Tag archieven: wind

Belgisch Kampioenschap Masters Cross-Country 2020 (7de M50)

Deze had je nog te goed. Dit besluit dan ook mijn winterseizoen.

Na mijn achtste plaats in Rotselaar zag ik dit Belgisch Kampioenschap goed zitten. Aan vertrouwen ontbrak het me niet. Vol goede moed rijd ik dan ook richting Brussel.

De Masters lopen het BK reeds op zaterdag en dat is duidelijk te merken. Ik kan zelfs vlakbij de ingang parkeren zonder problemen. Het is zaterdag, er moet dus wel geld in de parkeermeter gestoken worden. In ieder geval sta ik zo kortbij geparkeerd dat ik zonder problemen mijn tas in de auto kan laten.

Vorige week ben ik hier, samen met de jeugdatleten van F-Sport komen verkennen. De moeilijkheid van het parcours zit niet enkel in de modder, maar vooral in de hellingen en vandaag komt daar de wind nog bij. Bovendien heb ik mijn marathontrainingen niet aangepast voor deze wedstrijd. Integendeel, afgelopen donderdag, eergisteren, liep ik nog het Nationaal Kampioenschap Defensie Cross Country voor Masters.

Wie loopt er nu twee kampioenschappen veldlopen met slechts één dag tussen? Juist, de militairen die aan beide wedstrijden deelnemen. Veel zullen het er wel niet zijn, maar ondergetekende is er alvast eentje van. Donderdag liep ik in Grobbendonk het Nationaal Kampioenschap voor Masters, ook een vrij zware veldloop. Het schitterende parcours bevat werkelijk alle soorten ondergrond. Je hebt er ook enkele verharde stukken zodat met spikes lopen niet de beste optie is. De niet verharde stukken gaan van goed beloopbare boswegen, tot modderstroken en losse zand, zelfs losse zand op een steile helling. Na mijn start zat ik helemaal vooraan. Dit was eigenlijk iets te snel gestart, maar toch voelde het niet zo aan. Desalniettemin neem ik wat gas terug en nadat me enkele anderen gepasseerd zijn probeer ik verder mijn plaats te verdedigen. Dit is bovendien, met zijn 7,4km, een vrij lange wedstrijd. Ik kan mijn snelheid nog vrij goed aanhouden en kan uiteindelijk als 9de over de finish lopen. Vermits er twee categorieën (M40 en M50) zijn, kan ik mezelf de 4de plaats toewijzen bij de 50-plussers. Net geen podium, maar wel tevreden met het resultaat.

Een goede 48 uur later kan ik mij opmaken voor de laatste veldloop van deze winter, het BK in Brussel. Dit keer met weinig bekenden. Gelukkig kom ik Chriske W. tegen en moet ik toch niet alleen opwarmen. Na de opwarming keer ik terug naar de voorziene tent waar ik mijn spikes kan aantrekken. Na nog wat korte versnellingen keer ik nogmaals terug naar de tent om mijn T-shirt weg te leggen en enkel in singlet naar de start te begeven. Mijn eerste BK is nu echt wel kortbij.

De start verloopt zoals steeds en dit keer ben ik vrij goed weg. Té snel dus. Nog voor de eerste bocht besef ik dit en probeer niets te forceren. De eerste helling voelt dan al zwaar aan. Natuurlijk word ik dan door velen voorbij gelopen. Hopelijk niet te veel van mijn leeftijdscategorie. Toch heb ik er meerdere zien passeren. Een podium zit er duidelijk niet in vandaag, al had ik dat natuurlijk niet vooropgesteld. Een top tien plaats zou me al veel plezier kunnen bezorgen. De eerste ronde (1,5km) leg ik af in 5’29”. Maar dan moeten er nog drie ronden worden afgelegd!

Ronde 2 verloopt toch wel wat langzamer. Op de eerste 200m velies ik al 6″; het effect van de start is hier volledig verantwoordelijk voor. Het parcours is nu wel vrij. Nu zou je kunnen lopen waar je wilt en het is in dit geval beter om de draad aan de binnenkant te niet volgen. Toch blijf ik gewoon mijn voorligger volgen en loop dus waar iedereen loopt: langs de draad, in de modder. Deze ronde voelt echt zwaar aan. De hellingen voelen steiler aan en de modder nog dieper. Ik verlies ook nog enkele plaatsen.

Ronde 3 wordt zowaar nog zwaarder. Dit keer loop ik het eerste deel wel rechtdoor en niet rakelings langs de afsluiting. Na elke helling moet ik echt wel terug op adem komen. Versnellen na een bocht wordt echt wel moeilijk. Ik voel de hete adem van andere lopers in mijn nek en wil geen plaats meer verliezen. Dit is afzien!

De laatste ronde gaat natuurlijk niet beter, maar wetende dat het de laatste is, voelt toch wel beter aan. De concurrentie hangt letterlijk vlak achter me. Zonder te weten wie het is of in welke leeftijdscategorie hij loopt, wil ik nu echt niet meer ingehaald worden. De lange laatste rechte lijn haal ik echt alles uit de kast en kan nog net verhinderen dat ik ingehaald word. Volgens de uitslag houd ik amper 2 seconden over en dan nog net op iemand uit mijn leeftijdscategorie!

De gekende snelle jongens halen ook hier het podium. Ik ben heel tevreden met mijn zevende plaats op 32 finishers.

Ik sluit hiermee een schitterende winter af. Nooit gedacht dat ik überhaupt aan veldlopen zou doen en kijk nu, ik vind het zelfs leuk. Toch ben ik blij dat ik me nu op de voorbereiding van mijn Marathon in London kan toeleggen.

Crosscup en Vlaams Kampioenschap in Rotselaar (8ste M50)

De dagen na het Provinciaal Kampioenschap in Gooik verkeerde ik toch wel in wat op een runner’s high leek. Dergelijk resultaat had ik niet verwacht en het gaf me wel degelijk een goed gevoel.

Met de nodige spanning keek ik dan ook uit naar de CrossCup in Rotselaar. Het wordt mijn eerste deelname aan een CrossCup wedstrijd, op 51-jarige leeftijd! Enkele dagen voordien wordt er aangekondigd dat door de storm Ciara het programma zal ingekort worden. Om 15u lopen dus niet alleen de junioren, maar ook tegelijkertijd ALLE masters. Dit heeft wel enkele consequenties. Allereerst wordt dit een wedstrijd met megaveel deelnemers, maar bovendien wordt de wedstrijd hierdoor 50% langer. Vaak lopen de Masters +50 samen met de scholieren en in Rotselaar lopen zij 4000m. Nu moeten we, samen met de junioren en jongere masters 6500m lopen. Gelukkig ben ik een afstandsloper en zou dat geen probleem mogen vormen. Een veldloop is geen stratenloop en ik zal dus iets meer op het tempo moeten letten. De wijziging in het programma en afstand is voor iedereen (binnen mijn leeftijdsgroep) hetzelfde en er moeten dus niet te veel woorden aan vuil gemaakt worden.

Net zoals in Gooik is er eerst de wedstrijd voor Tibo (Cadet). Die wedstrijd geeft al een goede indruk hoe het is om met veel volk aan de startlijn te staan. Hij mist zijn start volledig en kan zich daarna moeilijk opladen om onmiddellijk voluit te gaan en veel plaatsen goed te maken. Toch loopt hij zijn wedstrijd in moeilijke omstandigheden, op grote stukken los zand en met veel wind met een gemiddelde van 3’48″/km. Zeker niet slecht. Benieuwd of mij dat ook lukt.

Ondanks de ’thuismatch’ zijn er niet veel masters van DCLA. Gelukkig kan ik samen met Davy van DCLA-Halen opwarmen. Het is toch altijd plezanter om niet alleen te moeten opwarmen. Bovendien is hij echt wel een ervaren rot! Samen lopen we een vijftal kilometer over de loopstrook rond het meer. Daarna zie ik hem de noodzakelijke stretch-oefeningen doen en doe ik er ook wel enkele. Hierin zie je het verschil tussen een goede atleet en een onervaren amateur.
Na het wisselen van schoenen en het aantrekken van het club-singletje blijven er enkel nog wat korte versnellingen te doen en begeven we ons naar de start.

Zoveel volk! Ongelofelijk hoeveel starters er staan te drummen aan dat dunne lijntje in het strandzand. Net voor de echte start krijgen we te horen dat de juniors een minuut voor de masters zullen vertrekken. Zij gaan dan aan de voorste lijn staan en de masters aan de achterste lijn. Niet veel later klinkt het startschot en zijn die jonge mannen begonnen aan hun wedstrijd. Maar hoe en vooral wanneer moeten wij nu vertrekken? Niemand die het weet. Komt er een tweede startschot en zo ja wanneer? Neen, er komt geen startschot?! Ik probeer de conversatie te volgen van de starter en het andere jury-lid. De ene staat helemaal rechts (kant water) de andere staat links, kant bos. Ze zijn er duidelijk zelf nog niet uit. Als de minuut bijna verstreken is, hoor ik iets wat op een startsignaal neerkomt. De eerste zijn vertrokken en er zit dus niets anders op om ook maar vlug snelheid te maken.

Snelheid maken in dit mulle zand is echt niet van de poes. Hier gaan al veel krachten verloren. Bovendien is de eerste bocht niet ver en na het duwwerk aan de start is het hier niets minder. Proberen recht te blijven en niet te veel plaatsen te verliezen. De eersten zijn dan al redelijk ver vooruit. Het zal een lange race worden: één kleine en vier volledige ronden en dus ook telkens de verschillende zandstroken. Hier heb je geen Stryd-powermeter nodig om te weten dat zoiets kracht kost. De moeilijke passage in de bochten geeft je al wel de mogelijkheid om even op krachten te komen. Na 400m beginnen we al aan de eerste volledige strand passage. Echt door het water loop ik toch maar niet; het is een beetje zoeken naar het hardste zand zonder echt nat te worden.

Op dat ogenblik wordt er al meer op één lijn gelopen en is het dus nog om de plaatsen te doen. Focussen op de loper voor mij en deze proberen in te halen; daar komt het eigenlijk op neer. Als ik zelf ingehaald word, probeer ik daar niet te lang bij stil te staan (figuurlijk dan toch). Mijn tempo ligt redelijk goed. Ik loop echt wel op de rand van mijn limiet en het is nu enkel blijven concentreren en doorbijten om dat tempo zo lang mogelijk vast te houden. Met dit “constant” tempo slaag ik er toch in om tijdens de eerste volledige ronde enkele andere lopers in te halen. Ik word op het eind van deze ronde nog wel ingehaald door iemand uit een oudere categorie en vanaf dat moment focus ik mij op hem en probeer hem ‘in het zicht’ te houden. Eigenlijk wil ik hem nog terug inhalen.

De volgende ronden blijft het vechten om het tempo aan te houden. Waarschijnlijk zal er wel wat verval zijn, maar ik verlies geen plaats meer. Iedereen zit min of meer op zijn positie en beleeft waarschijnlijk hetzelfde als ik. Het komt er nu alleen maar op neer om te blijven focussen. De vermoeidheid wordt stilaan erger, het losse zand dieper, het lichaam warmer, … Tijdens de laatste ronde kom ik amper dichter op de voorligger. Het zal er nu alleen nog maar op neer komen om niet meer ingehaald worden.

In de laatste lijn voor het strand kom ik nog wat korter op mijn voorligger, maar mijn pijlen zijn verschoten; de eindsprint is niet meer voldoende om hem in te halen.

Al bij al kijk ik tevreden terug op deze wedstrijd. Na wat uitpuffen ga ik als een volleerd wedstrijdatleet wat loslopen. Hier kom ik opnieuw Davy tegen. Hij werd knap zevende algemeen en tweede M40.

Middagloop met collega’s

De herfst is nu echt in het land. Het zijn dan ook donkere dagen met veel regen en wind. Gisteren heeft het de hele dag onophoudelijk geregend. De wegen, en zeker de onverharde bospaden, liggen er vettig bij. Vandaag is het eigenlijk niet anders. Het is een grijze, donkere dag, maar vanmiddag regent het niet. Alvast niet op het moment waarop we met enkele collega’s klaar staan om te vertrekken aan ons looptochtje. De kledijkeuze is vrij moeilijk. Er is veel wind en het is zeer vochtig, maar de temperatuur ligt wel boven de 10°C. Ik kies voor een halflange tight en een shirt met lange mouwen. Uiteindelijk bljkt dit al meer dan warm genoeg te zijn.

De eerste kilometers worden vrij rustig gelopen. Omdat we geen eigenlijke opwarming doen, is dit een heel verstandige keuze. Vanaf het Dijlepad, na meer dan 2km, ligt de snelheid rond de 11,5 km/u. Met de strakke tegenwind is dit al een aardig vlot tempo. Na de tunnel onder de autosnelweg, ligt het zwaarste stuk van deze tocht. Net op dat stuk, berg op en wind op, wordt er zelfs gelopen aan 11,9 km/u. Daarna speelt de wind meer in het voordeel, tenzij je op het koelend effect rekent en ligt de snelheid soms zelfs boven de 12 km/u. In ieder geval liggen de kilometertijden maar net boven de 5′ min.

Op de karmelietenberg kan ik het niet laten en houd het tempo vrij hoog met zelfs een kleine versnelling net voor de top. Op de Naamsestraat probeer ik om mijn hartslag te laten dalen zonder echt te traag te lopen. Toch mag ik voor dit loopje, met een gemiddeld tempo van 5’18” min/km, tevreden zijn.

Movescount_logo     strava