Lange duurloop op vrijdagmiddag

Na de min of meer tegenvallende intervaltraining van afgelopen woensdag en een rustdag, wil ik vandaag aan de basis werken met een lange rustige duurloop.

Het parcours ligt vast, de afstand niet. Om te starten loop ik naar Heverleebos en maak daar mijn vierkant rondje langs de Langen-daalstraat die langs het militair domein loopt. Het is al vrij warm en dus zal lopen met lage hartslag nog iets moeilijker worden.

Tot aan de eerste beklimming van de “Poggio” lukt het vrij goed om de hartslag onder de 140 hs/min te houden. Op de helling zelf let ik natuurlijk niet op de hartslag, maar probeer er wel goed ademend en zonder diep te gaan te blijven lopen. De maximale hartslag bedraagt 163 hs/min en dat valt al bij al nog wel mee.

Na deze beklimming is het de bedoeling om verder te lopen in rustige modus, maar toch liggen zowel de snelheid als de hartslag iets hoger. Het wordt dus opnieuw concentreren om in dat rustige langeduur-tempo te blijven lopen. Intussen rijst de idee om er niet één maar twee extra rondje bij te voegen. Op het knooppunt 76 draai ik dus niet linksaf richting E40, maar begin aan een tweede rondje. Hiervoor kies ik het smallere weggetje langs een kabbelend beekje. De weg ligt er vrij goed beloopbaar bij.

De tweede beklimming gebeurt vanuit een zijweggetje maar verloopt analoog en zelfs met exact dezelfde maximale hartslag van 163 hs/min. Dan begint het twijfelen. Ga ik er nog een rondje van 5K aan toevoegen of keer ik terug richting Leuven. Een duurloop van 25K op vrijdagmiddag, bij dit weer, is toch al helemaal niet slecht.

Toch kies ik ervoor om er dat extra rondje nog bij te doen. Dit keer loop ik langs de volledig rechte Nieuwendreef. Bij de derde beklimming van Poggio deel 2 loop ik zelfs nog iets sneller met een iets minder hoge gemiddelde hartslag, maar opnieuw met exact dezelfde piek van 163 hs/min.

Intussen ligt de hartslag veel hoger en krijg ik hem niet meer onder de 150 hs/min. Is dit dan toch het rondje te veel? Ben ik nu bezig met spierafbraak. Het is duidelijk dat 30km lopen zonder herbevoorrading en zonder defit te drinken vooraf, geen goed idee is. Wanneer zal ik het ooit leren?

 

        

Een weekje routine, met lange interval

De marathon is nog ver, maar toch zijn alle schema’s al gestart. Ik houd me voorlopig nog aan mijn traditioneel weekschema.

Na de wedstrijd van zondag in Glabbeek neem ik op maandag toch complete rust. Het is misschien dit keer niet echt nodig, maar de hamstring blijft voelbaar en ik wil in de eerste plaats blessurevrij blijven. Ik ben duidelijk geen 20 meer.

Op dinsdag moet er dan natuurlijk wel gelopen worden. Ondanks de rustdag van gisteren, ga ik vandaag ook niet voluit. Morgen staat er immers een intervaltraining op het programma. Mijn vertrouwde omloop “Sequoia” is toch iets te weinig en dus moet ik wat improviseren. Veel improvisatie komt er toch niet aan te pas; ik vertrek langs dezelfde weg en loop verder, onder de E40, tot aan The Shelter in Korbeek-Dijle. Zonder veel afwisseling keer ik langs dezelfde weg terug naar mijn startplaats. Dit wordt dan een looptochtje van 14,5K en dat aan een relatief rustig tempo.

Ter hoogte van km 4 haal ik iemand in en blijf dan naast hem lopen. Hij draagt oortjes en dit betekent voor mij dat hij geen gesprek wilt aanknopen. Ik zeg dan ook niks. Het duurt zelfs echt lang eer hij doorheeft dat er iemand langs hem loopt. Nadat hij het dan toch doorheeft, blijven de oortjes zitten en lopen we muisstil naast elkaar gedurende meer dan 10 minuten. Aan de tweede bunker, op km 6.5, draait hij terug. Dit keer volg ik hem niet en loop volgens mijn strikte planning tot aan het einde van dit pad (Stationsstraat) om daar 180° te draaien. Op de terugweg is er niemand meer om langs te lopen en houd ik tempo (4’45″/km) stabiel.

        

Op woensdag staat er, traditiegetrouw, een intervaltraining op het programma. Dit keer wordt het geen moeilijk schema, ook al had Jeroen ons een mooi alternatief voorgesteld, met progressieve snelheidsopbouw. Ik houd het bij de eenvoudige rechttoe-rechtaan vijverrondjes. Als snelheid kies ik voor 22″/100m. Ik zou misschien iets sneller moeten kunnen, maar ik denk dat ik al blij mag zijn als ik dit vandaag kan volhouden. Spijtig genoeg ben ik de enige die hiervoor kies en dus bepaal ik zelf het tempo. De eerste vijverronde leg ik af in 5′ rond en blijf dus echt goed in de buurt van de vooropgestelde 22.

Na een recuperatie van 600m (3′) begin ik aan mijn tweede ronde. Het begint al direct zwaarder te worden. Ondanks de relatief lange recuperatie voel ik dat dit niet de eerste is. Ik probeer de snelheid op mijn niveau te houden en klok deze ronde af na 5’03”. Net iets trager. Toch maar vol goede moed en met de nodige motivatie aan de volgende ronde beginnen, resultaat 4’57”. Opnieuw iets sneller, maar de hartslag heeft wel de grens van de 180 hs/min bereikt. De verzuring is hiermee ontegensprekelijk ingezet, zonder lactaattest om dit aan te tonen. De recuperatie rond de kleine vijver moet voor de nodige herstelling zorgen.

We zijn sowieso al half, maar de volgende ronden moeten nog gelopen worden. Bij de vierde moet ik weer vrij diep gaan om deze te kunnen afleggen in 5′. De vijfde ronde loop ik opnieuw tegen de limiet aan om net boven de 5′ uit te komen (5’03”). Ik pas voor een zesde ronde omdat ik vrees dat dit er eentje te veel gaat worden.