Categorie archieven: Snelheid

10 Miles “Koen Van Dijck”

Na enkele weken specifieke voorbereiding voor de marathon staan er deze week twee wedstrijden op het programma. Niet ideaal, maar ik ben niet de prof die zijn schema op de letter moet volgen.

De afgelopen weken heb ik vooral lange duurlopen gedaan afgewisseld met lange intervallen. In de laatste twee weken komen de loopkilometers dan ook boven de 100km/week uit. Deze week zullen er minder kilometers, maar zullen op donderdag en zondag vooral snellere kilometers gelopen worden.

Vandaag, donderdag 14 september, staat een 10 mijl geprogrammeerd. Dit is een wedstrijd die georganiseerd worden door het bataljon Artillerie in Brasschaat. Dit is dus een militaire wedstrijd, met enkel militairen aan de start. Dit betekent alles behalve dat er weinig kwaliteit aan de start staat, integendeel. Toch blijkt de opkomst vrij laag te liggen en blijkt er veel kwaliteit niet aanwezig te zijn.

Met veel file en regenbuien arriveer ik gelukkig nog tijdig aan de start. De wegen liggen nat en spekglad. Tijdens de opwarming had ik echt moeite om vooruit geraken en dus besluit ik om toch andere schoenen aan te doen voor de wedstrijd. Er werd me wel verzekerd dat het gedeelte ‘onverhard’ goed beloopbaar is. Bovendien ligt de enkel de weg in de buurt van start en aankomst er zeer glad bij, omdat hier quasi nooit gereden wordt.

Oef, net voor de start komt de zon er terug door en het ziet er naar uit dat we een mooie wedstrijd gaan krijgen. Intussen weet ik aan welke snelheid ik ongeveer kan starten en probeer zeker niet té snel te vertrekken. Het zijn twee ronden van 8km en ik wil zeker niet te veel verval zien in de tweede ronde. Onmiddellijk na de start hang ik ongeveer vierde-vijfde. Het blijft moeilijk om in te schatten hoe sterk de tegenstand is en op de kledij mag je je natuurlijk ook niet baseren. Toch doe ik het.

Halfweg de eerste kilometer word ik ingehaald door iemand waarvan ik zeker ben dat ik die het hogere tempo gaat volhouden. Dat wordt zeker een kandidaat winnaar. Van de anderen die voor en in de buurt van me lopen, twijfel ik of ze niet te snel gestart zijn. Ik blijf sowieso rustig maar toch houd ik de snelheid vrij hoog. Ik zal blijven proberen de voorgangers bij te benen, op eentje na dan toch.

Na iets meer dan één kilometer verdwijnt de zon en gaan de hemelsluizen open. De regen vindt al snel een weg door de bomen en het lichaam krijgt volop waterkoeling. Intussen loop ik op de tweede plaats, maar de vogel is al gaan vliegen; de koploper verdwijnt al uit het zicht voor elke bocht. Dit maakt het veel moeilijker omdat ik nu zelf de weg moet ‘zoeken’. De regen heeft de weg wel gevonden en valt intussen met bakken uit de lucht. De seingevers, echt voldoende aanwezig, proberen zich droog te houden en schuilen steeds verder onder de bomen.

Gelukkig wacht er één van de twee begeleiders op de fiets op  de tweede loper zodat ik ook zie waar ik naartoe moet lopen. Mijn nummer is losgekomen en bij een poging om het opnieuw vast te maken, vliegt het zelfs volledig weg. De regen blijft met bakken uit de lucht vallen en de wegen geraken stilaan vol te staan met water. De eerste ronde leg ik af in minder dan 30 min! Hopelijk ben ik toch niet te snel aan het lopen en houd ik dit nog 8km vol.

Tijdens de tweede ronde blijft het meer dan hevig regenen. Ik probeer de grootste plassen te ontwijken, maar af en toe mislukt dit toch waardoor mijn voeten/schoenen intussen doorweekt zijn. Ik merk zelfs dat de fietser het ook niets te warm heeft en af en toe met zijn handen moet schudden om ze wat op temperatuur te houden. Bij deze wil ik mijn dank en respect uitdrukken voor de begeleiders en seingevers die al dan niet vrijwillig, in dit weer, voor een goede organisatie zorgen.

Donker en nat, meer valt er over deze tweede helft niet te zeggen. Ik kan gelukkig het tempo min of meer vasthouden, zodat er geen gevaar meer dreigt van achteruit. De aankomst, na 16km, bereik ik na 1u00’34”. Dit is veruit mijn beste tijd op deze afstand. Mijn horloge duidt op dat ogenblik nog maar 15,7k aan dus probeer ik nog wat verder te lopen tot de 16,1 of exacte 10M.

Gelukkig is de aankomstzone overdekt en heeft de organisatie voor warme thee gezorgd. Uitlopen in dit weer zou eerder voor onderkoeling zorgen en ik verkies om toch maar voor de warme douche te kiezen. Dat een warmwaterstraal zo pijn kan doen, heb ik ook nu pas een eerste keer gevoeld. Na de douche is het wachten op de prijsuitreiking. Er zijn leeftijdscategorieën, waardoor ik niet een tweede plaats algemeen, maar een eerste plaats veteranen gelopen heb.

 

     

PhEF 2017

Na een rustweekje met één tempoloop en één duurloop staat er vandaag een wedstrijd tegen mezelf op het programma.

Zoals jaarlijks moet ik ook dit jaar eens mijn PhEF’s afleggen. Deze Physical Evaluation Fitness test is de eigenlijke opvolger van de MTLG of de militaire testen voor lichamelijke geschiktheid. Deze nieuwe test bestaat uit twee onderdelen. Allereerst de side bridge links en rechts. Voor mijn leeftijdscategorie wordt verwacht dat je zowel links als rechts 1’50” foutloos kan uitvoeren. Het tweede onderdeel is 2400m hardlopen. Hier krijg je de maximum der punten als je dit in minder dan 10’35” kan.

Na een korte opwarming mag ik beginnen aan de side bridge links. Al na 10″ voel ik dat het moeilijk gaat worden. ik concentreer me meer op de ademhaling dan op de tijd, maar na 1 minuut wordt dit steeds moeilijker. Exact na 1’46” moet ik mijn tweede arm gebruiken om niet door te zakken en hierdoor wordt voor mij de tijd stopgezet. Het doel van 1’50” wordt dus niet gehaald.

Wanneer al de collega’s gepasseerd zijn is het opnieuw de beurt aan mij voor de rechterkant. Deze verloopt analoog, maar hier kan ik het gelukkig wel lang genoeg volhouden. Na de mededeling van 1’45” en even zelf verder tellen, weet ik dat ik gehaald heb. Toch wil ik zekerheid en wacht op de officiële tussentijd. Deze wordt pas bij 1’55” omgeroepen en dan mag ik er ook bij gaan liggen. Hier haal ik gelukkig wel het beoogde doel.

Wanneer de rest deze test aflegt, ga ik al richting de start van het tweede onderdeel: de 2400m en begin aan mijn opwarming. Hier stelt zich niet de vraag of ik binnen de tijd loop om het maximum van de punten te halen. Dit haal ik sowieso. Ik heb de afgelopen jaren niet voor niks zo veel getraind. De enige vraag die zich stelt, is hoeveel ik verbeterd ben t.o.v. vorig jaar (8’44”). Dit jaar zou ik toch graag 8’30” lopen. Het blijft gissen, zeker met de marathon van amper 9 dagen geleden. De opwarming bedraagt zelfs meer dan te lopen afstand en zorgt ervoor dat ik al bezweet aan de start verschijn.

Met een 30-tal staan we aan de start, maar niemand heeft de ambitie om met me mee te lopen. Het zal dus een strijd tegen mezelf en de chrono worden. Onmiddellijk na het startsignaal schiet ik weg. In het verleden ben ik telkens vrij snel vertrokken, maar dit keer lijkt het toch iets té snel. Na 100m staan er amper 18″ op mijn horloge. Dit is toch wel iets te snel. Wat geeft dit na 200m? Net geen 38″; de snelheid is nu iets haalbaarder, ondanks de hartslag reeds 170 hs/min bedraagt. Nu is het wat zoeken naar het evenwicht tussen snelheid en uithouding. Blijft de snelheid van 18 km/u of 3’20” min/km haalbaar? Dit is eerder mijn 800m-tempo en het zal dus moeilijk worden om dit drie keer zo lang vol te houden. Concentreren en volhouden blijft de boodschap. Na één ronde, halfweg dus, de officiële tussentijd: 3’57”!! Waauw, hier schrik ik zelf van. Als ik dit kan volhouden blijf ik zelfs onder 8 min!!

Maar de realiteit is anders. Ik ben duidelijk te snel vertrokken. Met een hartslag boven de 180 hs/min heb ik mijn grens bereikt. Het is nu vechten om te overleven. Na elke pas moet ik mij inspannen om de volgende te zetten. De souplesse is volledig weg. Het is telkens me opnieuw oppeppen om te blijven doorgaan. Ik voel dat de snelheid volledig weg is. Toch blijk ik nog steeds 17km/u te lopen, maar wel een pak trager dan de eerste keer ik hier passeerde. In de twee laatste bochten gaat het zelfs ietsjes omhoog en haal ik het onderste uit de lege kan. Hierna is afzien voor de laatste honderden meter. Aankomsttijd: 8’06”.

Na een korte ontgoocheling dat ik de tweede ronde heb moeten verzwakken, besef ik dat ik geen 15″ beter doe dan vorig jaar, maar zelfs 38″! Hiermee ben ik uitermate tevreden.

Ter info: hieronder een overzicht van de tijden van de laatste 5 jaar.
11/2013: 11’14” @189hs/min
09/2014: 09’46” @179hs/min
09/2015: 09’16” @172hs/min
05/2016: 08’44” @178hs/min
06/2017: 08’06” @179hs/min

 

        


 

Great Breweries Marathon 2017

Het was al dagen voorspeld dat het warm ging worden en dat was het ook. Hoe verloopt een marathon bij zeer warm weer?

Het begon al met de jaarindeling. De marathonmaanden zijn april en oktober en op die maanden wil ik wel een marathon lopen. In april stond Parijs op de agenda en in oktober zal het Eindhoven worden. Omdat ik maar twee à drie marathons doe per jaar en er zoveel mooie marathonsteden zijn, ben ik niet van plan om er eentje twee keer te doen. De Great Breweries Marathon vormt de uitzondering. Ik was vorig jaar zo gecharmeerd door de organisatie dat ik het dit jaar opnieuw wou proberen.

Toch is deze marathon geen doel op zich (in tegenstelling van de twee anderen). Een marathon in juni? Na de 3:01:47 van Parijs zou de volgende marathon een Sub3Hr moeten worden. Ik heb altijd gezegd:”Een PR lopen in juni? Het zou wel eens 30°C kunnen worden.” Het was het net niet. De thermometer is blijven steken op 28°C.

Ook al was deze marathon geen doel op zich, de training gebeurde wel. De maanden voordien verliepen zoals anders. Een LSD, tempoloop en intervaltraining wisselden elkaar af. De laatste twee weken heb ik me wel aan een schema gehouden. Maar zelfs met dat schema heb ik toch gezondigd door 9 dagen voordien aan een stratenloop deel te nemen en er 12km alles te geven. Mijn rustig loopje (10K) op donderdag loop ik sneller dan gepland. Bovendien wordt er op vrijdag, door allerlei omstandigheden, fout gegeten: koffiekoeken als ontbijt, koffiekoeken om 10u en een Mexicaans buffet ’s avonds, waardoor ik vel te laat in mijn bed lag. Op zaterdagavond werd ik vrijgesteld van het verjaardagsfeestje van de kids en kon me dus rustig voorbereiden en iets eten. Het tuinfeestje van de buren zorgden wel voor een minder goede slaap.

Zondagmorgen 6u zei de wekker ten huize Hesy dat het tijd was om iets te eten. Na het ontbijt (boterhammen met confituur) had ik nog tijd genoeg om me te wassen en te scheren en om mijn looptenue aan te trekken. Iets voor 7u was ik al op weg. Gelukkig vind de start van de marathon plaats, lang voor die van de 25km waardoor er in de buurt van de brouwerij Duvel nog plaats is om te parkeren. Lid zijn van de Keep-on-Running groep heeft zo zijn voordelen. Els zorgde zelfs voor een privé-parking. Bij aankomst om 7.30u was parkeren helemaal geen probleem, maar voor de deelnemers van de 25K was deze parking een noodzaak. Bedankt Els, in naam van alle KOR-lopers.

Voor 8u was het dan ook nog vrij rustig op de terreinen van de Brouwerij Moortgat. Het afhalen van het deelnemerspakket (=enveloppe met borstnummer) en het t-shirt kon zonder te moeten aanschuiven. Na het opspelden van het borstnummer had ik nog tijd om ergens in de schaduw te gaan zitten. Een half uur voor de start en na een toiletbezoek heb ik, ondanks deze warmte, enkele minuten wat losgelopen en dus de spieren wakker gemaakt. Amper 10 minuten voor de start begaf ik mij naar het startvak en zocht een plaatsje achter de vlaggen van 2u59. Vorig jaar was dat achter de pacers van 3u30!!

Onmiddellijk na het startschot zie je dat er een aantal lopers voor de pacers van 2u59 weg zijn en dat er zich een aardig groepje gevormd is in de buurt van de twee vlaggen. Is het omdat ik niet sneller kan of omdat ik mij zo beter voel, maar ik blijf een tiental meter achter dat groepje hangen. Na een kleine kilometer kijk ik voor het eerst naar mijn horloge en merk dat de hartslag niet zichtbaar is. Toch vandaag niet!?! Ikbegin wat te prutsen aan de hartslagmeterband, maar nog komt er niets te zien. Een hele tijd later verschijnt hij dan toch: 170 en meer. Dit kan toch niet!?! De snelheid zit er wel goed in en het is al vrij warm, maar 170, nu al?? Ik maak me gelukkig niet te veel zorgen en weet dat ik toch op mijn gevoel loop. Na enkele kilometers wordt de hartslag realistischer. Intussen zorgt voldoende zweet voor een betere geleiding.

Passage Kasteel Diepensteyn (c) Robby Hoskens

 

Wat me in deze marathon opvalt is de juiste kilometeraanduiding of moet ik zeggen, de juiste kilometeraanduiding van mijn horloge. Bij elke kilometeraanduiding langs de weg zit mijn horloge er amper 10 à 20m naast. De 5K passeer ik na 21’05” wat neerkomt op een gemiddelde van 4’13″/km. Dit is zoals ik het graag gewild had. het lopen verloopt nog steeds vrij vlot. Ik maak zoveel mogelijk gebruik van elke bevoorrading, zowel water als AA drink en zelfs de bananen neem ik graag. Toch is de bevoorrading met bekertjes niet goed. Er is veel te weinig in. Het zijn amper twee slokjes en dat is echt onvoldoende. Vorig jaar werd de AA aangeboden in flesjes, zodat je deze over een grotere afstand kon uitdrinken. Toch bereik ik de 10K zonder problemen na 42’29”. Nog steeds op schema dus.

Deze tred blijft zich vlot handhaven tot voorbij halfweg. Het halfway point bereik ik na 1u29 en de snelheid kan zonder problemen aangehouden worden. Toch begint de warmte zich te laten voelen. Niet veel later, rond 26km komen de eerste krampen al dreigen. Het is opnieuw de rechterkuit die als eerst begint te smeken om aandacht. Vanaf dan is het dansen op een slappe koord. Na de rechter begint niet veel later ook de linker. En alsof dat nog niet genoeg is, zijn het nu ook de voeten die meedoen. Reeds voor de start vroeg ik me af of mijn schoenen niet te vast waren. Ik vraag het me nu nog steeds af. Hoe strak mag je de veters aantrekken??

De laatste 8km zijn niet meer plezant te noemen. De krampen bepalen mijn snelheid. Ik durf zelfs niet meer op en af een voetpad lopen, omdat elke andere beweging zorgt voor een echte kramp. Nu blijf ik flirten met een uiterst dunne grens. Zelfs de tenen trekken zich regelmatig krom. Deze extra strekken tijdens het lopen is echt wel moeilijk. Door de iets lagere snelheid, gaat ook mijn hartslag naar beneden. Zelfs met deze warmte blijf ik heel regelmatig onder de 160 hs/min. Normaal ligt deze na 35km hoger dan ervoor.

Ondanks de lagere snelheid haal ik af en toe nog een loper in. Ik ben dus duidelijk niet de enige die het lastig heeft. Zelfs één van de pacers van 2u59 heeft zijn vlag achter gelaten en loopt op zijn tempo de wedstrijd verder uit. OP een bepaald moment vraagt iemand me hoeveelste ik dan ben, maar dat is voor mij een raadsel. Ik ga er wel van uit dat ik bij de eerste 50 ben. Enkele kilometer voor het einde roept iemand me toe dat ik 17de zou zijn. Ik, 17de?? Dat kan niet! Na verder uitlopen bereik ik toch de brouwerij en sleep me verder door en rond deze gebouwen.

Aan de finish hoor ik de speaker omroepen dat ik 16de ben. Dit had ik helemaal niet verwacht. Hiermee ben ik echt wel superblij. De tijd van 3u04’49” is misschien minder snel dan in Parijs, toch denk ik dat deze prestatie nog beter is. Als tweede eindigen in de M45-categorie bewijst toch dat ik dit mag denken.

Na het drinken van enkele flesjes AA en het recupereren van mijn sportzak, kan ik mij afdrogen en omkleden. Hierbij krijg ik pas echte krampen en zie ik nog meer af dan tijdens de laatste kilometers.

In ieder geval is het nu hoog tijd voor iets lekkers. Waar zijn we nu ook al weer??

        

Rustige duurlopen, afgewisseld met wat snelheid

Op minder dan drie weken voor een marathon zou er moeten ‘getaperd’ worden. Door de 20km van Brussel van afgelopen zondag, wil ik deze week toch nog wel enkele duurlopen doen en ook wat snelheid.

Zonder echt opgebouwd te hebben naar de marathon van zondag 18 juni (Great Breweries Marathon) neem ik er de laatste drie weken toch opnieuw het schema bij dat ik gebruikte voor de marathon van Parijs. Hierin staan zowel intervaltrainingen als langere duurlopen in deze derde laatste week. Woensdag heb ik toch gekozen voor iets kortere intervallen (7 x 1000m). Daags nadien heb ik me beperkt tot een kortere recuperatieloop met enkele collega’s: Sequoia-ronde: 9K @ 11 km/u, 126 hs/min.

        

Op vrijdag staat er steeds een duurloop met de ‘brokkenlopers’ gepland, maar dit keer vertrek ik iets later en maak er een lange intervalloop van. Na de opwarming een 4K relatief snel. Door de hellingen richting Pellenberg wordt dit al een vrij intensief stuk. Net op het moment dat ik begin te versnellen, stopt de horloge met opmeten. Bij de volgende kilometeraanduiding kijk ik niet, maar dit blijkt net de herstart van de horloge te zijn. Eer ik het doorheb, is er al een zekere afstand gelopen, net een snel stuk.

Er zit dus niets anders op dan te wachten tot de horloge opnieuw het GPS-signaal heeft. Ik veronderstel dat ik al één km ‘snel’ gelopen heb en begin dus opnieuw met 3K intensief. Hierna geef ik mezelf 1K rust om dan opnieuw te versnellen, dit keer 3K. De snelheid van 15km/u of 4’00 min/km blijkt haalbaar. De laatste gaat zelfs nog wat sneller, maar hier word ik meer dan geholpen door het reliëf.

Hierna is het de bedoeling om na 1K rust nog een snelle 2K te lopen, maar net na 500m begin ik aan de Zavelstraat en het lijkt vandaag een geschikt moment om deze nog eens zo snel mogelijk te doen, maar dan wel zonder stil te vallen op het einde en de 2K vol te maken. Mede dankzij de afdaling is de hartslag al gezakt naar 142 hs/min en begin ik vroeger dan gepland aan mijn laatste versnelling van 2K. De Zavelstraat zelf (4’11” of 1150m @3’40” min/km) leg ik 9″ sec sneller af dan mijn vorige PR. Dit keer moet ik de hogere snelheid nog 800m langer volhouden, weliswaar maar aan 15km/u.

Hierna is het nog 1,5K verder (uit)lopen en mag ik, ondanks de haperende horloge, tevreden terugkijken naar deze training.

        

Dit weekend moet er een LSD (lang, langzaam) gelopen worden. Op zaterdag en maandag lukt dit alvast niet, zondag zal dus geen complete rustdag worden.


 

Linden bosloop

Na de wedstrijd van afgelopen vrijdagavond staat er op zondagmiddag opnieuw een wedstrijd gepland en wat voor één!

In voorbereiding van een marathon moet een training voornamelijk bestaan uit duurlopen en dan nog rustige duurlopen. Dit weekend zondig ik tegen 200 km/uur hiertegen. Vrijdagavond liep ik de Twee-dorpenloop in Kortenaken (Glaabeek-Waanrode) en vandaag sta ik aan de start van de eerste manche van de marathon van Lubbeek: de Linden Bosloop.

Na een copieuze maaltijd naar aanleiding van de plechtige communie van Tibo en Tobi gisteren, durf ik me vandaag niet in supervorm voelen. Ik ben al blij dat de perikelen met de hoge hartslag voorbij zijn. De wedstrijd van vrijdag heeft alvast geen verdere schade aangericht. Gelukkig is de wedstrijd vandaag pas in de namiddag en dus kan ik er nog een rustige zondagochtend van maken. Vrijdag maakte ik nog een fout door te veel te eten, zelfs meer dan 3 uur voor de start. Vandaag is het nog zwaarder (verder en meer hoogtemeters) en dus maak ik die fout niet meer. Je weet wel: de ezel …

Iets over tweeën gaan we toch al richting scoutslokalen om het administratieve af te handelen. Als je goed tijdig gaat, is het er nog niet druk en kan je alles ook rustig afhandelen, je borstnummer goed vastspelden en tijdig beginnen aan de opwarming. Het zijn vooral Tibo en Tobi die zich eerst moeten opwarmen. Zij starten hun 4K wedstrijd reeds om 15u.

      

De winnaar van de vorige twee edities, Wouter Lammens, schrijft ook de derde editie van deze wedstrijd op zijn naam. Als eerste vertrokken, heeft hij toch nog andere lopers, waaronder Tibo en Tobi moeten inhalen. Er zijn er dus die een andere (lees: kortere) weg genomen hebben. Ik vrees dat de meeste de foute weg genomen hebben, maar gelukkig zijn de drie eerste toch als eersten over de finish gekomen. Tobi eindigt als 7de en Tibo als 12de.

Voor en tijdens de wedstrijd van 4K probeer ik me zo goed en zo kwaad als het kan me op te warmen. De start wordt een kwartiertje uitgesteld omdat we pas kunnen vertrekken als de laatste deelnemer van de 4K over de finish is. Om 15:45u is het dan tijd voor de start van de 7K en de 14K. Hieronder is heel duidelijk te zien hoe zenuwachtig de eerste rij is en hoe rustig er het daarachter aan toe gaat.

Na een korte aanloopronde van 700m passeer ik als 10de de start- en finishlijn. Eigenlijk ben ik veel te snel gestart, met een eerste kilometer in 3’30”. Dit is veruit de snelste start die ik ooit genomen heb. Hopelijk bekoop ik dit niet. De eerste ronde lopen we met zijn drieën. We worden wel nog ingehaald door één loper die duidelijk rustiger gestart is en toch meer capaciteiten heeft. Op het einde van de eerste ronde loopt Sandra S. voor me uit en blijf ik een 100m achter de andere hangen. Versnellen kan ik echt niet meer. Het zal dus vechten worden opdat niemand me nog inhaalt.

De tweede ronde wordt echt afzien. De hellingen zijn nog veel zwaarder. Net als in de marathon van Parijs, maar nu al na 10km, driegen de kuiten te verkrampen. Het is dus opnieuw tempo houden en zo voorzichtig mogelijk lopen. Elke misstap of te snelle pas kan een kramp veroorzaken. Mijn voorligger loopt nochtans niet verder van me weg; hij is waarschijnlijk ook op zijn limiet aan ’t lopen. Ik wil nog wel proberen korterbij te komen, maar tevergeefs. Ik hang 10de en zal ook als 10de over de finish lopen. Achter mij is een groot gat en van daaruit hoef ik niets meer te vrezen.

Uitslag 4KUitslag 14K

        


 

Geen wedstrijd, toch even vollen bak

Het is natuurlijk nooit ideaal om een relatief korte wedstrijd in te plannen in volle voorbereiding van een marathon, maar ik doe het toch!

Donderdag staat er het NCD Cross Masters op het programma.  – NCD: National Championships Defence
 – Cross: veldloop
 – Masters: +40 jaar
Voor een keer wil ik hieraan deelnemen en dit zonder enige ervaring in veldlopen. Ik heb pas nieuwe schoenen gekocht hiervoor. Op aanraden van een ‘ancien’ heb ik gekozen voor trailschoenen en het zijn uiteindelijk ‘Salomon S-Lab Speed‘ geworden. Met deze schoenen heb ik amper gelopen; laat staan dat ze ingelopen zijn.

Vandaag worden ze nog eens gebruikt en dan opnieuw om wat snelheid te trainen op moeilijk terrein. Samen met enkele collega’s vertrekken we richting sportkot en zo verder richting kasteel van Arenberg. Na het oversteken van de Celestijnenlaan, versnel ik op het Dijlepad. In plaats van de gewone Sequoia-toer te lopen, loop ik verder tot aan de tunnel onder de E40 en keer daar terug. Het is de bedoeling om de snelheid hoog te houden tot ik de anderen opnieuw inhaal. Hoe sneller ik loop, hoe minder ver ik moet lopen aan die snelheid.

Het tempo ligt van bij de start vrij hoog en ik probeer het onder de 4′ min/km te houden. De hartslag ligt daarbij boven de 170 hs/min, wat bewijst dat ik dit mijn limiet is. Ik ben dan ook blij dat ik na bijna 5K de anderen voor me zie uitlopen. Het zijn dus vijf zware kilometers geworden op de tijd dat de anderen 3,5K liepen. De laatste kilometers blijf ik rustig bij hen waardoor ik nog iets meer dan een kwartier kan uitlopen met een hartslag van 120-125 hs/min.

Benieuwd wat dit overmorgen gaat geven, op moeilijker terrein én met wind en regen.

    


Lees hier het verslag van de wedstrijd.