CrossCup PK Masters XC Gooik 2020

Provinciaal Kampioenschap Veldlopen in Gooik (6de M50)

We zijn een nieuw jaar gestart en vanaf nu ligt de focus nog meer op mijn voorjaarsmarathon: London op 26 april. De Eindejaarscorrida heeft duidelijk aangetoond dat mijn conditie echt wel goed zit. We hebben nog tijd eer de specifieke marathontraining start en dus kan er nog op snelheid gewerkt worden. De veldloop in Leuven verliep beter dan verwacht en dus zal ik de rest van deze winter nog enkele veldlopen doen. Om het schema van mijn marathontraining niet te veel in de war te brengen, kies ik voor de kampioenschappen. Dit klinkt alsof ik een topatleet ben, maar we zien wel hoe ik het er vanaf zal brengen. Op agenda staan:
– 12 januari: Provinciaal Kampioenschap in Gooik
– 9 februari: Crosscup en Vlaams Kampioenschap in Rotselaar
– 20 februari: Nationaal Kampioenschap Masters Defensie in Grobbendonk
– 22 februari: Crosscup en Belgisch Kampioenschap in Brussel

Provinciaal Kampioenschap in Gooik

Spijtig genoeg heb ik sinds Leuven (03/11), waar ik vierde werd, geen veldloop meer gelopen. Het is dan ook een groot vraagteken hoe ik het hier vanaf ga brengen. De conditie zit wel snor, maar niet echt om in een veld 4,4km alles te geven. Mijn goede start in Leuven geeft me wel wat vertrouwen en verliezen kan ik hier niet. Al vrij vroeg ben ik aanwezig op de terreinen van Kester en kan dus het parcours rustig verkennen. Eén stuk van het terrein ligt zo drassig, zeg maar nat, waardoor gewoon wandelen al niet kan zonder natte voeten te krijgen. Dat wordt een moeilijk stuk straks. Als je dan weet dat we hier drie keer heen en weer door moeten, voorspelt dit een zware wedstrijd te worden. Het ander, droger, gedeelte van het parcours ligt er in de voormiddag ook al heel modderig bij. Het gaat sowieso een heel modderige bedoening worden.

Vooraleer aan mijn wedstrijd te denken, ben ik hier als vader van twee cadetten. Zij doen hun opwarming echt zoals het hoort. Na een rustig loopje als basisopwarming, doen zij wel de nodige oefeningen en dynamisch stretchen, gevolgd door enkele versnellingen. Tijdens deze versnellingen komt Tobi wenend afgewandeld. Hij heeft pijn in zijn lies en beseft onmiddellijk dat hij deze wedstrijd niet kan lopen. Tibo warmt wel verder op en iets voor half twee start hij met zijn wedstrijd.

Na een stevige start wordt het een vrij moeilijke wedstrijd. De modder weegt zwaar en toch vecht hij voor elke plaats. Ronde na ronde hangt er meer modder op schoenen en benen en toch houdt hij goed zijn tempo. Met een prachtige top tien plaats weet ik wat mij te doen staat.

Opwarmen op het parcours zit er dit keer niet in. Het wordt dus een rustig duurloopje op de weg. Gelukkig zijn er nog enkele DCLA-clubgenoten en met zijn drieën lopen we een zestal kilometer zodat de spieren het eindelijk wat warmer hebben. Gelukkig hebben we nog tijd genoeg voor een toiletbezoek en het wisselen van schoenen. Eénmaal de spikes aan mijn voeten, blijft er nog net genoeg tijd over om nog wat korte versnellingen te doen en dan maar naar de startbox.

Waar ik vorig jaar nog heel slecht in was, starten, lukt dit jaar al vel beter. In Leuven was ik vrij vroeg weg, maar had het hoge tempo iets te lang aangehouden. Deze fout probeer ik nu niet meer te maken. Gelukkig is nu een vrij grote afstand vooraleer de eerste bocht eraan komt en bovendien ligt die bocht in een modderig stuk. Toch blijft het heel druk tot na de bocht. vanaf nu is het tempo proberen aan te houden. Tot we 300m verder aan de echte modderstrook kwamen. Het tempo zakte van 3’40″/km naar 4’40” en zelfs bijna 5’/km terwijl de hartslag zijn maximum bereikte. Van rustig ademen was hier helemaal geen sprake.

Die modderstroken hakken er echt wel in. Het is telkens net niet sterven. Na de modder is het zo snel mogelijk terug op adem komen en tegelijkertijd het tempo opnieuw opdrijven.
Bij de tweede en derde ronde worden die steeds zwaarder, maar niet alleen bij mij. Bij elke passage kan ik een of twee plaatsen goed maken. Op het einde van de laatste keer door de diepe modder, kan ik nog juist iemand inhalen.
Vanaf hier zit er maar één ding op en dat is het tempo zo hoog mogelijk houden opdat hij er niet meer terug over komt.

Op 200m voor de finish hing ik er nog voor, maar 100m later niet meer. Ondanks mijn verwoede poging kwam hij nog vrij vlot voorbij en kon ik het zelfs niet spannend meer maken.
Resultaat is een 6de plaats bij de M50 of 5de bij de 50-54-jarigen.

(278 keer bezocht, waarvan 1 vandaag)

Comments

comments

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.