Zoals je gisteren kon lezen, is dit een weekeinde, die je als marathonlopen best niet beleefd. Ook al wil én mag ik mezelf niet als marathonlopen benoemen, toch ben ik in volle voorbereiding van een marathon. Over exact 6 weken is het zover. Op zondag 26 april is het zover. Op die dag moet ik reeds om 9 uur ‘s morgens, ontzettend vroeg voor een zondag, paraat zijn om een goede marathon te lopen. Een goede marathon is natuurlijk bij iedereen verschillend en toch niet. Bij de één is dit een benadering of liefst een verbetering van het persoonlijk record, bij de is dit een marathon uitlopen zonder te sterven, figuurlijk dan.
De marathon van Antwerpen wordt mijn eerste marathon; ik moet dus tevreden zijn met dit laatste, zijnde uitlopen en fier en genietend over de finishlijn lopen. Voor we zo ver zijn, moet er echt wel getraind worden. Als je de laatste rustweek niet meer meetelt, heb ik maar vijf weken meer om me deftig voor te bereiden. Zoals gisteren beschreven, was dit een weekeinde, dat je best niet doet, zelfs niet op zes weken voor dé marathon.
Daarover nu nog wat schrijven is te laat; trouwens dat deed ik gisteren reeds. Vandaag moest ik de meubels trachten te redden. Ondanks al het foute wat ik vrijdag en zaterdag gedaan heb, zou ik vandaag een duurloop afwerken. Ik ben dan ook overtuigd om een 30K te lopen. Gisteren had ik ook al beslist om toch maar niet deel te nemen aan de VijverRun in Zolder. Fier ben ik hier natuurlijk niet over, maar jezelf iets wijsmaken heeft dan ook geen zin. Ik ben vandaag helemaal niet in staat om een wedstrijd af te leggen, en zeker niet eentje van 33km. Toch ben ik van plan om deze namiddag 30km te lopen.
Door iets langer te slapen, heb ik ook iets later ontbeten. Dit is natuurlijk belangrijk als je drie uur wilt lopen zonder bevoorrading. Nog iets wat ik vandaag geleerd hebt: op een portie ontbijtgranen loop je geen marathon. Het is dus echt wel van belang dat je er de dag voordien een koolhydraatrijke dag van maakt én voldoende rust.
Het is vandaag grijz en miezerig weer met een temperatuur van om en bij de 7°C. De gevoelstemperatuur ligt bij amper 3°C. Het is dus zeker weer voor een lange broek en in mijn geval ook met lange mouwen. Bovenop mijn loopshirt, dat ik op een T-shirt draag, heb ik toch nog gekozen voor een windvestje, fluorescerend zelfs. Bij het vertrek zelf, steek ik nog gauw een paar handschoenen in mijn vestzakken. Achteraf blijkt dit een goede beslissing, want ik heb deze niet enkele na één kilometer al aangedaan, maar opnieuw ergens ver over halfweg. De laatste dagen voelde mijn benen al zwaar aan en na twee ‘foute’ avonden was het loopje van vandaag over het algemeen heel zwaar. De eerste kilometers gingen redelijk, maar je voelde van bij de start dat dit geen plezierig loopje zou worden. Na een kwartier lopen voelde ik al druk op mijn blaas en moest ik dus eigenlijk gaan urineren. Natuurlijk maak je dan onmiddellijk de reflectie, wat als dit gebeurt tijdens je marathon? Nu besef je waarom er langs het parcours ook toiletten voorzien zijn. Gebruik je die dan? Vandaag heb ik geleerd dat je dat dus best wel doet. Het loopt veel ontspannender nadat je toegeeft aan die druk. De eerste kilometers vandaag waren met relatief veel tegenwind, ook weer allesbehalve ideaal. Mijn oortjes (van iPod) moest ik terug uitdoen, omdat deze tegenwind zorgde voor de veel geruis. Eénmaal het kasteel van Horst gepasseerd, zou het dus zonder tegenwind moeten zijn, maar zelfs daar ging niets vlot. Bij een min of meer constante snelheid ging weliswaar mijn hartslag naar beneden, maar ik heb nooit echt dat ontspannen gevoel gehad. Bovendien had ik het met deze wind in de rug, al voelde ik daar niets van, nooit te warm. Ik voelde dat ik onvoldoende energie had om mezelf op te warmen. Na 15km passeerde ik een punt waar ik naar huis kon lopen en dus wat minder af te moeten zien, maar ik bleef volharden in de boosheid en koos toch voor de langere pijn. Na de relatief lange en zware helling (van 23km tot 24,5km) besloot ik toch om niet de volledig geplande toer te doen. Ik weet ook niet hoeveel kilometer dat nog zouden zijn en het was toch wel tijd om stilaan richting huisfront te lopen. Ik steek het dit keer niet alleen op de tijdsdruk, maar het speelde toch wel een rol.
Na 27,5 km was ik echt wel blij dat ik thuis was, iets kon drinken en een warme douche verdiend heb.
Hopelijk komen er de volgende weken geen dagen meer zoals vandaag. Ik wil terugkomen op mijn eerste motto: Run for Fun!! Vandaag liep ik echt wel als noodzakelijke training. Nu maar hopen dat ik er morgen niet té veel last van heb.