele kilometer toch iets sneller lopen. Voor mij mag het ook iets sneller en ik blijf dan wel bij hem. Na amper 100m lopen we effectief met zijn tweeën. De anderen beschouwen dit toch als iets té snel en lopen volgens eigen ‘kunnen’: goede beslissing trouwens. Na een snelle start lopen we de eerste kilometer aan 4’20” min/km. De tweede kilometer wordt min of meer aan dezelfde snelheid gelopen, zijn 26″/100m.

Op het eindpunt draaien we ons om en dribbelen opnieuw naar de start voor de derde interval van 2000m. Zonder te wachten op de rest maken we hier ook een bocht van 180° en beginnen zonder stoppen aan het snellere werk. Opnieuw lopen we met een snelle start een eerst kilometer aan 4’20”. De tweede kilometer wil ik het tempo niet laten zakken, integendeel, ik houd de snelheid er goed in en versnel geleidelijk aan. De versnelling blijf ik volhouden tot op het einde, ook al is L. intussen wat achter gebleven. De laatste snelle kilometer loop ik zelfs onder de 4′ min.

Na deze drie snelle stukken lopen L. en ik nog een rondje rond de grote vijver en het stuk naar de atletiekpiste als cooling down. Hiermee staan er al meer dan 17km om min teller, maar ik moet nog steeds thuis geraken. Na enkele minuten wachten op de kids, loop ik met hen opnieuw naar huis. Het stilstaan zorgt wel voor wat strammere spieren, maar gelukkig gaat dit over na een tijdje. Ik loop intussen toch wel wat sneller dan 13km/u. Dit druist in tegen mijn voornemen om mijn knieën wat te sparen. Hopelijk zijn mijn benen en knieën helemaal fit op vrijdag.

Movescount_logo     strava

Brokkenloper of niet?

De laatste weken zit de conditie toch wel vrij goed. In ieder geval loop ik nu beter dan dat ik ooit gelopen heb. Een jaar geleden, 29 mei 2015, liep ik voor het eerst de vrijdagse duurloop met de joggers van DCLA. Met veel moeite kon ik toen volgen. Intussen gaat het volgen al stukken beter, zo goed zelfs dat ik vandaag probeer mee te lopen met een snellere groep: de brokkenlopers.

Onder leiding van Jeroen trainen zij op woensdag zoals de groep van Miel, maar dan heel wat sneller en heel wat meer. Op vrijdag lopen beide groepen hetzelfde parcours, gekend als de zomeromloop. In tegenstelling tot de groep van Miel, lopen de brokkenlopers (van Jeroen) niet allemaal in groep, maar maakt iedereen er zijn eigen tempoloop van. In mijn beschrijving noem ik de loop met Miel een duurloop en noem ik deze met Jeroen een tempoloop.

Het wordt voor mij dus een primeur om met de groep van Jeroen mee te lopen. Velen van deze groep lopen echt wel véél te snel; het is  voor mij de bedoeling om het tempo van Jeroen te volgen. Ik hoop dat hij een iets gelijkmatiger tempo loopt. Na de fietstocht van huis naar de atletiekarena en ook na enkele rondjes opwarming, hoop ik er klaar voor te zijn. Op hetzelfde vertrekuur als de groep van Miel vertrekt ook deze groep. Na 600m ligt de snelheid al boven de 13km/u. Ik dacht nochtans dat ook zij iets rustiger startte. In ieder geval dit is de te verwachte snelheid en dat moet ik dus kunnen volhouden. Hopelijk lukt dit met een hartslag boven de 160 hs/min.

De eerste hellingen komen eraan. Hier wordt er effectief iets rustiger gelopen; het eerste deel dan toch. Het verder verloop in het bos wordt het tempo opnieuw opgetrokken. Eénmaal op de Prinsendreef, richting Kortrijkstraat, ligt de snelheid vrij hoog, maar dankzij de lichte afdaling zakt mijn hartslag naar 160 hs/min. Nog steeds vrij hoog en de nieuwe hellingen kondigen zich aan. De hellingen zijn dan nog het minste probleem. De snelheid gaat nu echt wel de hoogte in, net als mijn hartslag. Op de bosweg naar en de weg boven op de Chartreuzenberg ligt de snelheid echt wel hoog. Dit houd ik nooit vol tot op het einde!! (hartslag > 170hs/min)

Gelukkig blijkt het voor de anderen ook snel te gaan en op de smalle en drassige bospaden lopen we iets minder snel (13 à 13,7 km/u). Dit ligt wel terug binnen mijn mogelijkheden. De laatste kilometers kan er terug een gesprekje met Jeroen van af. Bij aankomst ben ik dan ook niet helemaal uitgeput en voel ik me opperbest. De doop met de brokkenlopers beschouw ik als geslaagd. Het blijft toch nog een beetje afwachten of ik ’s woendags ook met hen de intervaltraining mee train.

Movescount_logo     strava


 

DCLA Training 4 x 1500m

Het is woensdag en het is mooi weer; alle ingrediënten zijn aanwezig om er een mooie training van te maken. Voor de de aanvang van de opwarming heb ik natuurlijk enkele keren mogen uitleggen waarom ik niet tevreden ben met een tijd van 3u38min op mijn recentste marathon-avontuur. Het is nooit leuk om uitleg te geven over een minder goede prestatie, maar een atletiekvereniging zou geen ‘sportclub’ zijn als je daarnaast geen extra tips krijgt hoe je het volgende keer beter kan doen.

Vooraleer aan de eigenlijke opwarming (3km) te starten, loop ik enkele rondjes rond de piste. Door de intensieve training van gisteren, voel ik een lichte pijn aan de patella (knieschijf). Een kleine rustige opwarming kan zeker geen kwaad. Tijdens de opwarming richting het provinciaal domein worden al enkele korte versnellingen ingelast, zodat we vrij snel kunnen starten met het opgelegd trainingsschema.

2016-04-20-1We lopen vandaag rond de grote vijver. De training bestaat uit 4 keer een 1500m, iets meer dan een eigenlijke ronde. De terugkeer van dat extra stukje (140m) zal gebruikt worden als recuperatie. De eerste ronde wordt er eentje dat rollend gelopen wordt. Uit ervaring weet ik dat er altijd iets sneller gelopen wordt dan opgelegd. Ik vertrek dan ook niet helemaal vooraan en probeer de gevraagde snelheid te lopen. Ons groepje, niet iedereen dus, lopen exact 7min over deze eerste 1500m wat neerkomt op 4’40” min/km.
De tweede 1500m moet gelopen worden aan 700m rollend en 800m vlot. Logischerwijze is vlot een beetje sneller dan rollend. Zoals je hierboven kan zien wordt er vrij snel gestart, maar dat wordt al vrij snel gecorrigeerd. Deze ronde wordt 10″ sneller afgelegd als de eerste, 4’30” min/km (gemiddeld).

2016-04-20-2

De derde keer we dit rondje afleggen lopen we de eerste 800m rollend, gevolgd door 700m snel. Net als vorige keer laat ik de “wedstrijdlopers” of zij die dit zien als een wedstrijdje voor me uit lopen en houd me met enkele anderen min of meer aan het opgelegde schema. Toch lopen we deze 1500m aan gemiddeld sneller dan 14 km/u (4’16” min/km). Die snelle 700m worden gelopen aan 15,3 km/u. Ik blijf mijn knie voelen en loop dan ook super voorzichtig. De laatste ronde wordt opnieuw vlot gelopen, maar dan over de volledige afstand. Dit keer blijf ik wel in de buurt van de ‘snellere’ lopers. Na exact 6 min bereiken we de ingebeelde eindmeet ter hoogte van de derde vuilbak. Dit vlotte gedeelte was voor de meeste dus echt wel snel. Ik heb de hele ronde op mijn ademhaling gelet en heb me nergens willen forceren.

Na deze training loop ik nog een extra rondje en de weg naar de piste als cooling down aan een echt rustig tempo zodat we een normaal gesprek kunnen voeren. Ook uit dit gesprek haal ik extra motivatie om opnieuw aan een marathon te denken, zonder te wachten op de marathon der marathons op 6 november in New York.

Movescount_logo     strava


 

Toch eens in ’t rood gelopen

De tweede na mijn laatste marathonavontuur en daarmee is de rustperiode definitief voorbij. Op maandag liep ik samen met enkele collega’s onze standaardomloop: Sequoia. Met een gemiddelde hartslag van 140 hs/min is dit voor mij een rustig duurloopje.

Vandaag zie ik bij het vertrek geen collega’s en loop dus maar alleen. Onmiddellijk beslis ik om niet alleen een iets langere afstand te lopen, maar ook intensiever. Zonder te willen overdrijven, kies ik de omloop die ik al enkele keren gelopen heb van ongeveer 12K. Ook de snelheid zal beduidend hoger liggen, tenminste als ik het volhoud.

De eerste twee kilometer houd ik het nog vrij rustig. Vanaf de derde kilometer breng ik mijn hartslag toch al in de buurt van de 160 hs/min. Vanaf hier gaat het helemaal mis. Zodra de snelheid de hoogte in gaat en ik zie dat de laatste kilometer onder de 4’40” gelopen werd, wordt dit het nieuwe doel. Bovendien beginnen de segmenten van Strava door mijn hoofd te spelen en lijkt dit wel de dag om enkele PR’s te lopen. Zonder echt te weten waar deze segmenten beginnen en eindigen, moet ik de snelheid een lagere tijd hoog houden. Dit heeft al snel een heel hoge hartslag tot gevolg.

2016-04-19-1Op het stuk na de tunnel onder de E40 leg ik er de pees op en bereik dan ook (te) snel een hartslag boven de 180 hs/min op het klimmetje net voor de Hazenfonteinstraat. Dit is natuurlijk niet heel lang vol te houden. Intussen zit de snelheid er goed in en het volgend doel wordt dan om de snelheid vrij hoog te houden. Ondanks ik probeer om bij deze snelheid de hartslag te laten zakken, blijft deze rond de 170 hs/min. Bij de minste helling is zelfs de 170 niet meer te houden en stijgt deze opnieuw. Toch blijft de snelheid rond de 13,5 – 14 km/u liggen.

Nu dit kunnen lopen onder de anaerobe drempel.

Movescount_logo     strava


 

Zomerse duurloop als test marathontempo

Na de intervaltraining van afgelopen woensdag maakte ik mij lichte zorgen om mijn kuiten. Vooral mijn rechter kuit liet van zich horen of beter gezegd, voelen. Van enkele mannen met vééél ervaring kreeg ik de wijze raad om deze spier de komende dagen extra te masseren. Zo gezegd, zo gedaan en ja hoor, van enige stijfheid is niets meer te merken.

Op vrijdagavond heb ik de normale duurlooptraining van DCLA laten links liggen wegens andere verplichtingen. Toch zou er dit weekend nog een duurloop moeten afgelegd worden. Zondag voormiddag is daarvoor het uitgelezen moment. Gelijktijdig met de marathon van Parijs, waar toch wel vrij veel Belgen aan de start staan, ga ik mijn allerlaatste duurloop doen.

Volgens het McMillan marathon-plan staat er vandaag een lange loop met eindacceleratie op het programma. In tegenstelling tot de voorgaande, analoge duurlopen waar je echt snel finisht en waar je jezelf pusht om tot het uiterste te gaan, is deze sessie niet al te zwaar. Het start met 10 kilometer aan een lange loop-tempo, gevolgde door 10 kilometer op mijn doeltempo voor de marathon. Na wat nadenken over welk parcours hiervoor geschikt is, zijnde een 20K en niet te heuvelachtig, kies ik voor een omloop waarop ik mijn eerste lopen deed over deze afstand, meer dan een jaar geleden.

Op dit ogenblik heb ik nog helemaal geen idee met welke kledij ik volgende week in Rotterdam ga lopen, maar ik voorzie om toch in short en T-shirt te kunnen starten. Tot voor vandaag heb ik nog niet kunnen lopen in dergelijke outfit. Vandaag wordt een mooie lentedag voorspelt met bijna zomerse temperaturen. Om 10u is de zon al door de wolken gebroken en is een short en T-shirt de enige juiste keuze. Ondanks deze warmere omstandigheden loop ik toch zonder drankbevoorrading. Er staat niemand langs de weg en ik neem zelf geen drank mee. 20 kilometer zal ik hopelijk nog wel kunnen lopen zonder extra vocht.

Na een beetje wandelen en wat dynamisch stretchen, begin ik uiteindelijk aan mijn ultieme test. Het is eerst de bedoeling om 10K rustig te lopen. Op de helling naar het Bed van Napoleon gaat de hartslag natuurlijk de hoogte in en besef ik zeer goed dat ik zal moeten opletten om niet te snel te gaan. De eerste zweetdruppels staan al in grote getale op mijn voorhoofd. Daarna blijft het rustig verder lopen tot voorbij het kasteel van Horst.

2016-04-03

Net voor de tiende kilometer beëindigd is, ter hoogte van de kerk van Kortrijk-Dutsel, verhoog ik de snelheid naar het doeltempo van de marathon. Ik kies hier alvast om te lopen aan eerder mijn streefdoeltempo. De eerst volgende kilometer loop ik in exact 4’40”. De hartslag blijft in de buurt van de 150 hs/min. Dat ziet er alvast goed uit. Toch is al snel duidelijk dat de wind niet in mijn voordeel blaast, maar wel degelijk volop in het nadeel. Gelukkig is dit maar een training over een kortere afstand.

Na meerdere kilometers begint het toch iets lastiger te worden om deze snelheid vlot aan te houden. De wind begint zijn tol te eisen. Of is het toch het gebrek aan vocht in lichaam en spieren. Het is intussen behoorlijk warm geworden, ondanks de wind. Het is in ieder geval een vaststaand feit dat er moet gedronken worden bij langere duurlopen. Ik blijf hier wel een eindje onder de twee uur, maar vrees toch dat ik ofwel te snel gelopen heb, ofwel te weinig gedronken. Waarschijnlijk ligt ook hier de waarheid tussen de twee.

Vermits deze de laatste en ultieme test was voor de marathon van volgende zondag, moet ik besluiten dat 4’40” min/km iets te snel is. Het streeftempo zal dus eerder rond de 4’45” min/km liggen wat neerkomt op een verhoopte eindtijd van 3u20min. Dit is en blijft het streefdoel.