Vandaag staat de tweede wedstrijd van de marathon van Lubbeek op het programma.
Na de pijnlijke rustige duurloop van vrijdag ben ik er allesbehalve gerust in. Toch zal er van inhouden of voorzichtig lopen geen sprake zijn. Met het gehele gezin zijn we ruim op tijd afgezakt naar de sportterreinen van Lubbeek. Tibo en Tobi lopen de 4K en ik zal mijn plaats van het criterium verdedigen. Na slechts één wedstrijd kan je moeilijk spreken van een tussenstand; het is dus afwachten wie er vandaag aan de start verschijnt. Na een korte screening zin de twee eerste van Linden opnieuw present. Kevin en Hans zullen opnieuw vechten voor de eerste plaats. Birger is ook van de partij en zal hier ook bij de eersten eindigen.
Het weer is toch wel wisselvallig. Het heeft al geregend vandaag, maar intussen is de zon alles aan het opwarmen. Een half uur voor de eigenlijke start begin ik samen met Kevin en Hans aan een opwarming langs de eerste kilometer van de eigenlijke wedstrijd. Op die manier hebben we de helling toch al eens gevoeld. Daarna blijft er nog voldoende tijd over voor een laatste stress-plasje en nog wat extra korte versnellingen.
Enkele minuten voor de start (15u) staan alle lopers, zowel die van de 4, 7 als 14km klaar voor de start. Het is vandaag niet anders. Telkens erger ik me aan de lopers die op de eerste rij staan, wetende dat ze tijdens de eerste 100m worden ingehaald. Als er dan nog een vader met zijn jonge zoon, hand in hand, op de eerste staan, krijg ik het helemaal. Niets aan te doen; iets over 15u klinkt het startsignaal en kan ik beginnen aan de eerste inhaalmanoeuvres, waaronder de zonet vermelde.
Wetende dat de eerste kilometer al een heel zware is, zoek ik hier een evenwicht tussen snel genoeg en niet overdrijven. Toch bereik ik na 900m en 40m hoger al een hartslag van 173 hs/min. Daarna is het vooral tempo lopen en zien dat je niet valt. Er volgt een heel moeilijk stuk, dalend, onverhard en bochtig, met bovendien meerdere lopers op korte afstand.
Na een tweede helling, op 2.3K, kruisen we de grote weg en is het al veel minder druk rond me. De snelste zijn reeds ribbedebie. Ik zie nog één iemand kort voor me uitlopen, maar ik kan er niet te veel op goed maken. Wanneer ik er bijna voorbij kan, draait hij rechtsaf, richting aankomst. Hij doet dus maar 4K. Dan heb ik niemand meer voor me uitlopen. Net voor de extreem steile Kalvarieberg zie ik opnieuw iemand lopen, maar hij loopt rechtdoor naar beneden en dus was dit iemand van de 7K. Vanaf dan (5,5K) wordt het nog een lange solo-tocht.
Alleen lopen betekent dat je zelf de afpijling moet zoeken. Bovendien merk ik aan de seingevers dat de afstand met mijn voorligger vrij groot is. Het wordt nu helemaal enkel tempo lopen en zorgen dat ik niet ingehaald worden. Ik heb geen idee hoeveel voorsprong ik heb en kan natuurlijk ook niet wachten tot ik iemand hoor aankomen. Onderweg hoor ik iemand zeggen dat ik 7de hang. Moet ik hier blij mee zijn? Vorig jaar was ik hier al zesde. Nu loop ik sneller en ben voorlopig zevende. Het doel blijft toch hetzelfde: positie houden en zorgen om niet meer ingehaald te worden.
Na 13,7K en 55’21” bereik als zevende de aankomst en heb toch nog meer dan een minuut voorsprong op de eerste achtervolger. Wat dit betekent voor de tussenstand van het criterium weet ik niet, maar degene die vandaag voor me zijn, waren in Linden ook voor me. Gelukkig zijn hier maar twee Lubbekenaren bij en zit een derde podiumplaats als inwoner van Lubbeek er nog in.
Tobi en Tibo hebben ook hier weer zeer verdienstelijk gelopen met respectievelijk een achtste en negende plaats. Proficiat mannen!!