Alle berichten van Administrator

Maratona di Roma 2018

Het hoogtepunt van dit voorjaar ligt op 8 april in Rome. Als achtste marathon heb ik deze lente opnieuw gekozen voor een relatief grote stadsmarathon, gekoppeld met een familiale citytrip.

Dit jaar ga ik opnieuw voor drie marathons en 8 april is de dag voor de eerste marathon van 2018. 8 april is een drukke dag in de marathonkalender, naast Rome kan je op deze dag ook starten in Rotterdam, Parijs, Milaan, Hannover, Bratislava, … Om er maar enkele te noemen. Na Rotterdam in 2016 en Parijs in 2017, leek me Rome wel een mooie stad om de marathon te combineren met een citytrip.

Inschrijven voor de marathon van Rome is vrij eenvoudig en kan door een formulier in te vullen en aansluitend het vereiste bedrag betalen. Later bleek dit nog niet voldoende te zijn. Ze eisen in Italië net als in Frankrijk een medisch certificaat en een racekaart, tenzij je aangesloten bent bij een club erkend door de IAAF. Probeer dan maar eens aan te duiden dat je club (DCLA in mijn geval) erkend is door IAAF. Na wat mails is het uiteindelijk toch in orde gekomen. Toch wel straf dat ze steeds persoonlijk geantwoord hebben. Ik hoop dat ze niet veel gevallen zoals ik hebben.

De voorbereiding naar deze marathon toe verliep niet helemaal zoals gepland. Een stekende pijn onder mijn rechtervoet zorgde ervoor dat ik vele trainingen moest inkorten. Gelukkig hebben de Nike Zoom Fly’s toch wat voor soelaas kunnen zorgen. Met deze schoenen ging het nog redelijk om langere duurlopen af te werken. Anderzijds begint mijn leeftijd toch ook zijn limieten op te dringen. Twee dagen na elkaar lopen blijkt steeds moeilijker te gaan. Dit heeft waarschijnlijk vooral te maken met de pijn onder mijn voet, waardoor ik minder evenwichtig ging lopen. Kortom het was een moeilijke voorbereiding met maar één doel: blessurevrij blijven. Interval-trainingen bleven beperkt tot lange intervallen en de duurlopen zorgden ervoor dat er steeds een extra dag ruwt moest ingebouwd worden.

Twee weken voor de eigenlijke marathon stond er een generale repetitie op het programma: een halve marathon van de Natuurlopen in Lier. Die verliep uitzonderlijk goed en gaf me vertrouwen voor de eigenlijke wedstrijd in Rome. De trainingen tussen deze topdag en 8 april zorgde er wel voor dat ik besefte dat Lier toch wel uitermate goed was en dat ik daar niet te veel mocht op rekenen.

In Rome was er de dag voor de marathon weinig te merken van de komende wedstrijd. Start en Finish liggen op exact dezelfde plaats en de zone voor de start én na de finish zijn dus ook identiek. Hier worden geen supporters toegelaten waardoor je eigenlijk al vrij vroeg op je eentje aangewezen bent. Gelukkig krijg je een mooie rugzak die je moet gebruiken om je spullen voor de start in te doen die je na de finish opnieuw kan ophalen. Hiervoor staan er een lange rij vrachtwagens klaar. Door de lange afgesloten zone voor de start en doordat de metro ter hoogte van de start en finish gesloten is, moet je dus een heel eind wandelen vooraleer je aan je 42km kan starten.

Na de gebruikelijke protocollaire plichtplegingen en de start van de rolstoelatleten en de elitelopers weerklonk het startschot van Wave 1. Om exact 8u43’08” passeer ik de startlijn en kan ik beginnen aan mijn achtste marathon. Na de sub3 (2u56′) in Eindhoven vorig jaar zou ik nu willen aantonen dat de Sub3 geen toeval was. Rome is niet gekend als snelle marathon en hier onder de 3 uur blijven geldt eigenlijk als een verbetering.

Het weer is schitterend, toch zeker voor de toeschouwers. Er staat al van bij de start een mooie zon en deze zorgt al voor een aangename temperatuur van ’s morgens. Het zal m.a.w. een warme editie worden. (In 2017 heeft het de hele dag geregend!) Iets na de start kom ik in de buurt van de pacers van 3.00u, die voor mij in het startvak stonden. Na de drukte van de eerste kilometers wou ik echt niet in hun buurt blijven. Toch geraakte ik er moeilijk van verlost. Het supergevoel was er niet. Het voelde al van in het begin vrij zwaar om het tempo van 4’10” vol te houden, ondanks de vrij lage hartslag van 150 hs/min. Pas na twee kilometer aan 4’03” min/km ben ik verlost van de ballonnen en de daarbij horende drukte. Hopelijk zie ze niet meer terug! 10K passeer ik in 41’36”. Hiermee blijf ik maar net voor op het schema van 3 uur. Ik mag dus niet teveel verval kennen in de rest van de wedstrijd.

Er zit dus niet veel anders op dan dit tempo te blijven lopen. Alle kilometers die volgen blijven in de buurt van de 4’10”, schommelend tussen 3’58” en 4’18”. Halfweg passeer ik op 1u27:43″ en heb dus nog een beetje reserve voor de zwaardere tweede helft. Zwaarder! En ik heb het nu al vrij moeilijk. Het gevoel is echt niet zoals ik het gehoopt en zelfs verwacht had. Het zullen nog ‘lange kilometers worden, wetende dat er nog twee serieuze hellingen aankomen. De 4’18” loop ik op km29 die de eerste helling overbrugd. Vanaf hier is het echt wel op de tanden bijten om de laatste 13K aan dezelfde snelheid te blijven lopen.

    

 

   

Het is dan echt wel aftellen. De beruchte uitdrukking:”Een marathon begint pas na 30km.” blijkt hier ook de waarheid te zijn. Hier komen de eenzame duurlopen, die niet altijd vlot gingen, tot hun recht. Er zit maar één ding op en dat is volhouden. Wetende dat er nog een zware helling aankomt, kan je maar één ding doen om onder de 3 uur aan te komen: doorlopen!! Het is duidelijk voor iedereen moeilijk; ik blijf mensen inhalen en zie regelmatig iemand naar de kant gaan met de gekende krampen. Mijn rechterkuit staat intussen ook gespannen, maar als het zo blijft, haal ik de finish wel. De helling net voor het einde zorgt wel voor een zware inspanning. De afdaling die volgt zorgt niet meer voor een versnelling. Het blijft afzien tot het einde. Met een eindtijd van 2u57’29” blijf ik toch opnieuw onder de magische grens van de 3 uur. Ondanks de hitte, de slechte wegen en het hoofd dat niet leeg was, behaal ik mijn vooropgesteld doel

     

Nog enkele leuke weetjes:

Onmiddellijk na de marathon en achteraf  zei ik tegen meerdere personen dat het wegdek één van de lastige onderdelen van deze marathon is. Als je kijkt naar bovenstaande foto’s zie je het. Op alle foto’s zijn er kasseien als wegbedekking.

 


In de foto hiernaast staat er naast mij nog een deelnemer op van de marathon. Op het eerste zicht is het straf om iemand waarvan ik het helemaal niet verwacht pas helemaal op het einde in te halen. Hij is nochtans ook de finish gepasseerd om 11u56. Toch blijkt hij een heel stuk afgesneden te hebben en werd daardoor in de uitslag opgenomen met DSQ.

 

Halve marathon van Lier

Op zaterdag 25 maart organiseert AC Lyra, de de finale van het 15° Natuurloopcriterium -Memorial Jef Breugelmans. Na de afgelasting van de vorige natuurloop door sneeuwval kreeg ik de mogelijkheid om mijn inschrijving gemakkelijk over te boeken naar deze wedstrijd. Op het programma staan meerdere wedstrijden maar, zoals steeds, kies ik voor de langste afstand en dat is dit keer een halve marathon. Twee weken voor mijn marathon (Rome, 8 april) komt deze halve marathon ideaal als laatste test. Volgens de meeste schema mag je enkel nog lopen aan je marathon-tempo, maar mezelf kennende weet ik dat ik er een wedstrijd van maak en me niet ga inhouden om aan het verwachte marathontempo te lopen. Tenminste, als ik mijn gehoopte snelheid al zo lang kan aanhouden!!

Ruim op tijd ben ik al ter plaatse, zodat ik me rustig kan voorbereiden (nummer afhalen en opsteken, nog wat drinken, …). Niet veel later zie ik mijn collega-brokkenloper, Bram, die hier ook zijn beste zelve wil boven halen. Het weer is ons dit keer al gunstig gezind. Het is echt mooi zonnig weer, met af en toe een sluierwolk en een aangename temperatuur. Ik kan zelfs lopen met korte short en singlet!

Een half uur voor de eigenlijke start begin ik toch wel aan mijn opwarming. Door het extra rustige wachten is het alsof ik uit een winterslaap kom en voelen de benen echt wel zwaar aan. Afgelopen vrijdag heb ik nog een vrij zware interval-training (4k – 2x2k – 2x1k) afgewerkt en ik vrees dat ik nog niet volledig gerecupereerd ben.

Na een gezellig babbeltje met enkele lokale lopers, hoor ik opeens:”Nog twee minuten!” en ga ik toch mijn plaats innemen in het startvak. Niet veel later zijn we weg. Starten is nooit mijn sterkste element en ook hier is het wat wringen om het juiste tempo te kunnen lopen zonder andere lopers te raken. Na één kilometer wil ik kijken welke tijd ik erover gedaan heb, maar besef dan pas dat de ‘autolap’ functie uit staat. Deze had ik afgezet voor de intervaltraining en vergeten om opnieuw aan te zetten. Zelfs tijdens de opwarming heb ik dit niet gemerkt. Tijdens een training zou ik dit vlug aanzetten, maar vandaag wil ik me volledig concentreren op de wedstrijd.

De kopgroep gaat iets te snel en ik blijf op mijn gevoel lopen en check regelmatig mijn hartslag. Deze zou toch wel onder de 165 hs/min moeten blijven en daarom moet ik iets vertragen. Na twee kilometer zie ik mijn chrono maar net boven de 7 min staan en ga ervan uit dat ik te snel vertrokken ben. De kopgroep is intussen al een eindje voor me, maar ik heb nog net kunnen tellen dat er een tiental lopers voor me zijn en dat ik dus op een elfde plaats loop. Deze plaats houden zou al heel mooi zijn. Vlak achter me hoor en voel ik nog lopers en dan begint de concurrentie te spelen. Moet ik toelaten dat ze uit de wind lopen? Ga ik vertragen zodat ik achter iemand kan lopen of versnel ik om ervan eg te lopen?

Bij verschillende haarspeldbochten is er telkens een loper die de bocht vroeger afsnijdt en daardoor telkens voor me uitkomt. Ook al loop ik enkel voor mezelf, toch werkt dit storend. Ondanks ik op die manier iemand opnieuw voor me heb en me zelf uit  de wind kan zetten, heb ik de indruk dat hij opzettelijk vertraagd om me niet langer te laten profiteren. Bij een zoveelste keer hetzelfde manoeuvre neem ik toch iets sneller over zodat ook hij niet te lang achter mij kan hangen. Vooral de manier waarop hij me telkens inhaalt, blijft me storen. Op het 5km-punt kijk ik naar mijn horloge en zie daar ook exact 5k staan. De kilometeraanduiding én de horloge komen perfect overeen: een eerste pluim voor de organisatie. De chrono duidt amper 18’30” aan! Dit is veruit mijn snelste 5k. Hopelijk ben ik niet te voortvarend van start gegaan.

Na een derde wedstrijd komen er drie dergelijke bochten achter elkaar, inclusief enkele stevige hellingen om de brug over te lopen. Hierna heb ik er geen last meer van en loop ik ook veel rustiger en met ogen vooruit. Voor mij zie ik de eerste loper die uit de kopgroep heeft  moet lossen; als deze groep überhaupt nog bestaat. Na het inhalen, tel ik mezelf op een tiende plaats en dat geeft toch wel een goed gevoel: een toptien plaats zit erin. Ik blijf regelmatig mijn horloge checken en de hartslag blijft stabiel, maar wat scheelt er met de snelheid? Deze duidt steeds een tempo aan rond de 3’45″/km en dit is toch veel te snel?? Het gevoel zegt nochtans dat ik niet overdrijf en het goed gevoel neemt het volledig over. Dit is genieten in de puurste vorm.

Het tempo constant houden blijft de boodschap. Fysisch blijft het mogelijk; de focus ligt nu op de concentratie. Quasi de volledige wedstrijd speelt zich langs het water en zorgt voor niet te veel afwisseling. Doordat ik mijn tempo goed kan vasthouden en sommige voor mij iets minder, krijg ik vaak een andere loper in het vizier. Ondanks de andere afstanden, zijn er weinig lopers van de andere afstanden in te halen. Op deze manier kan ik toch enkele lopers inhalen. Bij de laatste herbevoorrading haal ik nog een loper in en hang hiermee op de zevende plaats. Toch komt hij iets later opnieuw voorbij en hij heeft duidelijk nog overschot. Toch kan ik bij hem blijven en kan er zelfs een korte babbel af.

Op die manier komen we samen aan op de piste en deze laatste 400m probeer ik nog wat te versnellen. Is het uit sympathie of zou hij echt niet sneller kunnen, maar ik loop toch wel van hem weg en kom zo toch alleen op de finishfoto te staan. Een zevende plaats, maar vooral een eindtijd van ongeveer 1u18′ doet me glunderen! Mijn vorige besttijd ligt in de buurt van de 1u25′, waardoor ik deze verbeter met meer dan 6 min! Ben ik dan echt zoveel verbeterd?

De eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat alles wel mee zat. Ik ben op twee weken voor een marathon en ben dus in de ideale periode met veel trainingskilometers. Bovendien zaten de weersomstandigheden echt wel goed. Ondanks meerdere echt te scherpe haarspeldbochten waren er veel lange rechte stukken. Met uitzondering van de brug waar we langs alle kanten op moeten, is het vrij vlak. Toch denk ik dat ik het meeste verschil gemaakt heb met de schoenen. Dit is mijn eerste wedstrijd met de Nike Vaporfly 4% en het is bij deze bewezen dat je hiermee sneller loopt. Hoeveel voordeel ze opleveren zal ook ik je niet kunnen zeggen, maar ze doen je echt wel sneller lopen. Anderzijds zijn ze echt gemaakt voor elitelopers en voor lopers met een voorvoetlanding. In mijn geval is het duidelijk dat mijn hiel ook nog te veel de grond raakt.

        

 

Een woordje van dank is zeker op zijn plaats aan alle medewerkers voor en achter de schermen, die zorgden voor een zo goed als PERFECTE organisatie, zowel de inschrijving, het parcours, de kilometeraanduiding, de bevoorrading, de speaker, … maakte van deze wedstrijd een groot plezier.

Uitslag: 21km

Reportage van rtv:

Rest van februari: combinatie van blessure en trainen

Na het doktersbezoek van maandag was ik toch wel aangedaan. Het was duidelijk dat deze pijn er niet zomaar is. Het zal dan ook een week niet (te veel) lopen zijn. Preventief is al niet meer juist, eerder correctief ga ik nu een week ontstekingsremmers nemen en regelmatig de voetzool koelen met ijs. Hopelijk krijgen we daarmee de ontsteking van de aanhechting van het peesblad (fascia plantaris) onder de voet op het hielbeen. Dit is een hele boterham om niet te moeten spreken van hielspoor.

Er is weinig aan te doen behalve een combinatie van onderstaande maatregelen, tenminste als je er nog niet te lang last van hebt, zoals ik dus.

  • OntstekingsremmersU kunt een periode ontstekingsremmers zoals Ibuprofen nemen
  • IJsapplicatieDe ontsteking kan verminderen door ijs te leggen ter hoogte van de pijnlijke plaats op de hiel
  • Aanpassen van de activiteiten: Tijdelijk de belasting verminderen door minder te sporten
  • Stretch oefeningenStretching van de fascia plantaris en de achillespees door 3x per dag verschillende stretchoefeningen te doen. Uw orthopeed zal u een formulier geven met hierop de oefeningen of u kan deze aanleren met de kinesist.

Na een weekje was het al iets beter, maar nog zeker niet weg. Langer wachten om te gaan lopen, kan/wil ik niet en loop ik op zaterdag nog eens richting Pellenberg en doe een 15km aan een aardig tempo (4’23″/km). De pijn is te doen en dus besluit ik om de dag nadien het rondje via Horst en Kessel-Lo te doen. Wat de schoenen betreft liep ik zaterdag met Asics Kayano 23 en op zondag met de Saucony Guide 10S. Deze laatste zijn duidelijk niet zo goed in deze omstandigheden. De pijn was terug aanwezig en 23km lopen, ook aan rustig tempo, doet duidelijk niet goed.

Nu maak ik me pas echt zorgen. 8 weken voor de marathon van Rome en ik kan niet eens pijnvrij lopen!! En kom vooral niet af dat ik moet rusten!!

Na een rustdag op maandag is het dinsdag opnieuw tijd om te lopen. Veel zin om een nieuw parcours te vinden is er niet en daarom loop ik nog eens op en af naar The Shelter, goed voor 14km. Hierin steek ik toch wel wat tempowerk. Het is vooral dit tempowerk waar ik hopelijk een verbetering ga merken tijdens de marathon. Tempo en LSD zijn volgens mij de basistrainingen voor een marathon. Teveel tempowerk kan ik sowieso niet doen, omdat mijn loopstelsel die hoge belasting niet toelaat. Het blijft dansen op een slappe koord.

Amper één dag later maak ik er een extra sportieve dag van. In de namiddag haal ik de koersfiets eens buiten en doe een rondje van een goede 22km in iets meer dan drie kwartier. Het is zeker nog niet veel, maar dit wordt misschien wel begin van een hele fietscarrière. Alhoewel, hieraan twijfel ik zelf nog wel. Ondanks deze fietstocht ga ik ’s avonds naar de training van DCLA. Op het programma van de brokkenlopers staat dit keer iets nieuws en zelfs met twee keuzes. Ik kies het eenvoudigste model, zijnde 3 à 4 x (1000-200R-600-200R-1000-400R). Ik blijf toch iets meer focussen op langere afstand en geef de voorkeur aan 4x en loop de intervallen iets langzamer dan anders, zijnde aan 22″ à 22,5″/100m. Het wordt hierdoor een langere training en ik kijk er dan ook tevreden op terug. De hartslag blijft steeds net onder de 170 hs/min, waardoor dit een perfecte training is voor een verhoging van de VO2max. Dit wordt dan ook een vrij lange intervaltraining.

Donderdag wordt geen complete rustdag, maar crosstrainingsdag. Op de middag ga ik nog eens zwemmen en leg 2000m af in drie kwartier. Na de fietsbeurt van gisteren ben ik precies op weg om triatleet te worden. Toch houd ik het voorlopig op lopen.

Op vrijdag is het dan weer tijd voor een duurloop. In plaats van de training af te wachten, kies ik voor de zonnige namiddag en trek hiervoor mijn nieuwe Nike Zoom Fly’s aan. Benieuwd wat dit gaat geven. Voor het eigenlijke vertrek lijkt het net dat je op hoge hakken loopt, maar het wordt al snel duidelijk dat dit mijn nieuwe favoriete schoenen gaan worden. Mijn Garmin horloge weet niet wat er gebeurt, want de ‘Performance condition’ duidt een +5 aan. De duurloop via Horst en terug via Kessel-Lo, goed voor 23km worden dan ook sneller dan een normale duurloop gelopen, zijnde aan een tempo van 4’03″/km en dit aan een hartslag rond de 155 hs/min. Dit is gewoonweg schitterend voor mij.

Zondag is het dan weer het uitgelezen moment voor een echt langere duurloop. Dit moet dus zeker niet zo snel gebeuren en daarom niet opnieuw met de Nike’s, maar met de Guide 10S van Saucony. Na een 10k begint de pijn in de voet meer dan gewoon voelbaar te worden. De koppige ‘ik’ houd zich aan het (niet-bestaand) schema en loopt dus nog 23km verder met pijn. De pijn wordt daarmee alleen maar erger, tot extreem toe. Deze schoenen zijn dus niet geschikt voor mij en moeten weg. Iemand kandidaat?? Ondanks de pijn loop ik de 33km toch in 2,5u, wat neerkomt op een gemiddeld tempo van 4’30″/km met een gem. hartslag van 144 hs/min.

Hiermee sluit ik deze week af met 92 goede loopkilometers, een fietstocht en een zwemsessie én met drie keer op en af naar het werk met de fiets. Zo heb ik het graag!

Na deze topweek volgt een week van lopen en letten op de pijn. Dinsdag loop ik, met Asics Kayano dit keer, een tochtje van een goede 15km aan 4’30” en het blijft goed voelbaar. De intervaltraining op woensdag pas ik zelf een beetje aan en ga voor 5x (1000-200R-800-400R). Na 4x besluit ik toch maar om er mee op te houden. De pijn komt steeds maar meer opzetten. Dit is echt niet goed. Opnieuw moet ik extra rust inbouwen. Tot het weekend. Op zaterdag doe ik een kort tempoloopje van 12km met een snel einde en op zondag wil ik profiteren van de oostenwind en een stevige tempoloop doen op mijn vertrouwde parcours via Horst naar Kessel-Lo. Na 4km wil ik 15km een hoog tempo aanhouden, een ‘beetje’ geholpen door de wind. Spijtig genoeg, niet op de volledige 15km waardoor de laatste 3km nog vrij zwaar worden, zeker de laatste kilometer. Het is niet alleen de laatste, maar ook wind op kop en stijgend. Als dat geen doorbijten was om deze aan 3’52” te kunnen lopen!!

Hiermee kan ik een pijnlijke week toch relatief positief afsluiten. Alleen weten jullie nu dat de snelle 15km toch wel een beetje te danken zijn aan de goed gerichte wind tussen Horst en Kessel-Lo. Men zegge het vooral niet voort

Weer een weekje verder richting Rome

Het jaar zit intussen in de tweede maand en de marathons van het voorjaar komen er snel aan. Het wordt hoog tijd om een tandje bij te steken en de lange duurlopen langer te maken en de tempolopen nog wat sneller.

Door de knieproblemen van Tibo kan er niet meer met de fiets naar het werk gereden worden. Deze week zijn er dus geen fietskilometers te melden. Naast het lopen kan ik ’s avonds gelukkig nog iets actief doen, zijnde pingpongen of tafeltennis.

Na de duurloop van afgelopen zondag heb ik op maandag een dag rust nodig. Het lukt me nog steeds niet om het aantal trainingen te verhogen. Mijn lichaam herstelt niet snel genoeg, zoals ik graag zou hebben. Met nieuwe lichte trailschoenen loop ik heen en terug naar The Shelter (2x7km). Er staat toch wel wat wind en ik moet wachten tot het terugkeren om er voordeel uit te halen. De schoenen voelen door de stoffen bovenkant echt licht aan en nodigen uit om wat sneller te lopen. Het ligt vrij drassig en dit hindert me niet om af en toe eens niet weg te moeten springen. Toch moet je met dergelijke schoenen nog steeds uitkijken. Op een modderplas blijft het vrij glad en heb je niet altijd voldoende grip. Met een hartslag net onder de 160 hs/min ligt het tempo vrij hoog en zelfs nog iets hoger tijdens het teruglopen. Na 14km is de klok maar net het uur gepasseerd. De duurloop van zondag is verteerd en hopelijk kan ik morgen opnieuw volop gaan tijdens de DCLA intervaltraining op de piste.

 

Zoals net gezegd staat er de dag na de tempoloop een intervaltraining op het programma. Dit keer lopen we 2 duizendjes en daarna dubbele rondjes (=800m). Het tempo hiervoor ligt op 21″/100m. Bij de eerste twee kilometers lukt het om ze in 3’31” en 3’29” af te leggen. Hierna blijven er nog 6x800m af te leggen in hetzelfde tempo. Alle 800m worden effectief afgelegd in 2’46”-2’47”. Met dank aan het tempowerk van de hazen. We wisselen om de beurt mooi af om de kop te nemen en zo het tempo te bepalen. Op die manier moet er maar eentje regelmatig zijn horloge controleren en kan de rest zich concentreren op het lopen. Bij deze snelheden ligt mijn cadans mooi net boven de 180 stappen per minuut. Het mag dan ook een goede training genoemd worden.

 

Na een complete rustdag verleng ik op vrijdag de wintertoer door van thuis uit te vertrekken. Ik loop van thuis uit, tegen het startuur, naar DCLA om met de brokkenlopers de wintertoer te lopen. Iets te laat vertrekken betekent dat ik al vrij vlot moet doorlopen om tijdig aan de start te verschijnen. De wintertoer van 15,4km wordt niet supersnel, maar toch zonder joggen afgewerkt in 66’16” (=4’19″/km) waarna ik nog naar huis moet lopen. Het naar huis lopen probeer ik te doen aan dezelfde snelheid (4’17″/km). Hierdoor wordt deze langere duurloop meer een tempoloop. Toch ben ik tevreden van deze avond.

 

Na opnieuw een rustdag is het op zondag weer tijd voor het langere werk. Toch moet ik dit keer wachten tot de vooravond, omdat op de middag het provinciaal kampioenschap veldlopen voorrang krijgt. Dit keer pas ik voor de veldloop en kies voor het verharde asfalt. Zonder veel nadenken loop ik opnieuw 25km en dit voor de zoveelste keer via Horst en Kessel-Lo. Door de koude noordoosten wind houd ik het tempo er goed in om zeker geen koud te krijgen. De enige wijziging met de vorige 25k is dat ik nu wacht tot in Linden (en niet in het provinciaal domein) om de 2k extra te lopen. Al bij al mag ik blij zijn met een gemiddeld tempo van 4’22″/km, ook al heb ik hier gemiddeld 154 hs/min voor nodig.
Toch voel ik me alles behalve blij. Er komt een stekende pijn uit mijn rechter voetzool en dit is duidelijk geen spierpijn. Dit lijkt fel op opkomend hielspoor of Fasciitis Plantaris. Morgen toch eens langs de dokter passeren.

 

Deze week sluit ik af met iets meer dan 80km op de teller. Dit is al redelijk, maar ik had er graag nog wat meer gedaan.

 

 

Eerste week van het jaar

Het jaar is nu exact één week oud maar van stilzitten is er nog niet veel sprake geweest. Deze week sluit ik af met 80km op de teller.

Na het vorig jaar af te sluiten in schoonheid met de Leuvense Corrida, moest ik de dag nadien, weliswaar op 1 januari toch eventjes loslopen. Na een veel te korte nacht, toch de loopschoenen aangetrokken voor het de moeder der parcours. Deze omloop van 11km kopieerde ik ooit op Strava en liep ik al meerdere keren. Het blijft een goede herinnering hoe het allemaal begon. In die tijd was 11km nog een hele opgave; nu gebruik ik die afstand om los te lopen.

Op woensdag staat er natuurlijk de DCLA-intervaltraining op het programma. De eerste van het jaar wordt een piramide-training: 2x(800-400R-600-200R-400-200R-600-200R-800-400R). Dit is dezelfde formule van begin vorig jaar en dus mag het nu toch wel een beetje sneller. We zijn met 5 die starten aan het tempo 21 of 21″/100m (=3’30″/km) voor de 800m en de 600m. Na de eerste 400m (@20″/100m) is bij mij het vet al van de soep. Bij de volgende 600m moet ik het treintje lossen in de laatste bocht. Bovendien staat er daar een enorme wind op kop, waardoor ik echt diep moet gaan om niet te veel terrein te verliezen. Hierna volgt nog een 800m en dan opnieuw een volledige reeks. Dat houd ik niet uit! Zou ik na de 800m niet beter stoppen? De 400m rust zorgt ervoor dat ik toch aan de tweede sessie begin, maar nu moet ik telkens het treintje lossen. De hartslag komt telkens ver in het rood, maar de benen gaan niet sneller. Doodop loop ik na deze twee reeksen nog 4km rustig naar huis.

Op donderdag voel ik de zware intervaltraining nog steeds. Er zit maar één ding op: opnieuw de loopschoenen aantrekken en een klein toertje lopen. Opnieuw kies ik voor de moeder der parcours, maar dit keer deze van het werk. Het is alsof ik niet traag wil lopen, want eigenlijk loop ik nog steeds veel te snel om “los te lopen”. Ondanks de modder en de gladde paden, loop ik de Sequoia-toer in minder dan 40min.

Daags nadien staat er opnieuw een DCLA training op het programma: de vrijdagse tempoloop, wintertoer, naar Linden. De afgelopen twee dagen heb ik mijn benen veel te veel gevoeld en dus zou ik mij beter wat gedeisd houden. We vertrekken allemaal vrij rustig, maar na iets meer als een kilometer hebben de betere lopers het tempo toch al wat opgetrokken. Ik volg niet en wel, t.t.z. ik verhoog ook mijn tempo, maar blijf bewust op de achtergrond. Na de stevige beklimming van de Martellekensweg en Slangenstraat lopen ze nog steeds amper 100m voor me uit. Ik houd mijn tempo aan en hoop ze niet te snel uit het oog te verliezen. Tot mijn verwondering blijf ik vrij lang op een korte afstand volgen. Uiteindelijk loop ik de 15,3km lange wintertoer in 62’25”, mijn vierde beste tijd.

Op zondag staat bij veel afstandslopers een langere duurloop op het programma en daarin verschil ik niet. Dit keer komt de koude wind uit het NO en dus vertrek ik met tegenwind, maar heb het lange stuk van Horst naar Kessel-Lo wel rugwind. Het wordt dan ook een iets snellere duurloop. De eerste kilometers loop ik rond de 4’30/km, afhankelijk van de hoogtemeters: iets sneller als ze dalen en iets trager als ze stijgen. In de lange weg van Horst naar Kessel-Lo ligt het tempo iets hoger en gaat van 4’25″/km naar 4’20″/km.

Wetende dat de laatste 4K opnieuw tegenwind zullen zijn, wil ik na 20k nog eens de benen testen a.h.v. een snellere (@3’51″/km) ronde van de grote vijver. Daarna is het nog 4K “uitlopen, maar toch niet te traag. Met een tempo rond de 4’20” en een hartslag van 155 hs/min, mag ik tevreden zijn. Er is wel nog werk aan de winkel als ik een marathontempo van 4’05” wil lopen. Geen tijd te verliezen dus.

Met een weektotaal van 80 loopkilometers is het nieuwe jaar goed gestart. Op naar de volgende.

Begin van een nieuw loopjaar

Het kalenderjaar 2018 is net gestart en hiermee start ook een nieuw loopjaar. Als niet professioneel atleet volg ik niet het winter/veldseizoen of zomer/pisteseizoen, maar loop ik een heel jaar door met enkele piekmomenten.

Om naast het weer met bijhorende kledij en de lengte van de dagen toch wat variatie te brengen in het jaar, plan ik enkele belangrijke wedstrijden. Het is dan ook de bedoeling om telkens de trainingen aan te passen en juist op het moment van deze wedstrijden de juiste conditie te hebben en liefst met een supercompensatie. Andere wedstrijden worden dan meegenomen of gebruikt als extra training.

Voor mij blijft 2018 een jaar met minimum twee marathons. Deze twee marathons hebben steeds tot doel om er zo snel mogelijk te lopen en liefst met telkens een verbetering van de persoonlijke besttijd. Vorig jaar heb ik mijn besttijd 2u56’31″gelopen in Eindhoven. Om dit te verbeteren moet alles meezitten. In het jaar waarin ik vijftig (50!!) word, zal het niet gemakkelijk zijn om nog sneller te lopen.

De eerste poging onderneem ik tijdens de Maratona di Roma op 8 april. Intussen is het jaar al een week oud en hebben we nog exact 3 maanden of 13 weken om hier naartoe te leven. De afgelopen dagen heb ik gewerkt aan een trainingsschema. Dit heb ik voor de eerste keer zelf samengesteld, rekening houdend met mijn ervaring, de groepstrainingen van de mijn loopgroep (Brokkenlopers) en natuurlijk mijn familiaal en beroepsleven. Het komt erop neer om de intervaltraining van woensdag en de tempoduurloop op vrijdag te blijven doen. In het weekend staat dan de langere tempo- of duurloop op het programma.

De tweede marathon wordt de snelste marathon ter wereld: BMW Berlin Marathon op 16 september 2018. Deze moet eigenlijk hét hoofddoel van het jaar worden, zodat ik ook kan zeggen dat het mijn snelste marathon is. Deze marathon valt eigenlijk veel te vroeg en wel om verschillende redenen. De collega-brokkenlopers kiezen waarschijnlijk Eindhoven als hoofddoel en deze valt vier weken later, op 14 oktober. In september zijn er meerdere leuke wedstrijden zoals de halve marathons van 2Cdo (zie 2017) en het NCD “Koen van Dijck”.

Na twee edities van de Great Breweries Marathon waar ik telkens (zie 2016 en 2017) aan deelgenomen heb, zou ik de derde editie van 2018 ook graag deelnemen, maar dit is voorlopig nog heel onzeker. De marathon van Berlijn volgt nu slechts op vier maanden na Rome en een marathonvoorbereiding starten met een marathon is niet echt volgens de boekjes. Update 8/1/18: Zonet toch ingeschreven voor deze marathon op 3 juni.

Naast de specifieke voorbereiding op deze twee marathons heb ik van de nood een deugd gemaakt en ben ik gaan shoppen tijdens de solden. Ook in sportkledij en meer bepaald sportschoenen zijn er koopjes te doen.

Zoals (bijna) elke marathonloper heb ik vol spanning uitgekeken naar en kijk ik nu nog steeds met grote ogen naar het Breaking2-project van Nike. De documentaire van National Geographic blijft mij begeesteren (YouTube-versie). Naast de drie superatleten zorgde Nike voor dé revelatie van het jaar: Nike Vaporfly Elite. Wie wilt deze schoenen niet? Gelukkig zorgde Nike voor drie afgeleide schoenen: Nike Zoom Vaporfly 4%, Nike Zoom Fly en een ver afgeleide Nike Zoom Pegasus 34. Deze laatste kocht ik meer dan een half jaar geleden en hebben al meer dan 500 km op de teller staan.

Na niks dan goede commentaren met alle mogelijke superlatieven heb ik mij ook laten verleiden. Ik kocht vandaag zowel de Nike Zoom Fly als de Nike Zoom Vaporfly 4%!! De superlichte (184g) Vaporfly’s zal ik enkel gebruiken bij marathon’s waar ik mijn PR wil lopen en de Zoom Fly’s zullen voornamelijk dienen als laatste voorbereiding op die marathons en bij langere wedstrijden op de weg.

 

Kortom, dit jaar wil ik nog steeds aan mijn snelheid werken en hiermee het jaar 2017 proberen te bevestigen. Dit betekent dat er opnieuw marathons gelopen worden en liefst in de buurt van de 3 uur of eronder.  Bovendien zal ik ook nog wel enkele stratenlopen meedoen, die ik voornamelijk gebruik als intensieve duurloop.  Anderzijds zou ik dit jaar het leven van de trails willen ontdekken. Als de snelheid niet meer verhoogd kan worden, lijkt dit me een mooi alternatief.