Het blijft bij rustig lopen

Sinds twee weken blijf ik wat pijn voelen rond mijn beide knieën. De trainingen blijven rustig, maar enkele wedstrijden zorgen er waarschijnlijk voor dat de pijnen niet snel verdwijnen. Het zal vandaag dus ook bij rustig lopen blijven.

Was ik te laat, of vertrokken de anderen te vroeg? In ieder geval waren mijn twee collega’s al twee minuten vertrokken wanneer ik aan mijn eigenlijk loopje begin. Het is mijn bedoeling om rustig te lopen, maar dan haal ik hen waarschijnlijk pas voorbij halfweg in.

Ik vertrek dus met de bedoeling om niet té snel te lopen, maar toch om ze zo rap mogelijk in te halen. Ik ga dus meteen al vrij vlot van start. Van opwarming is hierdoor helemaal geen sprake. De Karmelietenberg wordt dan ook heel vlot naar beneden gelopen. Het blijft dan wel nog meer oppassen voor andere wandelaars. De stoepen zijn zó smal dat je niet met twee kan kruisen. Ik loop dan maar op de weg zelf. De kasseien zorgen hierdoor voor extra training van de voetspieren. Lopen op dergelijke ongelijke ondergrond zorgt ervoor dat er meer stabiliteit vanuit de voeten moet komen en hierdoor train je de spieren in de voet nog wat extra.

Bij het ingaan van de tunnel, net na 1km, duidt mijn horloge 4’03” aan. Dat is alvast en vrij snelle eerste kilometer te noemen. In de tunnel is het opeens extreem druk. Ik moet af en toe volledig stilstaan. Na de tunnel kan ik de draad weer oppakken en verder op zoek gaan naar de twee collega’s (die niet wilden wachten 🙂 ). Na 1,5 km ben ik bij hen. Vanaf nu kan mijn loopje dan toch rustig verder zetten. Ik blijf dan ook samen met hen lopen.

Net zoals eergisteren lopen de iets kortere versie van onze Sequoia-toer. Iets over halfweg moet er opnieuw even versneld worden. Ze zouden die binnenwegen moeten afschaffen!! Nadat we terug met zijn drieën zijn, schakelen we opnieuw over op een rustiger tempo, niet veel onder de 6′ min/km. De hartslag zakt dan ook opnieuw naar de 130 hs/min.

Om af te ronden versnellen we toch nog eens op de steile Karmelietenberg en houden de hoge snelheid aan tot op het einde. Op die manier heb ik dit rustig middagloopje afgewisseld met drie versnellingen. Meer dan genoeg klaarblijkelijk met dit zwoele weer, want het zweet vind overvloedig zijn weg naar buiten.

Morgen is het weer wedstrijddag. Op vrijdagavond neem ik deel aan de 7de Kiezegemse stratenloop. Verslag erna.

Movescount_logo     strava


 

Marathon Tip #1- Loopschoenen

Als je een marathon wilt lopen, denkt iedereen aan trainen. Naast het trainen in (hard)lopen, zijn er meerdere zaken waar je je moet op voorbereiden. Sommige dingen kan je trainen, zoals lopend drinken, andere dingen moet je gewoon tijdig voorzien.

lopen-lopers-marathon-schoenen

Een belangrijk onderdeel van de voorbereiding, misschien wel het belangrijkste, is het schoeisel en de kousen. Een marathon loop je niet met oude, noch met nieuwe schoenen, tenzij je Bobbi Gibb heet. De loopschoenen waarmee je de marathon wilt lopen, moeten ingelopen en getest zijn. Zorg ervoor dat je minstens de afstand van een halve marathon gelopen hebt en dan nog liefst in combinatie met de juiste kousen. Nieuwe schoenen lopen misschien beter, maar voor een wedstrijd is het toch wel best dat je al meerdere kilometers en zelfs meerdere duurlopen gedaan hebt. Op die manier heeft de bovenstructuur zich helemaal aangepast aan jouw voet en gaan ze beter aanvoelen.

Voor de meeste onder ons is een schoen met de nodige demping toch wel aangeraden. De lichte wedstrijdschoenen zijn niet aangeraden tenzij je een topper bent en tijden ver onder de drie uur vooropstelt. Bovendien moet je rekening houden met je afrol. Je moet weten hoe ver je voet naar binnen kantelt bij de afrol. De maat van pronatie bepaalt de steun die je schoen moet geven. De meeste lopers proneren iets te veel en hebben dus een loopschoen nodig die voldoende steun bied. Laat je hiervoor testen in een goede speciaalzaak.

Neem je schoenen niet te klein. Voor kortere wedstrijden en trainingen maakt dat niet te veel uit, maar voor langere duurlopen is het van belang om je voeten de nodige ruimte te geven. Na verloop van tijd gaan je voeten wat opzwellen. Om je voeten hiervoor de nodige ruimte te geven, zodat ze niet gekneld zitten, mag je loopschoen zeker een maat groter zijn dan je normale schoenen. Knoop je schoenen ook niet té vast of gebruik elastische veters.