Categorie archieven: Tempoloop

Heverleebos op een drafje

Na de ziekte van vorige week, probeer ik het deze week iets rustiger te doen. Na een echt rustdagje doorgebracht te hebben in een saunacomplex, wordt er op dinsdag toch opnieuw gelopen. Hopelijk heb ik het verlies van vocht voldoende gecompenseerd en heb ik er vandaag geen last van.

Spijtig genoeg alleen begin ik aan mijn middagloopje tijdens de lunchpauze. Reeds van bij de aanvang gaat het vrij vlot en toch probeer ik niet te snel van start te gaan. Ik blijf verder vlot lopen, maar let toch op mijn ademhaling en zorg dat deze heel rustig blijft. Bij gebrek aan hartslagmeting is mijn gevoel en mijn ademhaling de enige rem.

Eénmaal voorbij de Celestijnenlaan gaat de snelheid toch iets meer de hoogte in. Op het Dijlepad blijf ik ruimschoots onder 4’30” min/km. Dit is eigenlijk iets meer dan vlot. Zolang de ademhaling langzaam blijft en het gevoel zegt dat ik het kan blijven volhouden, blijf ik deze snelheid verder lopen. Vanaf hier is duidelijk dat dit een eerder intensieve training wordt en veel minder een rustig duurloopje.

Zonder te willen overdrijven kies ik toch om via Heverleebos te lopen en niet rechts te draaien ter hoogte van de Sequoia’s. Het zullen dus 12km worden. Het blijft steeds vrij goed gaan en daarom blijf ik ook lopen boven de 13km/u. Het wordt wel hoe langer, hoe intensiever en ook hoe sneller. Zonder te meten, voel ik toch dat mijn hartslag steeds hoger ligt. Het zal dus schipperen worden tussen een hogere snelheid en hartslag onder een controle houden.

Na een kleine hindernis op de fietspaden aan het sportkot, drijf ik de snelheid toch opnieuw op. Als ik de laatste kilometers snel genoeg loop, kom ik waarschijnlijk aan een gemiddelde onder de 4’30” min/km. Dit zou zeer mooi zijn. Op de Karmelietenberg en Naamsestraat ga ik toch wel tot het uiterste (of toch bijna). Met een gemiddelde van 4’29” min/km of 13,4 km/u kijk ik toch tevreden terug op deze training.

Movescount_logo     strava


 

Heverleebos met extraatje

Tijdens de middagpauze gaan we vandaag opnieuw met enkele collega’s richting het bos van (Oud-) Heverlee. Zoals steeds worden er voor het vertrek groepjes gevormd die elk hun snelheid en afstand lopen. Dit keer is het iets moeilijker maar uiteindelijk komt iedereen er wel uit.

Samen met L. gaan we voor de grote ronde. Dit komt neer dat we een afstand van ongeveer 10,5km lopen. Door de rustdag van gisteren, ja ik neem ook af en toe een rustdag, voel ik me opnieuw uitgerust. Toch houden het vrij rustig, alvast de eerste kilometer. De eerste kilometer is bijna continu klimmen en wordt afgelegd in 5’41”. De tweede kilometer is dan weer dalend en zorgt dat de snelheid er meer inkomt. Het resultaat is dan ook dat we hier een minuut minder nodig hebben voor dezelfde afstand.

Na deze vlotte kilometer blijft het eerder vlot gaan. De derde kilometer, ook vooral stijgend wordt toch afgelegd in 5 min en dat is helemaal niet traag. Het is zelfs mijn tweede beste tijd op de Klim Vaalbeek – Meerdaal. Vanaf hier blijft de snelheid vrij hoog liggen. Ook op het volgend stuk, de Langendaalstraat, wordt een tweede snelste tijd gelopen. Bovendien heb ik pas vorige week de snelste tijd gelopen op beide segmenten.

chardonnayMeerdaelDoor het natte weer van de voorbije dagen kiezen we ook dit keer voor een alternatieve omloop, via Chardonnay Meerdael. Dit verkleint de afstand niet en zorgt zelfs voor een mooi klimmetje tussen de velden, op bovenstaande foto te zien, rechts van het gebouw, langs de bomenrij. Ook hier verzwakken we niet en blijft het tempo er goed inzitten. Toch wil ik meer.

Als we ter hoogte komen van de weg naar de kapel, besluit ik rechtdoor te lopen en zo een klein lus extra te doen. De bedoeling is om iets later terug samen te komen. Hiervoor moet ik wel snel genoeg lopen en L. tijdig terug inhalen. Ik vertrek dan ook vol goede moed aan de smalle dalende bosweg, of eerder weggespoeld bospad. Ik ben hier nooit eerder geweest en van weg is niet veel sprake meer. Door de regen is het grootste stuk van dit wegje omgetoverd in een mooi beekje. Het is dus continu de best beloopbare ‘oever’ vinden om toch maar met redelijke snelheid naar beneden te lopen. Of is dit altijd zo geweest??

Als ik terug op de weg kom, kijk ik onmiddellijk richting het punt waar L. normaal de weg moet oversteken. Ik zie hem niet. Of hij is al gepasseerd en dan heeft hij een heel grote voorsprong, of hij is nog niet gepasseerd, maar dan moet hij fout gelopen zijn. Toch begin ik vol goede moed aan de grootste hindernis: de Poggio. Ik wil niet alles geven, maar wil toch mijn snelheid voldoende hoog houden. Resultaat: 6de tijd van mijn 18 keren dat ik hier (volledige Poggio) gepasseerd ben.

Daarna is het gewoon tempo lopen tot de plaats van afspraak. In de verste verte zie ik niemand. Het verschil moet dan toch te groot geweest zijn én hij heeft zeker niet op me gewacht!! Ik blijf verder lopen aan 14,3 km/u of 4’12” min/km. Het laatste stukje loop ik zelfs meer dan 15 km/u! Het bewijs is er dankzij Strava. Ik loop mijn snelste tijd op de volgende segmenten: Adelaars loopparcours 1: tussentijd 3 en Parnassusdreef.

Met een gemiddelde van 4’37” is dit opnieuw eerder een tempoloop dan een duurloop te noemen. Ik ben er zeker van deze omloop in de toekomst nog gelopen zal worden. Benieuwd wat dat gaat geven.

Movescount_logo     strava

Van kwaad naar erger, of niet?

Dag 2 na een marathon.

Na de verleiding gisteren om toch te versnellen tijdens mijn herstelloopje, zou ik vandaag misschien beter echt niets doen. Zodra iemand me vraagt of ik mee ga lopen, zeg ik onmiddellijk volmondig ja. Ik zeg er wel bij dat ik rustig met de anderen ga meelopen. Het is niet de bedoeling om snel te lopen, integendeel.

Bij de start van de loop krijg ik de tip om toch een langere afstand te lopen, omdat de collega’s voor mij te traag zouden lopen. Na een klein poging tot verzet, kies ik toch een grotere toer in Heverleebos. Eigenlijk is het omgekeerd: ik doe de normale toer en zij doen een kleinere.

Vol goede voornemens start ik met een rustig, doch niet te traag tempo, en bereik de eerste kilometer, die 20m hoger ligt dan de start, na exact 5 min. De tweede kilometer loop ik met ongeveer dezelfde intensiteit, maar dan opnieuw 20m lager en daardoor iets sneller. Intussen zit zowel de intensiteit als de snelheid er al vrij goed in. De zwaardere helling gedurende de derde kilometer doet me de intensiteit nog verhogen en op deze helling blijf ik dan 12,5 km/uur lopen.

De volgende twee kilometer verlopen over onverharde boswegen, met regelmatig te grote plassen, zodat de kant opzoeken de enige manier van doorkomen is. De snelheid blijft er desondanks goed inzitten (gem 13,2 km/u of 4’30” min/km). Mijn voornemen om het rustig aan te doen, is volledig uit mijn gedachten. Ik besef wel dat ik niks mag forceren en houd me een beetje in.

Voorbij de Zoete waters komt de Poggio eraan. Een PR lopen zit er helemaal niet in en dus blijf ik hier relatief rustig. Toch klopt mijn hart bij het boven komen veel te snel: 176 hs/min. Zonder trager te lopen, integendeel zelfs, probeer ik een normaal ademritme te houden. De snelheid (14 km/u) blijft er goed inzitten, maar dan wel met een vrij hoge hartslag. Deze blijft in de buurt van de 170!!

Ondanks de hoge snelheid, hoge hartslag is het leuk lopen. De laatste kilometer gebruik ik dan ook niet om rustig uit te lopen. Er is niets leuker dan de snelheid nog wat opdrijven op het laatste smalle weggetje, kronkelend tussen de bomen.

Na de aankomst besef ik des te meer hoe warm het is. Het zweet begint dan pas echt uit te breken. Ondanks de foute beslissing om zo kort na een marathon vrij intensief te lopen, heeft het deugd gedaan. De vijf PR’s tijdens deze loop had ik zeker niet zien aankomen, gelukkig maar!

Movescount_logo     strava


 

Laatste week voor marathon (deel 2)

Vervolg van Deel 1 …

En toch wordt deze week anders dan de anderen. Op woensdag pas ik voor de intervaltraining van DCLA. Ik wil zeker niet overdrijven en bovendien moet ik toch een beetje taperen.

Intussen is het donderdag en ga ik toch opnieuw hetzelfde toertje lopen van dinsdag. De collega’s zijn om 12u reeds vertrokken en ik zal het dit keer alleen moeten doen. Mijn hartslagmeter laat ik ook thuis. Hiermee moet ik dan ook al geen rekening houden.

Bij het vertrek weet ik nog niet aan welk tempo ik deze ronde ga afleggen. Ik vertrek met de idee om dezelfde omloop van dinsdag te lopen, maar bij het terugkeren doe ik er twee rondjes Finse piste bij: één snel en daarna nog eentje rustiger. Op die manier kom ik aan 10K. Mijn idee is dan om te versnellen op het Dijlepad, net zoals gisteren, misschien nog eens een keertje op de terugweg en dan gedurende 1 km op de Finse piste.

Ik vertrek toch al aan een redelijk tempo, zonder te overdrijven. Het blijft dan wel dubbel opletten bij het kruisen van wegen en bij het in- en uitlopen van de tunnel. In het domein van het sportkot liggen toch wel iets te grote plassen. Het is moeilijk om ze te blijven ontwijken, zeker met de iets hogere loopsnelheid. Na het kasteel Arenberg schakel ik een kleine versnelling hoger. Op het Dijlepad loopt het nog vrij goed, maar wel met heel veel plassen.

Bij het rechts draaien, het bos in, blijf ik de snelheid hoog houden. Ik probeer deze snelheid aan te houden gedurende mijn volledige loop. Intussen begin ik wel te twijfelen of ik de twee rondjes over de Finse piste er nog ga bij doen. Een natte Finse piste loopt echt wel moeilijk en met het weekend in het vooruitzicht wil ik me toch niet te veel belasten. Eigenlijk is lopen aan deze snelheid (14 km/u) al niet echt goed tijdens een taperweek, maar ik ben nu toch bezig en dus houd ik het maar vol.

Uiteindelijk wordt het toch nog vrij zwaar. Na 7,5 km echt doorlopen, wordt de Karmelietenberg eerder een calvarieberg. Tempo houden op het stijgend stuk Naamsestraat is dan echt een doorbijter. Toch loop ik die laatste kilometer op 4’17” en dat is voor mij zeker niet slecht.

Nu echt rusten 🙂

Movescount_logo     strava


 

Stevige middagloop met te weinig afkoeling

Deze maandag wordt de lunchbreak opnieuw sportief ingevuld. Ondanks de regen trekken we de sportschoenen en extra regenvestje aan. Door verscheidene omstandigheden vertrekken we iets vroeger (11:30u) en zijn we maar met zijn tweeën.

Met twee betekent ook dat we enkel onderling het tempo bepalen. Bij het vertrek regent het heel lichtjes en koud is het zeker niet. Het heeft dus geen zin om er direct in te vliegen om warm te krijgen. Wat onmiddellijk opvalt is de rust. Enkel alleen het feit dat we net voor het magische middaguur vertrekken, betekent dat er veel minder mensen op straat zijn. De eerste kilometers lopen we vrij rustig. Deze moeten gelopen worden deels in de binnenstad op de voetpaden, tussen fietsers en wandelaars, als bij het kruisen van enkele wegen.

Vanaf het Dijlepad hebben we van het voorgaande geen last meer en kan er op het lopen geconcentreerd worden. Het loopt dan ook veel ontspannender, zelfs als je, zoals vandaag, een weg moet zoeken om zoveel mogelijk plassen te ontwijken. De snelheid bedraagt dan ook vlot de 12,5 km/u (4’47” min/km). In plaats van rechts te draaien zodat we ons vertrouwde Sequoia-parcours volgen, lopen we rechtdoor richting de spoorweg.

Net voor de tunnel onder de E40 worden we ingehaald. Zonder het echt te beseffen lopen we zelf ook wat sneller. Net voorbij de tunnel ligt het zwaarste stuk met enkele korte steile stukjes, om nog te zwijgen van het stuk langs de spoorweg. Toch blijven we hier een mooie snelheid houden. De snelheid gaat zelfs nog hoger liggen in de weg terug richting Heverlee. Hier lopen we enkele kilometers boven de 13km/u.

Vanaf het kasteel van Arenberg lopen we dezelfde weg als heengaan. Dit keer blijft de snelheid gemiddeld toch steeds boven de 12 km/u liggen. Ondanks de verkoelende regen, was het echt wel warm genoeg en vond het zweet meer dan gewenst zijn weg naar buiten. Dit zijn mooie tempoloopjes die deugd doen. Ik blijf dit leuker vinden dan de echte rustige duurlopen, maar die blijven wel noodzakelijk.

Movescount_logo      strava

Warme DCLA duurloop

Eén vogel maakt de lente niet. Eén duurloop en één training met de brokkenlopers, maakt me nog geen brokkenloper. Gelukkig heb ik na de intensieve training van afgelopen woensdag niets gevoeld: geen stijfheid in benen en zelfs geen last van kuiten en/of hamstring. Vanavond loop ik dan een tweede keer mee met de vrijdagse duurloop, of is het een tempoloop, met de brokkenlopers.

De lente is volop in het land en de laatste dagen mogen we zelfs spreken van echt zomers weer. Bij het vertrek staat de thermometer (tegen de noodgevel en in de schaduw) op 25°C!! Het zal dus een warme zomertoer worden. Een uur voor de start maak ik een halve liter isotone drank klaar en samen met een banaan  speel ik dit naar binnen. Het is een goede repetitie om een wedstrijd voor te bereiden. Lopen met de brokkenlopers is voor mij telkens een wedstrijdsimulatie.

Vorige week hebben we de laatste kilometers heel wat rustiger afgelegd, maar enkel omdat er tot halfweg heel snel gelopen werd. Om zeker niet verrast te worden door een te hoge snelheid in het begin, begin ik rond 18u al op te warmen op de atletiekpiste. Na vijf rondjes heb ik het al echt warm genoeg en ga me dan ook nog snel wat verfrissen. Daarbij neem ik ook nog enkele slokjes water. Eén ding staat vast, het zal warm worden. Gelukkig voel ik me vrij goed. Veel beter dan woensdag in ieder geval.

Zonder echt overdreven snel te starten, moet mijn hart toch al 170 keer per minuut pompen na 3K. Het wordt alweer een stevige duurloop of eerder een extensieve duurloop of zelfs een tempoloop. De invloed van de temperatuur is echt wel van doorslaggevend belang. Het gaat duidelijk bij iedereen langzamer. Halfweg lopen we, de tragere lopers, nog niet veel achter de snellere jongens. Bijna halfweg heb ik al heel veel zin om het tempo te laten voor wat het is en veel trager verder te lopen. Net op dat ogenblik zegt Jeroen dat ik mag verder lopen en dat hij wat last heeft van de warmte en het iets rustiger gaat doen. Net wat ik ook wou!!

Toch blijf ik de hoge snelheid aanhouden. Ik zie nog steeds iemand een kleine honderd meter voor me lopen en probeer de afstand niet groter te laten worden. Het lukt me zelfs om wat korter bij hem te komen. Hij heeft zich duidelijk ook wat vergaloppeerd en probeert zijn tempo zo lang mogelijk aan te houden. Op die manier duurt het toch nog meerdere kilometers eer ik hem kan bijbenen. De warmte (en droogte) is nu heel goed voelbaar. Mijn mond plakt quasi dicht. Dorst!! Net voor de afdaling, waar ik de laatste meters probeer dicht te lopen, bedraagt mijn hartslag zelfs 179 hs/min! Dit is echt een wedstrijd-hartslag. Laten we dit dan maar beschouwen als een generale repetitie voor komende vrijdag en zondag.

Tijdens de steile afdaling kom ik inderdaad nog iets korter en daalt gelukkig mijn hartslag ook. Maar deze daling is maar van heel korte duur. Iemand inhalen betekent ook ervoor blijven en er proberen van weg te lopen. In de smalle weggetjes langs Bruineveld blijf ik echt het maximum uit mezelf te halen. Net voor het indraaien van het provinciaal domein zie ik opnieuw iemand voor me uitlopen. Zou ik deze ook nog kunnen inhalen. Waar zouden onze nieuwe vrienden van Somalië en Eritrea zitten? Houden zij het nog uit?

Er blijven nog twee kilometer te lopen; dat worden zeker nog twee zware kilometers. Het lukt me dan ook niet om echt veel korter te komen bij mijn voorligger. Op de weg tussen het provinciaal domein en het Heuvelhofpark passeer ik nog wel de man van Eritrea; hij heeft de laatste kilometer niet meer ‘overleefd’.

Bij aankomst loop ik in eerste instantie door tot aan de toiletten: om water te drinken!! Toch beslis ik om nog enkele rondjes op de piste te joggen om rustig af te koelen tot normale omstandigheden.

Ondanks het stevig einde ligt de gemiddelde snelheid toch in de buurt van vorige week.

Movescount_logo     strava