week 4 – 2018

Deze week wordt een drukke werkweek en daardoor zal het puzzelen worden om er een looptraining bij te krijgen. Bovendien zorgt deze speciale werkweek voor extra ‘warme’ maaltijden. Alleen al om de weegschaal niet te veel te doen uitwijken zal er moeten gelopen worden. Op maandag begint al niet zo goed en heb ik ’s avonds enkel een beetje tijd om aan core stability te doen. De opwarming hiervoor doe ik op de loopband en hiervan maak ik nuttig gebruik om de nieuwe Nike’s eens te testen, zowel de Nike Zoom Fly als de Nike Zoom Vaporfly 4% worden voor een eerste keer aangetrokken. Het allereerste wat opvalt is de hoogte van de voetzool en de grote drop.  Ik heb deze in dezelfde maat als de mijn andere loopschoenen en dat lijkt hier een beetje nipt te zijn. Na enkele minuten gelopen te hebben, blijken ze toch goed mee te vallen. De dunnere Nike sokken komen hier nog beter tot hun recht. Benieuwd wat deze schoenen waard zijn op de weg, maar daarvoor moet het wat droger en aangenamer weer worden. De Core Stability bestaat uit voornamelijk enkele basisoefeningen, zoals plank voorwaarts, links en rechts en lunges (grotere stap voorwaarts met doorbuigen).

Dinsdag was er helemaal geen tijd, maar zag ik gelukkig een ‘gaatje’ net voor het avondeten. Het was bij de start al wel bijna donker en dus zocht ik een alternatief parcours met het tweede gedeelte via de openbare wegen. Om toch voldoende afstand te kunnen afleggen, houd ik het tempo iets hoger. Eénmaal in het donker en op de weg is het voor mij ongekend terrein. Het niet-verwachte gebeurde toch; ik loop verloren. Op een bepaald moment loop ik door de modder en eindig in een schuilhut voor vogelliefhebbers. Rechtsomkeer dan maar en hopen dat ik terug in de goede richting loop. Zonder te beseffen hoe laat het is loop ik in dit tempo verder richting werk. Op het uur dat er moet gegeten worden, kom ik pas aan. Na een ultravlugge douche kom ik niet veel te laat aan in het restaurant. Ik heb toch mijn training kunnen doen 😉

 

Op woensdag en donderdag beperkt het sportieve zich tot het fietsend woon-werk-verkeer en een uurtje tafeltennis met de kids. Vrijdag is het opnieuw een normale werkdag en kan ik gelukkig tijd vrijmaken om overdag, bij daglicht, te lopen. Het wordt toch een iets langere duurloop door Heverleebos en Meerdaalwoud van een 20-tal kilometer. Hopelijk heb ik er morgen, met een veldloop op de agenda, niet te veel hinder van. De GPS had het wel moeilijk en koos zijn eigen weg.

 

Op zaterdag heb ik nog een veldloop op de agenda staan. Vorig jaar liep Tobi naar een overwinning in Sint-Truiden en dit jaar wil hij dit opnieuw proberen. Wij gaan dus samen naar de avondcross van TACT en gaan er beide onze wedstrijd lopen. Er zijn dit keer geen collega’s van DCLA Leuven aanwezig, maar wel van DCLA Halen en aan hen had ik al beloofd dat we zouden aanwezig zijn. Tibo heeft een probleem met zijn knie en kan er niet bij zijn.
Tobi deelt zijn wedstrijd perfect in. Bij de eerste doortocht na 1/3 wedstrijd komt hij door als derde. Na het rondje in het bos, op 200m van de aankomst hangt hij eerste met een enorme voorsprong op de eerste achtervolgers. Hij heeft zijn doel alvast bereikt.

Daarna doe ik samen met enkele collega’s van DCLA Halen enkele rondjes opwarming en iets over 19u is het dan aan de Masters voor hun veldcross in het donker met her en der een mooie LED-lamp. Zoals steeds is de start een drukke bedoening en probeer ik de eerste 500m al wat plaatsen goed te maken. Gelukkig kom ik opnieuw net achter Tom van DCLA Halen te hangen en kan er enkele ronden bij blijven. In de laatste ronden worden alle registers open getrokken en worden de reserves opgebruikt. Ik kan hem en enkele anderen inhalen en moet nu mijn plaats proberen te verdedigen. De laatste kilometer is het dus alles op alles en ondanks de dreigende geluiden net achter me kan ik mijn plaats (12/48) behouden.

 

Daags na de veldloop ga ik niet gewoon uitlopen, maar loop ik een langere duurloop over mijn min of meer vast parcours, zijnde via Horst en Kessel-Lo. Dit keer doe ik nog een extra rondje door het provinciaal domein om zeker 25K te hebben als ik thuiskom.

 

 

 

Na twee komt drie

Intussen is het jaar al verder gevorderd en zijn we minder dan drie maanden voor de marathon van Rome. Er moet dus dringend schemagewijs aan de marathonvoorbereiding gewerkt worden.

Een schema opstellen is eigenlijk grof werk met chirurgische precisie. Je moet rekening houden met heel veel zaken, zoals werk- en privékalender, fysieke conditie, maximum belasting en opbouwend zodat de piek op de dag van de marathon valt. Dit is voor mij 8 april. Met amper enkele jaren ervaring en veel lezen tracht ik om zelf een schema op te stellen. Eigenlijk begon mijn schema reeds vorige week en hier heb ik zeker de nodige kilometers en intensiteit gehaald. Deze was het andere koek.

Op maandag, na de zware trail training had ik nog zeker voldoende energie om de week goed te starten en liep naar The Shelter. De eerste helft was met veel tegenwind en hield ik de snelheid juist hoog genoeg om de terugweg, met rugwind, zo snel mogelijk te lopen. Van km 7 tot 11,6 liep ik heel wat sneller dan marathontempo met een hartslag van hoog in de 170 hs/min, kort tegen het maximum.

Daags nadien had ik het geweten. Mijn kuiten waren net Ardense rotsblokken. Het heeft dus geen zin om deze vandaag nog verder te belasten. Erger zelfs, op woensdag was het nog steeds het geval. De intervaltraining heb ik dus ook aan mij laten voorbijgaan. Zou dit een overbelasting zijn?

Op donderdag (14k @ 4’31”) en vrijdag (16k @ 4’23”)  lukt het wel weer terug en loop ik telkens hetzelfde parcours, zijnde op en af naar The Shelter in Korbeek-Dijle. Hiermee kom ik aan amper 44km op vijf dagen.
    

Op zondag staat er een langere duurloop op het programma, maar moet er ook naar een veldloop gereden worden. Het zal dus een gesplitste loop worden met een deel in de voormiddag en een deel in de avond. Echt vroeg opstaan is nooit mijn ding geweest en nu al loper nog steeds niet. Mijn nuchter ochtendloopje vang ik aan rond 9u met enkel een glas water in de maag. De wegen liggen er extreem glad bij en dus moet ik wat inventief zijn en lopen langs de grote wegen. Na 50 min ben ik terug thuis en kan ik met Tobi naar de veldloop van AC Herentals rijden.

Na terugkeer van de veldloop moet ik mijn duurloop nog doen en het begint intussen al donker te worden. Met fluo vest en de nodige verlichting vertrek ik om 17u voor iets meer dan 20km. Ik probeer de snelheid voldoende hoog te houden. het blijft gelukkig al iets langer licht, maar het blijft toch vooral een donkere loop. Het wordt een zalig loopje. Met een tempo rond de 4’20″/km blijft mijn hartslag goed onder de 150 hs/min. Dit doet goed.

Het wordt dan toch nog een week van bijna 80km en met zelfs een gemiddelde van 4’25″/km. Er zijn al slechtere weken geweest.

Week 2 van 2018

De tweede week van het jaar is intussen al achter de rug, en met 102 km bij op de loopschoenen-teller kan ik hierop tevreden terugkijken.

Na de vrij intensieve duurloop van afgelopen zondag is een rustige maandag wel aan de orde. In plaats van een korte duur- of tempoloop tijdens de lunchpauze, kies ik ervoor om te wachten tot ’s avonds. Vanavond is er de traditionele nieuwjaarsreceptie van DCLA en net daarvoor staat er een duurloopje op het programma. De brokkenlopers waar ik deel van uitmaak heeft geen loop gepland en daarom loop ik mee met enkele joggers van de groep van Miel. Het tempo ligt iets lager dan wat ik gewoon ben, maar lopen is en blijft een sociaal gebeuren en daarom vind ik het wel eens leuk om een pratend duurloopje te doen.

Toch ga ik slapen met een schuldgevoel omdat ik niet genoeg “getraind” heb. Op dinsdag moet dit schuldgevoel weggewerkt worden en doe een tempoloop van 14km aan een stevig tempo van gemiddeld 4’05” min/km. Van 2-12km heb ik zelfs minder dan 40’ nodig en loop m.a.w. deze 10k onder de 4’00” min/km.

Ondanks de intensieve tempoloop dinsdag doe ik op woensdagavond mijn wekelijkse intervaltraining. Op het programma staan 4×800 en 4à6×600. Met enkele lopers starten we aan het tempo van 21”/100m en het blijft voor mij uitdagend om dit tempo vol te houden. Bij de derde 800m krijg ik het al moeilijk om het treintje goed te volgen, maar met slechts enkele meters achterstand kan ik elk snel stuk aan het vooropgestelde tempo afwerken. Bij de 600-tjes is er slechts 200m rust en hierdoor worden deze toch wel heel zwaar. Na de vierde 600m besluit ik om er nog eentje bij te doen, maar geen zesde. Dit zou niet meer aan het verwachte tempo kunnen en dus pas ik er beter voor.

Donderdag wordt dan de effectieve rustdag, zodat op vrijdag de brokkenlopers’ wintertoer opnieuw als snelle tempoloop kan afgewerkt worden. Vandaag wordt het een echt intensieve versie op bijna maximum niveau. Ik denk dat enkel een wedstrijdomgeving me nog sneller doet lopen. Hierdoor zorg ik voor een iets uitgebreidere cooling down.

In het weekend staat er op zondag een trail training op het programma, maar toch trek ik op zaterdag opnieuw de loopschoenen aan en doe een een 10k-duurloopje @4’38”/km. Om zeker lang en ver genoeg te lopen op zondag, loop ik al naar de start van de trailrun training. Na deze opwarming en de eigenlijke opwarming staan er enkele spierversterkende oefeningen op het programma. Hierna wordt het klimmend vermogen getest met een korte lus van 1850m met twee stevige beklimmingen. Bij elke beklimming moet ik echt tot het uiterste gaan om nog vooruit te komen de laatste meters van de helling. Van een stevige training gesproken!! Na de training loop ik nog relatief rustig (150 hs/min) naar huis Hiermee kom ik vandaag tot aan 26km.

Het weektotaal komt deze week boven de 100 km en dan nog vooral met intensieve kilometers. Deze intensieve week komt eigenlijk te vroeg in de marathonplanning, maar het voelt goed dit nu al te kunnen doen.

 

 

 

Eerste week van het jaar

Het jaar is nu exact één week oud maar van stilzitten is er nog niet veel sprake geweest. Deze week sluit ik af met 80km op de teller.

Na het vorig jaar af te sluiten in schoonheid met de Leuvense Corrida, moest ik de dag nadien, weliswaar op 1 januari toch eventjes loslopen. Na een veel te korte nacht, toch de loopschoenen aangetrokken voor het de moeder der parcours. Deze omloop van 11km kopieerde ik ooit op Strava en liep ik al meerdere keren. Het blijft een goede herinnering hoe het allemaal begon. In die tijd was 11km nog een hele opgave; nu gebruik ik die afstand om los te lopen.

Op woensdag staat er natuurlijk de DCLA-intervaltraining op het programma. De eerste van het jaar wordt een piramide-training: 2x(800-400R-600-200R-400-200R-600-200R-800-400R). Dit is dezelfde formule van begin vorig jaar en dus mag het nu toch wel een beetje sneller. We zijn met 5 die starten aan het tempo 21 of 21″/100m (=3’30″/km) voor de 800m en de 600m. Na de eerste 400m (@20″/100m) is bij mij het vet al van de soep. Bij de volgende 600m moet ik het treintje lossen in de laatste bocht. Bovendien staat er daar een enorme wind op kop, waardoor ik echt diep moet gaan om niet te veel terrein te verliezen. Hierna volgt nog een 800m en dan opnieuw een volledige reeks. Dat houd ik niet uit! Zou ik na de 800m niet beter stoppen? De 400m rust zorgt ervoor dat ik toch aan de tweede sessie begin, maar nu moet ik telkens het treintje lossen. De hartslag komt telkens ver in het rood, maar de benen gaan niet sneller. Doodop loop ik na deze twee reeksen nog 4km rustig naar huis.

Op donderdag voel ik de zware intervaltraining nog steeds. Er zit maar één ding op: opnieuw de loopschoenen aantrekken en een klein toertje lopen. Opnieuw kies ik voor de moeder der parcours, maar dit keer deze van het werk. Het is alsof ik niet traag wil lopen, want eigenlijk loop ik nog steeds veel te snel om “los te lopen”. Ondanks de modder en de gladde paden, loop ik de Sequoia-toer in minder dan 40min.

Daags nadien staat er opnieuw een DCLA training op het programma: de vrijdagse tempoloop, wintertoer, naar Linden. De afgelopen twee dagen heb ik mijn benen veel te veel gevoeld en dus zou ik mij beter wat gedeisd houden. We vertrekken allemaal vrij rustig, maar na iets meer als een kilometer hebben de betere lopers het tempo toch al wat opgetrokken. Ik volg niet en wel, t.t.z. ik verhoog ook mijn tempo, maar blijf bewust op de achtergrond. Na de stevige beklimming van de Martellekensweg en Slangenstraat lopen ze nog steeds amper 100m voor me uit. Ik houd mijn tempo aan en hoop ze niet te snel uit het oog te verliezen. Tot mijn verwondering blijf ik vrij lang op een korte afstand volgen. Uiteindelijk loop ik de 15,3km lange wintertoer in 62’25”, mijn vierde beste tijd.

Op zondag staat bij veel afstandslopers een langere duurloop op het programma en daarin verschil ik niet. Dit keer komt de koude wind uit het NO en dus vertrek ik met tegenwind, maar heb het lange stuk van Horst naar Kessel-Lo wel rugwind. Het wordt dan ook een iets snellere duurloop. De eerste kilometers loop ik rond de 4’30/km, afhankelijk van de hoogtemeters: iets sneller als ze dalen en iets trager als ze stijgen. In de lange weg van Horst naar Kessel-Lo ligt het tempo iets hoger en gaat van 4’25″/km naar 4’20″/km.

Wetende dat de laatste 4K opnieuw tegenwind zullen zijn, wil ik na 20k nog eens de benen testen a.h.v. een snellere (@3’51″/km) ronde van de grote vijver. Daarna is het nog 4K “uitlopen, maar toch niet te traag. Met een tempo rond de 4’20” en een hartslag van 155 hs/min, mag ik tevreden zijn. Er is wel nog werk aan de winkel als ik een marathontempo van 4’05” wil lopen. Geen tijd te verliezen dus.

Met een weektotaal van 80 loopkilometers is het nieuwe jaar goed gestart. Op naar de volgende.

Begin van een nieuw loopjaar

Het kalenderjaar 2018 is net gestart en hiermee start ook een nieuw loopjaar. Als niet professioneel atleet volg ik niet het winter/veldseizoen of zomer/pisteseizoen, maar loop ik een heel jaar door met enkele piekmomenten.

Om naast het weer met bijhorende kledij en de lengte van de dagen toch wat variatie te brengen in het jaar, plan ik enkele belangrijke wedstrijden. Het is dan ook de bedoeling om telkens de trainingen aan te passen en juist op het moment van deze wedstrijden de juiste conditie te hebben en liefst met een supercompensatie. Andere wedstrijden worden dan meegenomen of gebruikt als extra training.

Voor mij blijft 2018 een jaar met minimum twee marathons. Deze twee marathons hebben steeds tot doel om er zo snel mogelijk te lopen en liefst met telkens een verbetering van de persoonlijke besttijd. Vorig jaar heb ik mijn besttijd 2u56’31″gelopen in Eindhoven. Om dit te verbeteren moet alles meezitten. In het jaar waarin ik vijftig (50!!) word, zal het niet gemakkelijk zijn om nog sneller te lopen.

De eerste poging onderneem ik tijdens de Maratona di Roma op 8 april. Intussen is het jaar al een week oud en hebben we nog exact 3 maanden of 13 weken om hier naartoe te leven. De afgelopen dagen heb ik gewerkt aan een trainingsschema. Dit heb ik voor de eerste keer zelf samengesteld, rekening houdend met mijn ervaring, de groepstrainingen van de mijn loopgroep (Brokkenlopers) en natuurlijk mijn familiaal en beroepsleven. Het komt erop neer om de intervaltraining van woensdag en de tempoduurloop op vrijdag te blijven doen. In het weekend staat dan de langere tempo- of duurloop op het programma.

De tweede marathon wordt de snelste marathon ter wereld: BMW Berlin Marathon op 16 september 2018. Deze moet eigenlijk hét hoofddoel van het jaar worden, zodat ik ook kan zeggen dat het mijn snelste marathon is. Deze marathon valt eigenlijk veel te vroeg en wel om verschillende redenen. De collega-brokkenlopers kiezen waarschijnlijk Eindhoven als hoofddoel en deze valt vier weken later, op 14 oktober. In september zijn er meerdere leuke wedstrijden zoals de halve marathons van 2Cdo (zie 2017) en het NCD “Koen van Dijck”.

Na twee edities van de Great Breweries Marathon waar ik telkens (zie 2016 en 2017) aan deelgenomen heb, zou ik de derde editie van 2018 ook graag deelnemen, maar dit is voorlopig nog heel onzeker. De marathon van Berlijn volgt nu slechts op vier maanden na Rome en een marathonvoorbereiding starten met een marathon is niet echt volgens de boekjes. Update 8/1/18: Zonet toch ingeschreven voor deze marathon op 3 juni.

Naast de specifieke voorbereiding op deze twee marathons heb ik van de nood een deugd gemaakt en ben ik gaan shoppen tijdens de solden. Ook in sportkledij en meer bepaald sportschoenen zijn er koopjes te doen.

Zoals (bijna) elke marathonloper heb ik vol spanning uitgekeken naar en kijk ik nu nog steeds met grote ogen naar het Breaking2-project van Nike. De documentaire van National Geographic blijft mij begeesteren (YouTube-versie). Naast de drie superatleten zorgde Nike voor dé revelatie van het jaar: Nike Vaporfly Elite. Wie wilt deze schoenen niet? Gelukkig zorgde Nike voor drie afgeleide schoenen: Nike Zoom Vaporfly 4%, Nike Zoom Fly en een ver afgeleide Nike Zoom Pegasus 34. Deze laatste kocht ik meer dan een half jaar geleden en hebben al meer dan 500 km op de teller staan.

Na niks dan goede commentaren met alle mogelijke superlatieven heb ik mij ook laten verleiden. Ik kocht vandaag zowel de Nike Zoom Fly als de Nike Zoom Vaporfly 4%!! De superlichte (184g) Vaporfly’s zal ik enkel gebruiken bij marathon’s waar ik mijn PR wil lopen en de Zoom Fly’s zullen voornamelijk dienen als laatste voorbereiding op die marathons en bij langere wedstrijden op de weg.

 

Kortom, dit jaar wil ik nog steeds aan mijn snelheid werken en hiermee het jaar 2017 proberen te bevestigen. Dit betekent dat er opnieuw marathons gelopen worden en liefst in de buurt van de 3 uur of eronder.  Bovendien zal ik ook nog wel enkele stratenlopen meedoen, die ik voornamelijk gebruik als intensieve duurloop.  Anderzijds zou ik dit jaar het leven van de trails willen ontdekken. Als de snelheid niet meer verhoogd kan worden, lijkt dit me een mooi alternatief.