Tag archieven: interval

My way to Chicago (week 2/12)

De 30km lange leegloop of ‘Glycogen depleted run’ van gisteren is vrij goed verteerd en viel zelfs beter mee dan gevreesd. We kunnen dus zonder problemen een nieuwe, de tweede, week aanvatten.

Maandag 29/07 (DL 12k)

We week starten, doen we met een rustige duurloop van 12km. De enige opties zijn nog langs waar en wanneer exact. De middagpauze is hiervoor geschikt en dus vertrek ik vanop mijn werk en loop traditiegetrouw richting Sportkot. Dit keer probeer ik toch eens niet langs de Dijle te lopen en kies na 5k, net achter de tunnel onder de E40 links i.p.v. rechts. Deze weg brengt me richting Heverlee langs de spoorweg.
Dit rondje is iets te kort en breid ik er nog een lusje aan wat me wel op 13k brengt. Iets te veel, maar het bleef rustig vandaag en dan zal het wel geen kwaad kunnen zeker?
StravaGarmin – Runalyze

Dinsdag 30/07 (DL 12k + str)

Als je 7/7 loopt zin de duurloopjes de relatieve rustdagen. Vandaag is weer zo’n dagje. Dit keer loop ik nog maar eens tijdens de middag en dus via Sportkot en Arenberg richting tunnel E40. Dit keer draai ik wel rechts tot de horloge 6km aanduidt en ik rechtsomkeer moet maken. Het stuk voorbij de E40, zowel heen als terug, verhoog ik een beetje de cadans, maar hiermee ook ongewild mijn paslengte. Ik loop daarmee iets sneller, zonder het echt te willen.
Bij aankomst loop ik nog even door naar het stadspark om het rechte stuk richting Hooverplein te gebruiken om vier versnellingen uit te voeren.
Strava GarminRunalyze

Woensdag

Na enkele duurloopjes is het vandaag weer ‘afzien’ geblazen met een intervaltraining bestaande uit 4 maal 2000m aan een vrij hoog tempo (3’45”-3’35”) en met korte rustpauzes (90″).
Deze training doe ik wel ’s avonds en liefst nog samen met de Brokkenlopers van DCLA in het provinciaal domein van Kessel-Lo. Tot mijn verrassing wil Tobi meegaan en zijn training koppelen aan de mijne. Hij loopt telkens de eerste 1000m van mijn snelle stukken. Hiermee heeft hij wel langere pauzes (3’45″+90″). Van thuis uit vertrekken (Tobi met fiets) heb ik al 4km opwarming achter de rug. De laatste km, inclusief enkele korte versnellingen, doen we samen om aansluitend de eerste sessie te starten. 3’33” doen we samen over de eerste km. Tobi mag stoppen; ik draaf door om de tweede kilometer af te leggen in 3’39”. Die 90″ vliegen voorbij en we vertrekken nu in omgekeerde richting voor de twee herhaling (3’40” en 3’43”). Het wordt er zeker niet gemakkelijker op, maar we zijn dan ook al halfweg.
Ook bij de derde sessie blijft Tobi goed volgen tijdens de eerste 1000m in 3’45”. De laatste sessie voelt echt zwaar. De benen worden al zwaar na 300m, maar toch lukt het nog om deze af te leggen in 3’43” en 3’47”. Limiet werd hiermee net bereikt. Een geslaagde training dus. Nu rustig naar huis lopen.
StravaGarminRunalyze

Donderdag

De training van gisteren laat toch wel wat sporen achter. Na een korter nachtje voel ik me vandaag toch echt wel moe. Ik stel het 12k duurloopje alvast uit tot na het werk en dus niet tijdens de lunchpauze.
Zelfs na het werk blijft de goesting wat achter. Luisteren naar het lichaam zou hier kunnen betekenen om een dagje over te slaan. Toch kleed ik mij om en vertrek voor een rustige training. Om toch wat afwisseling te brengen, kies ik een variatie op een reeds veelgelopen omloop. Ondanks het grijze weer is het vrij warm e staat er heel wat NW-wind. De eerste kilometers gaan effectief vrij stroef, maar gelukkig komen de spieren na een tijdje toch wat los.
Ondanks het nieuwe stuk, blijft dit een saaie training. Hopelijk morgen beter.
Strava GarminRunalyze

Vrijdag

De meesten zouden zeggen:”Eindelijk vrijdag!”, maar ik denk meer aan de training van vanavond en twijfel tot net voor het vertrek waar en hoe ik deze tempoblokken (2x5000m) zou lopen. De twee opties zijn: op mijn eentje zoals twee weken geleden richting Horst of samen met de collega-Brokkenlopers langs de vrijdagse zomertoer. Uiteindelijk laat ik me vergelijken door het sociale en kies toch voor de Zomertoer. Mede het lichte gebrek aan goesting heeft deze keuze bepaald. Bovendien zijn er twee brokkenlopers (A. en A.) die me zelfs willen vergezellen. Beter had ik het niet kunnen hopen.
Om 18.15u vertrekken we al pratend aan een rustig tempo. Na 5k, net aan het begin van de Prinsendreef, verhogen we het tempo naar de geplande 3’55” min/km, tenminste gemiddeld: bergaf wat sneller, bergop wat trager. Mede dankzij het kopwerk van A. lopen we met zijn drieën de 5k in minder dan 24min. Opzet geslaagd.
Na een 4 min duurlooptempo begin ik aan mijn tweede blok tot opnieuw aan DCLA, alleen dit keer. Toch slaag ik in mijn doel om rond de 3’55” te blijven.
Zelfs het uitlopen op de piste blijft zwaar aanvoelen. Duidelijk een bewijs dat ik niet veel reserve meer had.
Strava GarminRunalyze

Zaterdag

Vandaag is het echt wel een herstelloop i.p.v. duurloop en daarmee heb ik zo goed als alles gezegd. Ik kies er zelfs voor om het parcours te lopen waarmee het min of meer begonnen is en dat ik van D. op Strava had ‘gepikt’. Met enkel een koffie maak ik er wel een vetloopje van.
Strava Garmin Runalyze

Zondag

Op zondag staat er steevast een langere loop gepland. Vandaag is het een easy-versie, zijnde 22k easy pace. Om op het einde geen te zware helling te moeten verwerken, start ik vandaag aan de parking van Pellenberg-kliniek. Van daaruit loop ik richting Binkom, kerkom, Boutersem en dit langs grote en kleine wegen en zelfs met een groot deel onverharde wegen. Spijtig genoeg liggen er iets te veel keien op die paden waardoor het echt wel uitkijken is waar de voeten terecht komen. Ondanks de wind zijn er toch wel stroken waar het te warm aanvoelt.
Met deze duurloop sluiten we de week af met 107km op de teller.
Strava GarminRunalyze

Met deze langere duurloop komt mijn weektotaal op 107km.

Overzicht deze week:

Maandag: 12k duurloop
Dinsdag: 12k duurloop + strides
Woensdag: Interval 4 x 2000 @3:40-3:45
Donderdag: 13k duurloop
Vrijdag: Interval 2 x 5000 @3:55
Zaterdag: 11k duurloop
Zondag: LSD 22k

My Way to Chicago (Week 1/12)

Na twee marathons (Boston en Great Breweries) en de 20km van Brussel binnen een tijdspanne van vijf weken werd er de afgelopen maanden vooral aan de basis gewerkt.

Sinds 21 juli zijn we op 12 weken van mijn volgende marathon en vangt de specifieke marathonvoorbereiding aan. Benieuwd of we een jaar na mijn PR in Berlijn nog kunnen verbeteren.

In tegenstelling tot de voorbereidingen van de vorige marathons laat ik me dit keer bijstaan door een coach, meerbepaald een coaching community: RunnersConnect. Ondanks de taal (Engels), de afstand en gebruikte technologie (Internet) doe ik alsof ze naast me staan. Ik heb nog nooit zo overtuigd een trainingsschema gevolgd.

Deze week staan er drie trainingen op het programma. Woensdag moet er een intervaltraining (10 x 800m) afgewerkt worden en in het weekend een gecombineerde twee-daagse-training.
Door de zomerse omstandigheden is het soms wat zoeken op welk moment van de dag ik de trainingen doe. Ik ben helemaal geen ochtendmens en het is daardoor niet ideaal om ’s ochtends te lopen.

Maandag

Duurloopje 11k

Dinsdag

Duurloopje 11k + str

Woensdag

Deze woensdag laat het warme weer me geen keuze. Het moet ’s morgens en wel liefst zo vroeg mogelijk. Een uur vroeger dan normaal loopt de wekker af en na een licht ontbijt en een koffie rijd ik richting Sportkot. In het bos, voorbij het Arenbergkasteel, heb ik een beschut stukje van 800m gevonden om deze training af te werken.
Net voorbij het gebouw De Nayer voel ik dat mijn darmen te actief geweest zijn en moet ik terugkeren en hopen dat het gebouw (en vooral de toiletten) open zijn. Gelukkig! Ze zijn open, weliswaar nog geen licht, maar de druk is van de ketel.
De zon zit nog laag en het grootste deel van de piste ligt nog in de schaduw, dus werk ik deze training hier af.

Door het warme weer beperk ik me tot drie kilometer lichte warming up en nog twee rondjes op de piste met korte versnellingen om de heupflexibiliteit toch al wat te stimuleren. Tijd om eraan te beginnen.

De eerste drie 800m met minder dan 1 minuut pauze worden afgelegd 2’54” (tempo 3’35” min/km). Voor de twee volgende heb ik al 2’55” nodig. Het wordt dan ook steeds zwaarder, maar ik blijf nog steeds onder het tempo van 3’40” min/km.
De maag begint weer van zich te laten horen, maar ik probeer om de volgende vijf 800tjes nog af te leggen. De twee volgende lukken nog in 2’57”, maar de voor de achtste heb ik al 2’59” nodig en tijd om te rusten is er niet echt. Doorlopen richting sanitair is de enige optie.
Na het korte, maar noodzakelijke toiletbezoek, leg ik de laatste twee dubbele ronden (volg je nog?) af in 2’58” en 2’56”.

Intussen is het al aardig warm geworden en ben ik toch blij dat ik nu kan uitlopen. Een kwartier later ben ik klaar voor een verfrissende douche en kan mijn werkdag beginnen.

Donderdag

Na een training zoals gisteren is het eerder herstel- dan duurloop. Gelukkig heb ik niet te veel ‘gevolgen’ van de training en kan de 11k vlot lopen. Ondanks het vrij vroege uur, 7:30u, is het toch al 25°C.

Vrijdag

In tegenstelling tot andere weken staat er op deze vrijdag ook een rustig duurloopje gepland, weliswaar in voorbereiding van wat me dit weekend te wachten staat. Ik kan me moeilijk inhouden en las in het midden van de duurloop een kleine tempoverhoging in, zonder te overdrijven natuurlijk.

Zaterdag

Vandaag staat er een tempoloop op het programma met een specifiek doel: de glycogeenvoorraad opgebruiken. De buienradar zal bepalen wanneer ik deze training afwerk. Net na de middag is er voldoende tijd om tussen twee buien door te lopen. Na 2km inlopen schakel ik een tempo hoger (4’00”-4’30″min/km) en dit voor 12km. Dat zou voldoende moeten zijn om de voorraden in mijn spieren en lever verbruikt te hebben. Daarna loop ik natuurlijk opnieuw 2km rustig als herstel. Uiteindelijk, met hoge vochtigheid en meer dan voldoende wind, loop ik de 12km in net geen 51min (gemiddeld 4’14” min/km).

Zondag

De zondagse duurloop van 30km wordt vandaag gelopen zonder ontbijt, nuchter dus. Na de tempoloop van gisteren heb ik natuurlijk wel nog gegeten, maar in principe heeft mijn lichaam wel een tekort aan koolhydraten of glycogeen om deze inspanning te voeden. Bovendien moet er op het einde van deze langeduurloop een stuk sneller gelopen worden. Ik start met de nodige nervositeit aan deze training. Om de hellingen te vermijden rijd ik eerst richting vaart om zo de volledige afstand langs het water af te werken. Dit keer bepaalt niet de buienradar het startmoment, maar vertrek ik een niet veel na het opstaan.
30km lopen langs de vaart is niet echt iets om naar uit te kijken en op een grijze dag zoals vandaag, nog veel minder. Laten we maar beginnen met de eerste 22km rustig lopen. Net voor me vertrekt er nog iemand en na een tijdje haal ik hem (Danny) toch in en op die manier loop ik toch voor een bepaalde tijd niet alleen. Het grootste stuk loop ik rustig (zowel snelheid als omgeving) en word af en toe geprikkeld door een fietser of door mijn horloge die telkens piept bij het afronden van een kilometer.
Een kilometer voorbij het sas van Kampenhout neem ik mijn enige bocht en loop de hele weg terug richting Leuven. Nu wordt het aftellen tot aan Café Maritiem, want ik heb er voor gekozen -door het nauwgezet kiezen van mijn keerpunt- om net achter het stukje kassei te beginnen aan de 5k tempo met doeltempo 3’55” of sneller. 3’55”? Dat is echt wel snel; dat haal ik toch nooit na 22km en met een lege maag en dito spieren?
Verrassend genoeg piept de horloge de eerste keer na 3’56”, niet veel te traag dus. Net hierdoor denk ik dat het niet te moeilijk wordt, maar het volgende kilometer-signaal komt pas na 4’00”. In dit stuk liggen wel de twee omleidingen rond de draaikom en rond Cargill. Toch moet er een tandje bijgestoken worden. Gelukkig is de Garmin Forerunner 945 beter in de tempoaanduidingen dan zijn voorganger en kan ik goed volgen aan welk tempo ik loop. De drie volgende kilometers loop ik wel snel genoeg: 3’54”, 3’50” en 3’52”. Al deed ik de laatste kilometer nog zo mijn best, ik had 3’52” nodig om de kilometer af te leggen.
Na omschakeling naar rustig duurlooptempo zakt de hartslag toch relatief snel en begin ik al te genieten van deze training, waar ik toch wel enkele dagen ‘schrik’ van had.

Met deze langere duurloop komt mijn weektotaal op 107km.

Overzicht deze week:

Maandag: 11k duurloop
Dinsdag: 11k duurloop + strides
Woensdag:: interval 10 x 800 @3:35-3:45
Donderdag: 11k duurloop
Vrijdag: 11k duurloop + strides
Zaterdag: Tempoloop (2-2@4:00-4:30-2)
Zondag: LSD 30k met 22-27@3:55

Rest van februari: combinatie van blessure en trainen

Na het doktersbezoek van maandag was ik toch wel aangedaan. Het was duidelijk dat deze pijn er niet zomaar is. Het zal dan ook een week niet (te veel) lopen zijn. Preventief is al niet meer juist, eerder correctief ga ik nu een week ontstekingsremmers nemen en regelmatig de voetzool koelen met ijs. Hopelijk krijgen we daarmee de ontsteking van de aanhechting van het peesblad (fascia plantaris) onder de voet op het hielbeen. Dit is een hele boterham om niet te moeten spreken van hielspoor.

Er is weinig aan te doen behalve een combinatie van onderstaande maatregelen, tenminste als je er nog niet te lang last van hebt, zoals ik dus.

  • OntstekingsremmersU kunt een periode ontstekingsremmers zoals Ibuprofen nemen
  • IJsapplicatieDe ontsteking kan verminderen door ijs te leggen ter hoogte van de pijnlijke plaats op de hiel
  • Aanpassen van de activiteiten: Tijdelijk de belasting verminderen door minder te sporten
  • Stretch oefeningenStretching van de fascia plantaris en de achillespees door 3x per dag verschillende stretchoefeningen te doen. Uw orthopeed zal u een formulier geven met hierop de oefeningen of u kan deze aanleren met de kinesist.

Na een weekje was het al iets beter, maar nog zeker niet weg. Langer wachten om te gaan lopen, kan/wil ik niet en loop ik op zaterdag nog eens richting Pellenberg en doe een 15km aan een aardig tempo (4’23″/km). De pijn is te doen en dus besluit ik om de dag nadien het rondje via Horst en Kessel-Lo te doen. Wat de schoenen betreft liep ik zaterdag met Asics Kayano 23 en op zondag met de Saucony Guide 10S. Deze laatste zijn duidelijk niet zo goed in deze omstandigheden. De pijn was terug aanwezig en 23km lopen, ook aan rustig tempo, doet duidelijk niet goed.

Nu maak ik me pas echt zorgen. 8 weken voor de marathon van Rome en ik kan niet eens pijnvrij lopen!! En kom vooral niet af dat ik moet rusten!!

Na een rustdag op maandag is het dinsdag opnieuw tijd om te lopen. Veel zin om een nieuw parcours te vinden is er niet en daarom loop ik nog eens op en af naar The Shelter, goed voor 14km. Hierin steek ik toch wel wat tempowerk. Het is vooral dit tempowerk waar ik hopelijk een verbetering ga merken tijdens de marathon. Tempo en LSD zijn volgens mij de basistrainingen voor een marathon. Teveel tempowerk kan ik sowieso niet doen, omdat mijn loopstelsel die hoge belasting niet toelaat. Het blijft dansen op een slappe koord.

Amper één dag later maak ik er een extra sportieve dag van. In de namiddag haal ik de koersfiets eens buiten en doe een rondje van een goede 22km in iets meer dan drie kwartier. Het is zeker nog niet veel, maar dit wordt misschien wel begin van een hele fietscarrière. Alhoewel, hieraan twijfel ik zelf nog wel. Ondanks deze fietstocht ga ik ’s avonds naar de training van DCLA. Op het programma van de brokkenlopers staat dit keer iets nieuws en zelfs met twee keuzes. Ik kies het eenvoudigste model, zijnde 3 à 4 x (1000-200R-600-200R-1000-400R). Ik blijf toch iets meer focussen op langere afstand en geef de voorkeur aan 4x en loop de intervallen iets langzamer dan anders, zijnde aan 22″ à 22,5″/100m. Het wordt hierdoor een langere training en ik kijk er dan ook tevreden op terug. De hartslag blijft steeds net onder de 170 hs/min, waardoor dit een perfecte training is voor een verhoging van de VO2max. Dit wordt dan ook een vrij lange intervaltraining.

Donderdag wordt geen complete rustdag, maar crosstrainingsdag. Op de middag ga ik nog eens zwemmen en leg 2000m af in drie kwartier. Na de fietsbeurt van gisteren ben ik precies op weg om triatleet te worden. Toch houd ik het voorlopig op lopen.

Op vrijdag is het dan weer tijd voor een duurloop. In plaats van de training af te wachten, kies ik voor de zonnige namiddag en trek hiervoor mijn nieuwe Nike Zoom Fly’s aan. Benieuwd wat dit gaat geven. Voor het eigenlijke vertrek lijkt het net dat je op hoge hakken loopt, maar het wordt al snel duidelijk dat dit mijn nieuwe favoriete schoenen gaan worden. Mijn Garmin horloge weet niet wat er gebeurt, want de ‘Performance condition’ duidt een +5 aan. De duurloop via Horst en terug via Kessel-Lo, goed voor 23km worden dan ook sneller dan een normale duurloop gelopen, zijnde aan een tempo van 4’03″/km en dit aan een hartslag rond de 155 hs/min. Dit is gewoonweg schitterend voor mij.

Zondag is het dan weer het uitgelezen moment voor een echt langere duurloop. Dit moet dus zeker niet zo snel gebeuren en daarom niet opnieuw met de Nike’s, maar met de Guide 10S van Saucony. Na een 10k begint de pijn in de voet meer dan gewoon voelbaar te worden. De koppige ‘ik’ houd zich aan het (niet-bestaand) schema en loopt dus nog 23km verder met pijn. De pijn wordt daarmee alleen maar erger, tot extreem toe. Deze schoenen zijn dus niet geschikt voor mij en moeten weg. Iemand kandidaat?? Ondanks de pijn loop ik de 33km toch in 2,5u, wat neerkomt op een gemiddeld tempo van 4’30″/km met een gem. hartslag van 144 hs/min.

Hiermee sluit ik deze week af met 92 goede loopkilometers, een fietstocht en een zwemsessie én met drie keer op en af naar het werk met de fiets. Zo heb ik het graag!

Na deze topweek volgt een week van lopen en letten op de pijn. Dinsdag loop ik, met Asics Kayano dit keer, een tochtje van een goede 15km aan 4’30” en het blijft goed voelbaar. De intervaltraining op woensdag pas ik zelf een beetje aan en ga voor 5x (1000-200R-800-400R). Na 4x besluit ik toch maar om er mee op te houden. De pijn komt steeds maar meer opzetten. Dit is echt niet goed. Opnieuw moet ik extra rust inbouwen. Tot het weekend. Op zaterdag doe ik een kort tempoloopje van 12km met een snel einde en op zondag wil ik profiteren van de oostenwind en een stevige tempoloop doen op mijn vertrouwde parcours via Horst naar Kessel-Lo. Na 4km wil ik 15km een hoog tempo aanhouden, een ‘beetje’ geholpen door de wind. Spijtig genoeg, niet op de volledige 15km waardoor de laatste 3km nog vrij zwaar worden, zeker de laatste kilometer. Het is niet alleen de laatste, maar ook wind op kop en stijgend. Als dat geen doorbijten was om deze aan 3’52” te kunnen lopen!!

Hiermee kan ik een pijnlijke week toch relatief positief afsluiten. Alleen weten jullie nu dat de snelle 15km toch wel een beetje te danken zijn aan de goed gerichte wind tussen Horst en Kessel-Lo. Men zegge het vooral niet voort

Weer een weekje verder richting Rome

Het jaar zit intussen in de tweede maand en de marathons van het voorjaar komen er snel aan. Het wordt hoog tijd om een tandje bij te steken en de lange duurlopen langer te maken en de tempolopen nog wat sneller.

Door de knieproblemen van Tibo kan er niet meer met de fiets naar het werk gereden worden. Deze week zijn er dus geen fietskilometers te melden. Naast het lopen kan ik ’s avonds gelukkig nog iets actief doen, zijnde pingpongen of tafeltennis.

Na de duurloop van afgelopen zondag heb ik op maandag een dag rust nodig. Het lukt me nog steeds niet om het aantal trainingen te verhogen. Mijn lichaam herstelt niet snel genoeg, zoals ik graag zou hebben. Met nieuwe lichte trailschoenen loop ik heen en terug naar The Shelter (2x7km). Er staat toch wel wat wind en ik moet wachten tot het terugkeren om er voordeel uit te halen. De schoenen voelen door de stoffen bovenkant echt licht aan en nodigen uit om wat sneller te lopen. Het ligt vrij drassig en dit hindert me niet om af en toe eens niet weg te moeten springen. Toch moet je met dergelijke schoenen nog steeds uitkijken. Op een modderplas blijft het vrij glad en heb je niet altijd voldoende grip. Met een hartslag net onder de 160 hs/min ligt het tempo vrij hoog en zelfs nog iets hoger tijdens het teruglopen. Na 14km is de klok maar net het uur gepasseerd. De duurloop van zondag is verteerd en hopelijk kan ik morgen opnieuw volop gaan tijdens de DCLA intervaltraining op de piste.

 

Zoals net gezegd staat er de dag na de tempoloop een intervaltraining op het programma. Dit keer lopen we 2 duizendjes en daarna dubbele rondjes (=800m). Het tempo hiervoor ligt op 21″/100m. Bij de eerste twee kilometers lukt het om ze in 3’31” en 3’29” af te leggen. Hierna blijven er nog 6x800m af te leggen in hetzelfde tempo. Alle 800m worden effectief afgelegd in 2’46”-2’47”. Met dank aan het tempowerk van de hazen. We wisselen om de beurt mooi af om de kop te nemen en zo het tempo te bepalen. Op die manier moet er maar eentje regelmatig zijn horloge controleren en kan de rest zich concentreren op het lopen. Bij deze snelheden ligt mijn cadans mooi net boven de 180 stappen per minuut. Het mag dan ook een goede training genoemd worden.

 

Na een complete rustdag verleng ik op vrijdag de wintertoer door van thuis uit te vertrekken. Ik loop van thuis uit, tegen het startuur, naar DCLA om met de brokkenlopers de wintertoer te lopen. Iets te laat vertrekken betekent dat ik al vrij vlot moet doorlopen om tijdig aan de start te verschijnen. De wintertoer van 15,4km wordt niet supersnel, maar toch zonder joggen afgewerkt in 66’16” (=4’19″/km) waarna ik nog naar huis moet lopen. Het naar huis lopen probeer ik te doen aan dezelfde snelheid (4’17″/km). Hierdoor wordt deze langere duurloop meer een tempoloop. Toch ben ik tevreden van deze avond.

 

Na opnieuw een rustdag is het op zondag weer tijd voor het langere werk. Toch moet ik dit keer wachten tot de vooravond, omdat op de middag het provinciaal kampioenschap veldlopen voorrang krijgt. Dit keer pas ik voor de veldloop en kies voor het verharde asfalt. Zonder veel nadenken loop ik opnieuw 25km en dit voor de zoveelste keer via Horst en Kessel-Lo. Door de koude noordoosten wind houd ik het tempo er goed in om zeker geen koud te krijgen. De enige wijziging met de vorige 25k is dat ik nu wacht tot in Linden (en niet in het provinciaal domein) om de 2k extra te lopen. Al bij al mag ik blij zijn met een gemiddeld tempo van 4’22″/km, ook al heb ik hier gemiddeld 154 hs/min voor nodig.
Toch voel ik me alles behalve blij. Er komt een stekende pijn uit mijn rechter voetzool en dit is duidelijk geen spierpijn. Dit lijkt fel op opkomend hielspoor of Fasciitis Plantaris. Morgen toch eens langs de dokter passeren.

 

Deze week sluit ik af met iets meer dan 80km op de teller. Dit is al redelijk, maar ik had er graag nog wat meer gedaan.

 

 

Geen winterslaap, wel rustig aan

Het ligt niet aan het weer. Toch is het de tijd van het jaar om het eens wat rustiger aan te doen.

De afgelopen weken liggen het aantal gelopen kilometers beduidend lager. In het Engels gebruiken ze hiervoor het woord “seasoning”. Iedereen weet dat je niet het hele jaar door in een supervorm kan verkeren. Daarom wordt een jaar opgedeeld in seizoenen. Voor mij liggen de hoogtepunten nog steeds op de marathons en enkele stratenlopen. Recentelijk moet ik daar ook enkele veldlopen bij rekenen.

Om die supervorm te bereiken moet er naar een specifieke wedstrijd toe geleefd worden. Op dit ogenblik heb ik geen grote wedstrijd in het verschiet en kunnen we dus een relatieve rustperiode inbouwen. In deze periode geef ik mijn lichaam ook de nodige rust. Zowel het aantal trainingen, het aantal kilometers en de intensiteit worden gereduceerd. Een week bestaat nu uit een drietal trainingen. Als lid van de ‘brokkenlopers’ van DCLA, blijf ik wel de gemeenschappelijke trainingen meedoen.

Onze begeleider/trainer weet ook dat de meeste van ons in een rustige periode zitten en hij werkt hier ook naar. Dit houdt niet in dat de trainingen rustiger zijn, wel dat deze een groter en verder doel hebben. Op vrijdag lopen we onze vertrouwde wintertoer richting Linden. Bij deze duurloop vertrekken we samen en kan iedereen zijn eigen tempo lopen naargelang zijn kunnen en het doel van de komende dagen of weken. Iemand die zin heeft om er een intensieve tempoloop van te maken kan dat. Iemand die in het weekend een wedstrijd gepland heeft, kan er ook een meer extensieve duurloop van maken.

De intervaltrainingen op woensdag zijn niet echt rustig te noemen en gelukkig maar. Een rustige intervaltraining mist een groot deel van zijn effect. Een groot deel van de brokkenlopers wil aan de snelheid werken en hiervoor zijn de intervaltrainingen uitermate geschikt. Het is dan ook de bedoeling om tijdens de winter een opbouwend effect van de intervaltrainingen te krijgen. Het is deze winter dan eerder de bedoeling om de snelheid op de kortere stukken te kunnen volhouden op de iets langere stukken.

In het begin van de week en in het weekend is er dan tijd voor een individuele training. Dit kan gaan van een extensieve duurloop of nog trager tot een  intensieve tempoloop. Hier laat ik mijn ‘onderbewustzijn’ de keuze. Afhankelijk van de goesting beslis ik over de afstand en de snelheid. Op die manier hoop ik het meest blessurevrij te blijven. Ik vertrouw op wat het lichaam mij vertelt. Als ik zin heb om eens voluit te gaan, ga ik er vanuit dat mijn lichaam dat ook aan kan. Een theorie zoals een ander.

Deze periode ligt de nadruk dan ook voornamelijk op het verhogen van de basisuithouding en de basissnelheid en natuurlijk op het blessurevrij blijven. Tijdens deze periode is het bovendien de bedoeling om wat aan crosstraining (zwemmen, fietsen, …) te doen en om de core stability te onderhouden of zelfs te verbeteren. Als beginnend hardloper wordt het belang hiervan vaak onderschat en ik ben hierin het type voorbeeld.

Anderzijds blijf ik mijn conditie ook onderhouden met veldlopen en wie weet zelfs een winter stratenloop. Indien ik aan een wedstrijd deelneem, lees je dit zeker in een apart bericht.

Heb je nog meer tips hoe een (hard-)loper zijn conditie moet onderhouden of verbeteren, dan hoor ik het graag via mail of als reactie hieronder.

 

Veel loop- en of sportplezier aan iedereen die dit leest.

Intervaltraining, start van het winterseizoen

Na de rustige week probeer ik deze week opnieuw een normaal ritme aan te nemen. Dit betekent dus ook de trainingen met de Brokkenlopers van DCLA op woensdag en vrijdag en een langere duurloop in het weekend.

De week begint al met een rustdag, na de langere duurloop van zondag die nog steeds niet verliep zoals ik zou willen. Op dinsdag trek ik me wel weer op gang al is het niet met veel enthousiasme. Toch maak ik er geen rustig middagloopje van, maar leg er een stevig tempo op. De eerste kilometers lijken langzamer, maar dat zal wel aan de GPS liggen, denk ik. De hartslag neemt gestadig toe en na iets meer dan 2K bereik ik al de 170 hs/min. Veel te hoog. Dit is helemaal geen wedstrijdtempo en toch deze hartslag. Te weinig slaap is duidelijk nefast voor een goede hartslag. Of zijn er nog andere redenen?

Tempo op dinsdag:   

Opnieuw een slechte planning. Wie doet er nu tempowerk daags voor een intervaltraining? Ik zou toch eens een schema moeten maken en volgen. Hopelijk heb ik er woensdagavond niet te veel last van en kan ik de intervaltraining goed afwerken.

Woensdagmiddag krijgen we van Jeroen, onze coach, het schema van de training doorgestuurd:

Intervaltraining 25 oktober

Door Jeroen

Deze keer gaan we na de opwarming (2 zeshonderdjes) heuvelsprintjes afwisselen met omgekeerde piramides. Omgekeerde piramides wil zeggen van snel/kort naar traag/lang en terug.

  1. 2x(600-200R) (aan 800m-tempo)
  2. 4 heuvelsprintjes
  3. (300-100R-400-200R-600-200R-400-200R-300-500R)
  4. 4 heuvelsprintjes
  5. (300-100R-400-200R-600-200R-400-200R-300-500R)
    300 en 400 aan 1 à 2″ sneller dan 800m-tempo en 600 aan 800m-tempo

Dit is niet alleen een iets moeilijker te onthouden schema; dit is echt wel een stevige training waar de verzuring de grote uitdager wordt. Maar is dat niet net de bedoeling van een intervaltraining?
De opwarming loop ik samen met Kevin en zonder te forceren loop ik hierdoor toch wel iets sneller dan normaal. De uitleg voor de training vraagt ook iets meer tijd waardoor ik toch voldoende kan recupereren, hoop ik. Na twee rondjes met wat ‘steigerungen’ beginnen we aan ons echt schema, met 2x600m aan 800m-tempo. Voor mij zou dit neer komen op 21″/100m of 3’30″min/km. Het lukt me wel, maar mijn hart moet er wel 170x/min voor kloppen; de tweede 600m zelfs nog iets sneller.

Na 4 keer de heuveltjes op te lopen beginnen we aan de eerste sessie van 300-400-600-400-300. Dit keer neemt Davy de kop en lopen we effectief nog iets sneller. De verzuring zet zich verder door. Ik loop eigenlijk iets te snel ondanks ik hem niet meer op de voet volg. Na de volledige sessie heb ik een achterstand van een goed 50m. De tweede keer loop ik waarschijnlijk iets trager de heuveltjes op, mede veroorzaakt door de drukte hier.

De tweede sessie intervallen wordt een lijdensweg. Ik begin hieraan met Davy een eindje voor me uit. Op die manier weet ik dat ik nog steeds ‘goed’ bezig ben. Ik moet niet al te veel prijs geven op hem. Mijn horloge bevestigt mijn snelheid. Deze ligt nu wel effectief lager dan ervoor. Bij de 300m en 400m haal ik nog 21″/100m, mar bij de 600m is het al 21,5. Met nog amper 700m snel te lopen, probeer ik de snelheid bij elke start opnieuw op te bouwen. Toch heb ik voor de laatste 300m nog steeds 1’01″nodig.

Dit is zonder enige twijfel een zware training. Deels heb ik dit aan mezelf te wijten door van bij de start op de limiet te lopen en zo de verzuring al snel op te wekken. Toch is dit (korte intervallen) een training die ik vaker moet doen.

 

 

 

 

Intervaltraining: