Tag archieven: trainen

Back in business

Na een goede winter met veldlopen in Gooik (PK), Rotselaar (VK), Grobbendonk (NCD) en Brussel (BK), met uitslagen waar ik met plezier naar terugkijk, startte ik vol goede moed voor de voorjaarsmarathon van 2020.

De eerste helft van 2020 kan kort samengevat worden: Perfect. Gedurende 26 weken loop ik gemiddeld zo goed als 100km per week, inclusief de vermelde wedstrijden en de nodige kwaliteitstrainingen. Gedurende de maanden maart en april kwam er alleen maar negatief nieuws van afgelastingen of het uitstellen naar het najaar of zelfs volgend jaar. Na de afgelasting van de marathon van London, tevens het Abbott Wanda World Championships Marathon for Age Groups probeerde ik door te trainen voor de Great Breweries Marathon in juni. Niet veel later werd ook deze afgelast/uitgesteld naar volgend jaar en snel werd duidelijk dat er in 2020 geen grote stadsmarathons zouden georganiseerd worden.

Er wordt een nieuw begrip gelanceerd: virtuele wedstrijden en zelfs virtuele marathons, inclusief starterspakket en deelnamemedaille. Op deze ‘commerciële’ manier kunnen de organisatoren hun verloren gewaande stock aan klaargemaakte T-shirts en medailles op een winstgevende manier aan de man brengen. Ik registreer me natuurlijk ook voor de virtuele 40th London Marathon en behoudt mijn registratie voor de volgende uitgave!

Gelukkig is het ‘maar’ een virtuele marathon. 42,2 km lopen is voldoende om het T-shirt en medaille te bemachtigen Is dat eigenlijk niet altijd zo? Sinds april, maar nog dramatischer vanaf juli gaat de conditie alleen maar bergaf. Lichte blessures en enkele pijntjes/kwaaltjes (overbelastingen?) zorgen ervoor dat een degelijke prestatie er niet in zit. Het zal dus vooral een extra lange training worden. Het tempo zal niet hoog liggen en het hoofddoel blijft om het lichaam niet verder te overbelasten.

Samen met twee superbegeleiders op de fiets vertrek ik op 4 oktober 2020 klokslag om 9u voor mijn virtuele Virgin Money London Marathon (zonder ambitie). Via de App word ik aangemoedigd en hoor ik waar ik in London overal zou passeren. Na iets meer dan 42km hoor ik eindelijk de verlossende woorden: Congratulations! hoor ik en dan kan ik de klok afduwen. Ondanks de harde wind lees ik 3u17′. Al bij al valt dat nog mee, niet?

De weken nadien gaat de conditie echt van kwaad naar erger.

Hierboven zie je duidelijk hoe mijn vorm piekte tot begin aprl. Daarna gaat het alleen maar bergaf. Na de marathon van 4 oktober gaat het echt in vrije val. Roel, mijn coach, heeft de ondankbare taak om mij hieruit te helpen.

De volhouder wint altijd. Ondanks de nog steeds veel te hoge hartslag bij rustige duurlopen, blijkt de (geschatte) VO2Max terug wat te stijgen, Hopelijk kan ik deze lijn doortrekken in 2021 en kan ik opnieuw beginnen werken aan een degelijke marathonvoorbereiding.

De winter blijft maar duren en wedstrijden, zelfs de veldlopen, worden nog steeds niet georganiseerd. Er wordt dan ook maar voornamelijk aan de basis gewerkt. De lange duurlopen zijn maximaal 21km. Het duurt tot de tweede helft februari eer ik mijn weekends echt nuttig gebruik door gecombineerde trainingen op zaterdag én zondag. Na enkele weekends van 20+22, loop ik eind februari een eerste echte marathon training: 17km op vrijdag, 14km tempo op zaterdag (zonder aanvulling van koolhydraten) en dan op zondag, nuchter, 32km met tussentijdse versnellingen. Deze training wordt supergoed verteerd en hiermee is duidelijk dat ik op de goede weg ben.


Ik besluit dan ook om deel te nemen aan de Abbott WMM Global Marathon 2021. Een goed resultaat geeft me een uitnodiging voor het 2022 AbbottWMM Wanda Age Group World Championships. Het wordt dus niet zo maar een virtuele wedstrijd. Het is wel degelijk eentje waarvoor gepiekt zal worden en die echt als wedstrijd zal vermeld worden.

My way to Chicago (week 5/12)

Over deze week kan ik heel kort zijn: nul, nada, niks gelopen.

De gevolgen van het omslaan van mijn voet tijdens de Linden Bosloop vorige vrijdag heeft meer schade berokkend dan gevreesd. Met deze week erbij heb ik nu al negen dagen geen loopschoenen aangehad, laat staan een meter gelopen.

Het fietsen gaat intussen wel redelijk. Naast de vijf dagen woon-werk-verkeer (wat amper fietsen kan genoemd worden) heb ik zaterdag een mooie fietstocht met de gravelbike afgelegd. Na een bezoekje aan de wedstrijd in Binkom fietste ik naar één van mijn favoriete plekjes: de lekdreef in Averbode. Na een heerlijk horentje met twee bollen ‘rum en rozijnen’ ging het verder via de de Demer naar Werchter.
Na Werchter gaat het via Wespelaar richting Vaart waar een tweede, eigenlijk derde) stop echt wel nodig was. Na een drankje rond ik deze fietstocht af. met 84km op de teller.

Overzicht deze week:

Maandag: 0
Dinsdag: 0
Woensdag: 0
Donderdag: 0
Vrijdag: Interval 0
Zaterdag: Stevige fietstocht (84km)
Zondag: Rustig fietsen (32km)

Weer een weekje verder richting Rome

Het jaar zit intussen in de tweede maand en de marathons van het voorjaar komen er snel aan. Het wordt hoog tijd om een tandje bij te steken en de lange duurlopen langer te maken en de tempolopen nog wat sneller.

Door de knieproblemen van Tibo kan er niet meer met de fiets naar het werk gereden worden. Deze week zijn er dus geen fietskilometers te melden. Naast het lopen kan ik ’s avonds gelukkig nog iets actief doen, zijnde pingpongen of tafeltennis.

Na de duurloop van afgelopen zondag heb ik op maandag een dag rust nodig. Het lukt me nog steeds niet om het aantal trainingen te verhogen. Mijn lichaam herstelt niet snel genoeg, zoals ik graag zou hebben. Met nieuwe lichte trailschoenen loop ik heen en terug naar The Shelter (2x7km). Er staat toch wel wat wind en ik moet wachten tot het terugkeren om er voordeel uit te halen. De schoenen voelen door de stoffen bovenkant echt licht aan en nodigen uit om wat sneller te lopen. Het ligt vrij drassig en dit hindert me niet om af en toe eens niet weg te moeten springen. Toch moet je met dergelijke schoenen nog steeds uitkijken. Op een modderplas blijft het vrij glad en heb je niet altijd voldoende grip. Met een hartslag net onder de 160 hs/min ligt het tempo vrij hoog en zelfs nog iets hoger tijdens het teruglopen. Na 14km is de klok maar net het uur gepasseerd. De duurloop van zondag is verteerd en hopelijk kan ik morgen opnieuw volop gaan tijdens de DCLA intervaltraining op de piste.

 

Zoals net gezegd staat er de dag na de tempoloop een intervaltraining op het programma. Dit keer lopen we 2 duizendjes en daarna dubbele rondjes (=800m). Het tempo hiervoor ligt op 21″/100m. Bij de eerste twee kilometers lukt het om ze in 3’31” en 3’29” af te leggen. Hierna blijven er nog 6x800m af te leggen in hetzelfde tempo. Alle 800m worden effectief afgelegd in 2’46”-2’47”. Met dank aan het tempowerk van de hazen. We wisselen om de beurt mooi af om de kop te nemen en zo het tempo te bepalen. Op die manier moet er maar eentje regelmatig zijn horloge controleren en kan de rest zich concentreren op het lopen. Bij deze snelheden ligt mijn cadans mooi net boven de 180 stappen per minuut. Het mag dan ook een goede training genoemd worden.

 

Na een complete rustdag verleng ik op vrijdag de wintertoer door van thuis uit te vertrekken. Ik loop van thuis uit, tegen het startuur, naar DCLA om met de brokkenlopers de wintertoer te lopen. Iets te laat vertrekken betekent dat ik al vrij vlot moet doorlopen om tijdig aan de start te verschijnen. De wintertoer van 15,4km wordt niet supersnel, maar toch zonder joggen afgewerkt in 66’16” (=4’19″/km) waarna ik nog naar huis moet lopen. Het naar huis lopen probeer ik te doen aan dezelfde snelheid (4’17″/km). Hierdoor wordt deze langere duurloop meer een tempoloop. Toch ben ik tevreden van deze avond.

 

Na opnieuw een rustdag is het op zondag weer tijd voor het langere werk. Toch moet ik dit keer wachten tot de vooravond, omdat op de middag het provinciaal kampioenschap veldlopen voorrang krijgt. Dit keer pas ik voor de veldloop en kies voor het verharde asfalt. Zonder veel nadenken loop ik opnieuw 25km en dit voor de zoveelste keer via Horst en Kessel-Lo. Door de koude noordoosten wind houd ik het tempo er goed in om zeker geen koud te krijgen. De enige wijziging met de vorige 25k is dat ik nu wacht tot in Linden (en niet in het provinciaal domein) om de 2k extra te lopen. Al bij al mag ik blij zijn met een gemiddeld tempo van 4’22″/km, ook al heb ik hier gemiddeld 154 hs/min voor nodig.
Toch voel ik me alles behalve blij. Er komt een stekende pijn uit mijn rechter voetzool en dit is duidelijk geen spierpijn. Dit lijkt fel op opkomend hielspoor of Fasciitis Plantaris. Morgen toch eens langs de dokter passeren.

 

Deze week sluit ik af met iets meer dan 80km op de teller. Dit is al redelijk, maar ik had er graag nog wat meer gedaan.

 

 

Begin van een nieuw loopjaar

Het kalenderjaar 2018 is net gestart en hiermee start ook een nieuw loopjaar. Als niet professioneel atleet volg ik niet het winter/veldseizoen of zomer/pisteseizoen, maar loop ik een heel jaar door met enkele piekmomenten.

Om naast het weer met bijhorende kledij en de lengte van de dagen toch wat variatie te brengen in het jaar, plan ik enkele belangrijke wedstrijden. Het is dan ook de bedoeling om telkens de trainingen aan te passen en juist op het moment van deze wedstrijden de juiste conditie te hebben en liefst met een supercompensatie. Andere wedstrijden worden dan meegenomen of gebruikt als extra training.

Voor mij blijft 2018 een jaar met minimum twee marathons. Deze twee marathons hebben steeds tot doel om er zo snel mogelijk te lopen en liefst met telkens een verbetering van de persoonlijke besttijd. Vorig jaar heb ik mijn besttijd 2u56’31″gelopen in Eindhoven. Om dit te verbeteren moet alles meezitten. In het jaar waarin ik vijftig (50!!) word, zal het niet gemakkelijk zijn om nog sneller te lopen.

De eerste poging onderneem ik tijdens de Maratona di Roma op 8 april. Intussen is het jaar al een week oud en hebben we nog exact 3 maanden of 13 weken om hier naartoe te leven. De afgelopen dagen heb ik gewerkt aan een trainingsschema. Dit heb ik voor de eerste keer zelf samengesteld, rekening houdend met mijn ervaring, de groepstrainingen van de mijn loopgroep (Brokkenlopers) en natuurlijk mijn familiaal en beroepsleven. Het komt erop neer om de intervaltraining van woensdag en de tempoduurloop op vrijdag te blijven doen. In het weekend staat dan de langere tempo- of duurloop op het programma.

De tweede marathon wordt de snelste marathon ter wereld: BMW Berlin Marathon op 16 september 2018. Deze moet eigenlijk hét hoofddoel van het jaar worden, zodat ik ook kan zeggen dat het mijn snelste marathon is. Deze marathon valt eigenlijk veel te vroeg en wel om verschillende redenen. De collega-brokkenlopers kiezen waarschijnlijk Eindhoven als hoofddoel en deze valt vier weken later, op 14 oktober. In september zijn er meerdere leuke wedstrijden zoals de halve marathons van 2Cdo (zie 2017) en het NCD “Koen van Dijck”.

Na twee edities van de Great Breweries Marathon waar ik telkens (zie 2016 en 2017) aan deelgenomen heb, zou ik de derde editie van 2018 ook graag deelnemen, maar dit is voorlopig nog heel onzeker. De marathon van Berlijn volgt nu slechts op vier maanden na Rome en een marathonvoorbereiding starten met een marathon is niet echt volgens de boekjes. Update 8/1/18: Zonet toch ingeschreven voor deze marathon op 3 juni.

Naast de specifieke voorbereiding op deze twee marathons heb ik van de nood een deugd gemaakt en ben ik gaan shoppen tijdens de solden. Ook in sportkledij en meer bepaald sportschoenen zijn er koopjes te doen.

Zoals (bijna) elke marathonloper heb ik vol spanning uitgekeken naar en kijk ik nu nog steeds met grote ogen naar het Breaking2-project van Nike. De documentaire van National Geographic blijft mij begeesteren (YouTube-versie). Naast de drie superatleten zorgde Nike voor dé revelatie van het jaar: Nike Vaporfly Elite. Wie wilt deze schoenen niet? Gelukkig zorgde Nike voor drie afgeleide schoenen: Nike Zoom Vaporfly 4%, Nike Zoom Fly en een ver afgeleide Nike Zoom Pegasus 34. Deze laatste kocht ik meer dan een half jaar geleden en hebben al meer dan 500 km op de teller staan.

Na niks dan goede commentaren met alle mogelijke superlatieven heb ik mij ook laten verleiden. Ik kocht vandaag zowel de Nike Zoom Fly als de Nike Zoom Vaporfly 4%!! De superlichte (184g) Vaporfly’s zal ik enkel gebruiken bij marathon’s waar ik mijn PR wil lopen en de Zoom Fly’s zullen voornamelijk dienen als laatste voorbereiding op die marathons en bij langere wedstrijden op de weg.

 

Kortom, dit jaar wil ik nog steeds aan mijn snelheid werken en hiermee het jaar 2017 proberen te bevestigen. Dit betekent dat er opnieuw marathons gelopen worden en liefst in de buurt van de 3 uur of eronder.  Bovendien zal ik ook nog wel enkele stratenlopen meedoen, die ik voornamelijk gebruik als intensieve duurloop.  Anderzijds zou ik dit jaar het leven van de trails willen ontdekken. Als de snelheid niet meer verhoogd kan worden, lijkt dit me een mooi alternatief.

 

Is vier maal per week opeens te veel?

Deze week liep ik vier keer, met een +30K op zondag, maar dit blijkt te veel. Liep ik teveel kilometers of te intensief?

Na de veldloop van vorige zondag had ik de smaak opnieuw goed te pakken. De zin in lopen was helemaal terug en daarom wachtte ik niet langer en ging daags nadien, op maandag al een duurloopje doen. Ondanks het tijdsgebrek tijdens de lunchpauze maakte ik toch nog tijd vooraleer naar huis te gaan. Ik kon dus nog net voor de duisternis een aangenaam loopje doen richting The Shelter in Vaalbeek. Met slechts 3%  <140 hs/min kan je dit niet echt een rustig duurloopje noemen. De snelheid lag nochtans niet al te hoog, maar de hartslag duidelijk wel.

  

Woensdag is het 1 november en op dergelijke feestdagen is er slechts een beperkte training bij DCLA. De brokkenlopers zetten dan maar een duurloopje langs de wintertoer op het programma. De overgang van zomer naar winter zorgt telkens voor dilemma’s in kledijkeuze: korte of lange broek, dunne of dikkere shirt, … ? Reeds vrij snel na de gezamenlijke start lopen Davy en ik iets sneller. We spreken af om aan 4’20”-4’25” min/km te lopen. Voor mij is dit niet echt rustig, maar wel goed haalbaar. Met een gemiddelde hartslag van 150 hs/min is dit toch wel eerder een tempo-duurloop dan een duurloop. Toch verliep het allemaal vrij vlot en kwam ik nergens in ademnood.

  

Het is verlof en na een echte luie dag op donderdag en vrijdag wordt er toch getraind op vrijdagavond. Dit keer is het niet anders en lopen we de wintertoer, opnieuw. Met dezelfde type outfit maar met toch iets frisser weer, zal het ook vandaag wel lukken, ook al lopen we iets rustiger. We starten inderdaad heel rustig. Na iets minder dan 2km stelt Davy voor om de snelheid wat op te drijven. Er wordt geen tempo afgesproken en daarmee is hij weg, enkel Stijn volgt. Onmiddellijk hang ik 5m achter en dit gat krijg ik zelfs nooit dichtgelopen. Tot op 2,5km van het einde blijf ik hen op meters achtervolgen. Vanaf dan wordt de afstand steeds groter. De helling van de Schoolbergenstraat en verder voorbij het provinciaal domein zijn er teveel aan. Ik krijg het tempo niet meer onder de 4’00” min/km. Deze loop ligt hiermee dichter bij wedstrijdniveau dan tempoloop.

  

Hierna moet ik zeker een rustdag inlassen en wordt het tijd om nog eens aan de basis te werken met een LSD (long slow distance). Mijn eerste plannen om nu zondag al opnieuw het veld in te duiken berg ik dus maar op en plan enkel een zondagse duurloop. Het weer is echt wisselvallig en fris. Het wordt dus een eerste keer lopen met lange broek (dun). Ondanks het zonnetje voelt het toch maar fris. Met wat rugwind en in de zon verlopen de eerste kilometers perfect. Het tempo ligt net boven de 4’40” en toch kan ik de hartslag onder de 140 hs/min houden. Zelfs wanneer ik opnieuw in westelijke richting loop en de wind tegenwerkt blijft mijn tempo stabiel. Het hoofd daarentegen raakt leeg en ik denk er zelfs aan om te stoppen. Net op dat moment begint het te regenen en moet ik voorover hangen om een evenwicht te zoeken tegen de wind in. Ik krijg het koud en mijn handen smeken om handschoenen. Natuurlijk voel ik nu net ook een lichte pijn aan de buitenkant van mijn linker knie. Toch maar niet stoppen en gewoon doorlopen. De regen houdt gelukkig op en het zonnetje komt er zelfs opnieuw door; alleen de knie blijft me parten spelen. De laatste kilometers worden zelfs een lijdensweg. De snelheid en hartslag blijven vrij stabiel, maar het wordt enorm lastig om vol te houden.

Hierna is het tijd om languit in de zetel te gaan liggen en te kijken naar de NYC Marathon met o.a. Koen Naert, Manuela Soccol en de gebruikelijke toppers, zoals Keitany, Flanagan, Kipsang, …

  

De pijn in de knie blijft, zelfs na een nachtrust blijft de knie pijn doen. Dit is balen en hopen dat de pijn snel verdwijnt.

Een weekje routine, met lange interval

De marathon is nog ver, maar toch zijn alle schema’s al gestart. Ik houd me voorlopig nog aan mijn traditioneel weekschema.

Na de wedstrijd van zondag in Glabbeek neem ik op maandag toch complete rust. Het is misschien dit keer niet echt nodig, maar de hamstring blijft voelbaar en ik wil in de eerste plaats blessurevrij blijven. Ik ben duidelijk geen 20 meer.

Op dinsdag moet er dan natuurlijk wel gelopen worden. Ondanks de rustdag van gisteren, ga ik vandaag ook niet voluit. Morgen staat er immers een intervaltraining op het programma. Mijn vertrouwde omloop “Sequoia” is toch iets te weinig en dus moet ik wat improviseren. Veel improvisatie komt er toch niet aan te pas; ik vertrek langs dezelfde weg en loop verder, onder de E40, tot aan The Shelter in Korbeek-Dijle. Zonder veel afwisseling keer ik langs dezelfde weg terug naar mijn startplaats. Dit wordt dan een looptochtje van 14,5K en dat aan een relatief rustig tempo.

Ter hoogte van km 4 haal ik iemand in en blijf dan naast hem lopen. Hij draagt oortjes en dit betekent voor mij dat hij geen gesprek wilt aanknopen. Ik zeg dan ook niks. Het duurt zelfs echt lang eer hij doorheeft dat er iemand langs hem loopt. Nadat hij het dan toch doorheeft, blijven de oortjes zitten en lopen we muisstil naast elkaar gedurende meer dan 10 minuten. Aan de tweede bunker, op km 6.5, draait hij terug. Dit keer volg ik hem niet en loop volgens mijn strikte planning tot aan het einde van dit pad (Stationsstraat) om daar 180° te draaien. Op de terugweg is er niemand meer om langs te lopen en houd ik tempo (4’45″/km) stabiel.

        

Op woensdag staat er, traditiegetrouw, een intervaltraining op het programma. Dit keer wordt het geen moeilijk schema, ook al had Jeroen ons een mooi alternatief voorgesteld, met progressieve snelheidsopbouw. Ik houd het bij de eenvoudige rechttoe-rechtaan vijverrondjes. Als snelheid kies ik voor 22″/100m. Ik zou misschien iets sneller moeten kunnen, maar ik denk dat ik al blij mag zijn als ik dit vandaag kan volhouden. Spijtig genoeg ben ik de enige die hiervoor kies en dus bepaal ik zelf het tempo. De eerste vijverronde leg ik af in 5′ rond en blijf dus echt goed in de buurt van de vooropgestelde 22.

Na een recuperatie van 600m (3′) begin ik aan mijn tweede ronde. Het begint al direct zwaarder te worden. Ondanks de relatief lange recuperatie voel ik dat dit niet de eerste is. Ik probeer de snelheid op mijn niveau te houden en klok deze ronde af na 5’03”. Net iets trager. Toch maar vol goede moed en met de nodige motivatie aan de volgende ronde beginnen, resultaat 4’57”. Opnieuw iets sneller, maar de hartslag heeft wel de grens van de 180 hs/min bereikt. De verzuring is hiermee ontegensprekelijk ingezet, zonder lactaattest om dit aan te tonen. De recuperatie rond de kleine vijver moet voor de nodige herstelling zorgen.

We zijn sowieso al half, maar de volgende ronden moeten nog gelopen worden. Bij de vierde moet ik weer vrij diep gaan om deze te kunnen afleggen in 5′. De vijfde ronde loop ik opnieuw tegen de limiet aan om net boven de 5′ uit te komen (5’03”). Ik pas voor een zesde ronde omdat ik vrees dat dit er eentje te veel gaat worden.