Tag archieven: 21K

Halve marathon in Flawinne

De marathon van Eindhoven is amper verteerd of er staat opnieuw een lange-afstand-wedstrijd op het programma. Niet echt een goed idee, maar wat doe je eraan?

Daags na de marathon voelde ik me verrassend goed, geen echte stijve spieren of andere vermoeidheidssymptomen. Op woensdag deed ik toch maar geen training, maar liep toch de opwarming mee. Hier voelde ik toch dat de spieren de 42km nog niet helemaal verteerd hebben. Op vrijdag liep ik wel de zomertoer met de Brokkenlopers mee, maar nog steeds voelde het zwaarder aan dan verwacht. Onverwacht verbeterde ik wel mijn besttijd op deze omloop.

Het komt er dus op aan om niet te snel volop te trainen. Desalniettemin kies ik voor een rustige duurloop op zondag op een bijna nuchtere maag en daags na een trouwfeest. Opnieuw voelt het zwaar aan en vrees ik dat ik het langer rustig aan moet doen. Maar woensdag staat er een halve marathon op mijn programma!! Het enige wat ik nu kan doen is twee dagen NIET lopen. Deze twee dagen blijven de onderbenen steeds zwaar aanvoelen.

Gelukkig is het woensdag beter. De benen voelen opnieuw normaal aan en hopelijk blijft dit zo. Eerst met de fiets naar het werk en daarna met de auto richting Namen, meerbepaald Flawinne. Het weer is gewoon schitterend. Er staat een mooie zon, er is geen wind en toch is het niet te warm. Tijdens de opwarming blijven de spieren gewoon aanvoelen, maar toch voel ik geen supervorm. De hartslag is echt wel hoger dan normaal.

De wedstrijd verloopt met leeftijdshandicap. De 50-plussers vertrekken om 10u en telkens 5 minuten later vertrekt de leeftijdscategorie. Op die manier vertrekken er een vijftigtal personen 5 minuten voor me. Het voordeel is dat gedurende de volledige wedstrijd mensen voor je ziet en kan inhalen. Om 10u05 is het aan de tweede groep. Ik heb geen idee met hoeveel we zijn en onmiddellijk na de start hang ik derde en heb geen behoefte om achterom te kijken. Ik concentreer me op mijn twee voorliggers. Na iets meer dan een kilometer gaat het bergaf en moet ik de twee eerste wat laten gaan. Juist op dat moment word ik gehinderd door een vrachtwagen en heb daardoor vrij snel een achterstand van een 50m.

Gedurende de volgende kilometers kan ik de achterstand niets verkleinen, integendeel. De vogels zijn gaan vliegen. Intussen haal ik heel regelmatig iemand in. De meeste haal ik zelfs in voor halfweg! De tweede helft is nog zwaarder. En net over de helft zie ik de twee eerste nog steeds voor me uitlopen. Na de lange helling (van 13 tot 15km) kom ik toch korter op één van de twee koplopers. De afstand met de tweede neemt opeens snel af. Tweede worden zit er dus zeker in, want ondanks de hoge hartslag en zware hellingen, kan ik mijn tempo nog redelijk terugvinden. Toch kom ik geen meter korter op de koploper van mijn leeftijdscategorie en ook haal ik bijna niemand meer in van de ‘ouderen’. Bovendien word ik zelf ook niet ingehaald door jongere lopers die na mij gestart zijn! Dit was vorig jaar nog wel het geval.

De laatste vijf kilometer loop ik dan ook zonder iemand echt in het zicht te hebben. De laaghangende zon maakt het soms moeilijk om vooruit te kijken. De ondergrond is hier net onverhard, maar wel met vrij veel stenen. Het is dus van belang om de ogen net voor je te richten en af en toe op te kijken om de bochten wat in te schatten. Het wordt steeds moeilijker om het tempo hoog te houden en de heel korte, maar steile stukken, zoals ter hoogte van het kasteel van Flawinne, maken het echt zwaar. Telkens is het alsof je aan de grond genageld wordt en je maar moeilijk kan loskomen. Om dan het ritme terug te vinden, is het echt op de adem trappen.

De leider van mijn categorie zie ik in de laatste kilometer nog (in de verte) voor me uitlopen en moet dus tevreden zijn met een tweede plaats. Ik loop als vijfde over de meet en heb dus amper drie lopers van de eerste groep niet ingehaald.

Als je alle categorieën in één uitslag giet, word ik 10e (van de 300). Ik passeer de finish na 1u23’50”. Indien de afstand correct is, loop ik dus een halve marathon, met meer dan 200 hoogtemeters in minder dan 4’00min/km. Opnieuw een doen bereikt. Vermits mijn horloge nog geen 21,1km aanduidde, heb ik nog eventjes doorgelopen en kan minder dan een minuut later toch afduwen.

  

Uitslag op RIS-timing

Mooie duurloop in heverleebos

Na het korte, rustige duurloopje van maandag, is het op dinsdag tijd voor een iets langer duurloopje, maar nog steeds rustig. Dus trekken we onder de E40 door richting heverleebos.

Vandaag, dinsdag, loop ik alleen tijdens mijn middagpauze. Gelukkig kan ik er vandaag een ‘extended lunchbreak’ van maken, want ik zou toch wel iets langer willen lopen, zonder de tijdsdruk. Iets over 12u vertrek ik zoals steeds via de tunnel onder de Leuvense ring richting sportkot en verder naar het kasteel van Arenberg. In plaats van verder te lopen via het Dijlepad, neem ik nu een weggetje langs de gebouwen van de KULeuven richting de Herendreef in Heverlee. Dit stuk is voor het overgrote deel stijgend waardoor het moeilijk is om hier te blijven lopen met een rustige hartslag. Toch kan ik hem in de buurt van de 140 hs/min houden.

Eénmaal voor bij de aanlopende helling, loop je langs fantastische mooie paden. De Herendreef is de eerste waar je dan overloopt en is meestal goed beloopbaar. Op het einde hiervan kom je op de Grezweg naar Vaalbeek. Dit keer draai ik iets vroeger naar rechts, naar de Nieuwendreef. Deze weg is eveneens heel goed beloopbaar en komt uit op de fameuze Poggio, het begin van de Parnassusdreef, misschien we de best beloopbare weg in dit gedeelte van het bos.

Vandaag wijk ik af van deze gekende paden en neem een smaller pad, bedekt met een pak bladeren. Dit pad is iets moeilijker beloopbaar, toch op het dalend stuk, maar het is er zo mooi!!! Zo mooi zelfs dat ik vergeet naar mijn horloge te kijken. Toch blijft mijn hartslag vlot onder de 140 hs/min. Op de Poggio is dat natuurlijk anders, daar gaat hij wel de hoogte in (> 150hs/min). Na deze zware helling verloopt het verder via de snelweg van heverleebos, de Parnassusdreef.

Aan het kruispunt met de Herendreef, d.i. na 10,5km, beslis ik om dit rondje nog eens te lopen. Het moest zo mooi maar niet zijn. Ook de tweede keer moet ik mij blijven concentreren om de juiste weg te vinden en te volgen en let daardoor niet al te veel op de hartslag. Het gevoel zegt me wel dat het rustig is. De grafieken achteraf bewijzen dit gevoel. Opnieuw gaat de hartslag de hoogte in op de helling naar de Poggio en op deze zelf, doch weer niet hoger 155 hs/min.

Intussen beginnen de kilometers wel al wat voelbaar te worden, maar ik blijf zonder problemen de snelheid aanhouden. Beter nog (of erger nog) ik ga steeds wat sneller lopen. De 15k heb ik gelopen in 76’11”, wat neerkomt op 1’11” boven het gemiddelde van 5′ min/km. Deze loop zou ik toch graag afsluiten met dit gemiddelde. Ik moet dus een tandje bijsteken om deze 71 seconden er nog af te pitsen. Bovendien wil ik ook mijn gemiddelde hartslag niet te hoog laten uitkomen. Onder de 140 hs/min uitkomen, zou echt goed zijn.

Vanaf dan wordt elke kilometer onder de 5′ min gelopen. Mede geholpen door enkele afdalingen, lukt het me zelfs om op deze snellere kilometers de hartslag onder de 140 hs/min te houden. Vanaf het kasteel Arenberg lukt het niet meer en gaat de hartslag wel wat hoger liggen. Na 18k heb ik nog 30″ goed te maken. De snelheid mag dus niet zakken. Na 19k kom ik uit op +4″. Bovendien wil ik ook niet eindigen op 20,9 maar net boven de 21,1. Op die manier is de halve marathon van december ook binnen. Net voor het sportkot te verlaten, doe ik enkele extra meters, zodat ik niet in stadscentrum verder moet lopen.

De 20e km loop ik in 4’47” waardoor ik op -9″ kom. In de tunnel verlies je ook sowieso wat tijd en dus moet ik tot op het einde boven de 12 km/u blijven lopen. De Karmelietenberg moet dus ook snel genoeg genomen worden. Uiteindelijk bereik ik na 21,22k mijn eindpunt op een tijd van 1u45’47” wat neerkomt op een gemiddelde van 4’59” min/km. Missie geslaagd. Als daarna nog blijkt dat de gemiddelde hartslag 140 hs/min bedraagt, kijk ik tevreden terug op deze mooie herfstachtige bosloop. Zo mogen er nog volgen.

    


 

Duurloop naar en in Heverleebos

Na een dagje rust, maar wel met enkele sauna- en stoombadbezoeken, is het vandaag weer tijd voor een duurloopje. Ik zal mijn middagpauze dus iets moeten rekken.

Er zijn geen andere collega’s die vanmiddag mee gaan lopen en dus doe ik alleen een loopje. We zijn al eind juli en ik heb deze maand zelfs nog geen +20K-loop gedaan. Vandaag is het niet al te warm en bovendien de laatste gelegenheid om een duurloop te doen. Het is zeker geen must en ik zie onderweg wel hoe lang ik het ga uithouden.

Gemakkelijkheidshalve vertrek ik identiek als een normale middagloop, aka Sequoia. De eerste vier kilometer zijn volledig hetzelfde. In plaats van rechts te draaien, rond het oude klooster, loop ik nu rechtdoor, onder de E40 en daarna verder richting Heverleebos. Ondanks alles verloopt dit gekend gedeelte vrij stroef. Het lijkt erop dat mijn lichaam er alles aan doet om af te zien van een langere duurloop.

Toch loop ik rechtdoor richting Heverleebos en zie dan wel of ik ter hoogte van de Herendreef terug richting Leuven loop of verder het bos in. Eer we zo ver zijn, staat mijn hoofd volledig op de lange afstand en denk ik niet verder na. Het lopen gaat vanaf dan ook gemakkelijker. De cijfers (snelheid, hartslag, …) tonen dit gevoel niet echt aan, maar het voelt opeens minder zwaar. Intussen begin ik te rekenen langs waar ik moet lopen om net boven de afstand van een halve marathon uit te komen.

Eénmaal in Heverleebos kies ik een bekend parcours, zijnde via Nieuwendreef en Parnassusbergdreef. Op die manier krijg ik ook de Poggio te verwerken. Deze zware helling komt dan net na een stijgend gedeelte van de Nieuwendreef. Deze laatste nodigt door zijn lang recht stuk uit om sneller te lopen. Na dit snelle stuk komt dan net de extra zware helling. Dit zorgt voor twee intensieve stukken achter elkaar en dat kan zeker wel tellen als training.

Intussen gaat het lopen heel wat vlotter dan de eerste kilometers; het is alsof ik nu kan blijven lopen. Op de Herendreef, terug richting Leuven, blijft de snelheid goed hoog liggen. Ter hoogte van de Celestijnenlaan heb ik net 17km achter de rug. Als ik nu doorloop, kom ik niet aan de 21km en dus draai ik opnieuw links, opnieuw de Dijleweg op. Vanaf hier loop ik het verkorte parcours van de Sequoia-ronde. Op die manier kom ik zeker boven de 21km uit en dus wordt mijn gesteld doel zeker gehaald. Bovendien is het zelfs niet echt moeilijk om een redelijke snelheid aan te houden. Met een hartslag net boven de 150 hs/min blijft de snelheid toch in de buurt van de 13km/u liggen.

 

Heverleebos duurloop

Op donderdag houd ik meestal een rustdag. Na een intervaltraining is het best om mijn lichaam de nodige rust te geven. Gisteren heb ik deze training niet gedaan en dus mag/moet er vandaag wel gelopen worden. De middagpauze is het ideale moment om dit te doen en meestal zelfs is het net dan het beste weer van de dag. Gelukkig laat mijn agenda dit vandaag toe.

Het weer is schitterend; het zonnetje schijnt, er is niet te veel wind en het is niet te warm. In de winter hopen we op warm weer, maar intussen kan het op de middag al wel eens te warm zijn. Kortom, vandaag is het perfect loopweer.

Door connectieproblemen tussen hartslagmeter en horloge, moet ik het vandaag doen op het gevoel. Bovendien kan ik dan ook niet vertellen aan welke hartslag ik sommige stukken gelopen heb. Tijdens deze loop ben ik rustig vertrokken, maar na enkele kilometers heb ik toch wel iets steviger doorgelopen, zonder ergens te forceren. Zelfs de zware hellingen loop ik op zonder tot het uiterste te gaan.

Ik vertrek vanop mijn werk via de normale weg. Dit is via de tunnel onder de ring naar het sportkot en de Finse piste. Door de trappen in en uit de tunnel, krijg je hier een grote schommeling in snelheid. Zonder echt te weten hoe ver en langs waar ik ga lopen, houd ik toch mijn snelheid niet te hoog en vrij constant. Ik laat me dit keer niet verleiden om sneller te lopen op Strava-segmenten of om iemand in te halen die niet te ver voor me uit loopt. Toch gebeurt dit laatste wel enkele keren.

Het is wel snel beslist dat ik iets verder wil lopen dan anders. Bij het terugkeren langs de spoorweg, na iets meer dan 6 km, kies ik er toch maar voor om naar de Zoete Waters te lopen. Het bos ligt er vrij droog bij en het loopt dan ook heel aangenaam. In dit stuk bos kom je ook niet veel lopers tegen, althans vandaag niet. Regelmatig zie ik hier wel de snellere lopers trainen, zoals Jesse Stroobants, Jasper Sodermans, …

Ik waag me vandaag niet aan het snellere werk. Ik voel me sinds de twee wedstrijden van vorig weekend al vermoeider en mag dus zeker niet overdrijven.

Zonder te overdrijven, wordt het zelfs vandaag toch wel wat lastig. Zonder hartslagmeter weet ik niet exact hoe snel mijn motor moet pompen, maar ik voel dat het moeilijker gaat dan anders. Toch houd ik mij aan dezelfde snelheid en neem ik geen kortere weg. Ik loop op het einde de Finse piste langs de andere, langere kant. Het is nu toch wel de bedoeling om boven de 20K uit te komen. Na net geen 21 km bereik ik opnieuw de poort en ben zowel blij met deze training als dat het erop zit. De vermoeidheid zit er duidelijk nog in.

Movescount_logo     strava


 

Zondagse duurloop met stevig stukken

Ondanks de snellere tempoloop van afgelopen vrijdag, is het op deze zonnige zondag tijd voor een langere duurloop. Dit keer vertrek ik niet vóór dag en dauw, maar na het middaguur. Het doel is om minstens 20K te lopen en we zien wel hoe en waar.

Omdat het zo lang geleden is, vertrek ik dit keer nog eens richting Pellenberg. Het is droog en hopelijk liggen er niet te veel plassen. Afgelopen woensdag liep ik nog met lange broek, vrijdag liep ik nog met lange mouwen; vandaag is het veel beter weer en loop ik met short en t-shirt. De zon schijnt volop en dus is een zwart shirt perfect geschikt om zeker warm genoeg te hebben bij deze frisse wind.

Richting Pellenberg lopen houdt in dat er de eerste 8 kilometer vooral stijgende hoogtemeters moet gelopen worden. De steilste helling komt na 3,7km en hier wil ik eens doortrekken. Dit is een segment op Strava en door de prestatie van vandaag te vergelijken met de vorige passages kan ik zien of er progressie geboekt is. Gelukkig, ik verbeter mijn vorige snelste tijd, wel met amper 3″.

Hierna loop ik opnieuw rustig verder langs hetzelfde parcours waar ik vorig jaar enkele keren liep. Ik geniet van het mooie weer, ondanks het zweet in mijn ogen loopt. Halfweg de Zavelstraat besef ik dat deze straat ook apart gevolgd wordt via Strava en dus houd ik de snelheid ook hoog genoeg. Ook hier verbeter ik mijn PR. Onmiddellijk hier komt er opnieuw een helling onder de loopschoenen. De snelheid zit er vrij goed in en ik probeer dit tempo aan te houden, zonder echt voluit te gaan. Ik wil trouwens nog evenveel kilometers lopen als wat ik tot nu afgelegd heb.

De tweede helft blijf ik een normaal tempo (4’46” min/km) aanhouden. Intussen is het genieten en denk ik na langs welke weg ik ga lopen om toch boven de 20K uit te komen. Het is bovendien een nieuwe maand en dus kan ik ook vandaag al, naast de Strava-uitdaging van de 10K, de uitdaging van 21,1K lopen. Om het mezelf nog wat zwaarder te maken, kies de de lange weg tot aan de Kortrijkstraat. Dit is een vrij lang stijgend stuk. Bovendien kies ik hier ook weer om het zo snel mogelijk af te leggen, tenminste zo snel mogelijk na reeds 17km gelopen te hebben. Op een stuk van 2,5km bergop is doseren zeker de boodschap. Ik houd de inspanning zoveel mogelijk constant en probeer gebruik te maken van de vlakkere stukken om de snelheid er goed in te houden. Het resulteert in een nieuwe besttijd met een verbetering van meer dan een halve minuut.

Tussen veel wandelaars en scoutleden door blijf ik nog enkele kilometer lopen om uiteindelijk thuis te komen na iets meer dan 22km. Opdracht volbracht.

Movescount_logo     strava


 

Nieuwe maand, nieuwe uitdagingen #MR16

Na de kortere duurloop van gisteren moet er vandaag wat meer gelopen worden. De pijn aan de achillespees wordt niet echt erger en dus staat niets in de weg voor een langere duurloop. Ik heb geen vaste omloop in gedachte en zelfs geen afstand of tijd. Ik vertrek dan ook samen met enkele collega’s voor een middagloopje. Het is wel de bedoeling dat ik daarna wat extra kilometers ga lopen. Op Strava zijn er elke maand nieuwe uitdagingen, zoals loop 10K of een halve marathon. Het is nu de eerste van de maand en dus kan er een nieuwe uitdaging afgewerkt worden. Als ik vandaag 21,1 km loop, telt dat dan ook automatisch als 10K?

Met een rustig tempo lopen we de eerste kilometers. De wind is duidelijk gedraaid t.o.v. gisteren. Wegens opkomende blessure bij mijn collega, besluit hij wijselijk om iets vlugger huiswaarts te keren. Ik, daarentegen, besluit om vandaag de Strava-uitdaging van de halve marathon aan te gaan. Er volgen waarschijnlijk nog meerdere lopen van deze afstand en hopelijk nog enkele langere gedurende de maand maart.

De snelheid probeer ik te houden, zoals we vertrokken zijn, namelijk om en bij de 11,5 km/u. Intussen ben ik meer bezig met de af te leggen weg dan met het aanhouden van deze snelheid. Als ik verder loop naar de Zoete Waters zal ik waarschijnlijk wel in de buurt van de geplande 21km komen. Intussen heb ik al enkele keren naar de Zoete Waters gelopen en telkens via een iets of wat andere weg. Vandaag probeer ik opnieuw een andere weg te vinden en wel eentje dat ik nu probeer te onthouden, zodat deze meerdere keren kan gelopen worden. Net voor de tunnel ‘Herendreef’ van de E40 loop ik dit keer wel de goede weg, tenminste de geplande weg. 2016-03-01

Op het lange stuk zuidwaarts kom ik nog Jesse Stroobants tegen. Hij liep dan wel aan een véél hogere snelheid en niet alleen omdat hij de wind in de rug had en waarschijnlijk lichtjes dalend. Hij is duidelijk goed aan het trainen. Ik loop zolang de wind me eerder hindert dan helpt aan dezelfde snelheid van 11,5 km/u. Zodra ik een bocht naar rechts maak en in westelijke richting loop, versnel ik tot 12 km/u. Na de zware helling en opnieuw een bocht naar rechts, loop ik in oostelijke richting en blijf aan 12 km/u aanhouden tot aan de Naamsesteenweg. Als ik opnieuw in westelijke richting loop, ligt de snelheid terug iets lager en heb zelfs iets meer moeite om de 11,5 km/u te houden.

Vanaf km 16 probeer ik de snelheid nog iets op te drijven en blijf dan lopen aan 12,5 km/u. Op dat ogenblik begin nog het meest last te hebben met koude handen. Ik draag nochtans handschoenen, maar door de regen, helpen deze niet veel, vrees ik.Toch blijf ik deze snelheid aanhouden tot ik aankom. De gemiddelde snelheid bedraagt uiteindelijk 11,9 km/u of 5’02” min/km. Helemaal niet slecht met deze koude en wind.

Movescount_logo      strava